Les 8 H6: 6.5 / Percentage berekenen - 1KT

● Leerdoelen bespreken

● Terugblik: VK t/m 6.4G

● Uitleg: 6.4H

● Zelfstandig werken

● Leerdoel behaald?

Welkom bij wiskunde

bij

Laptop

in de tas.

Leg je spullen op tafel

Wat gaan we doen?

Pak een wisbordje.

1 / 44

Slide 1: Slide

Wiskunde Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 44 slides, with text slides.

Items in this lesson

● Leerdoelen bespreken

● Terugblik: VK t/m 6.4G

● Uitleg: 6.4H

● Zelfstandig werken

● Leerdoel behaald?

Welkom bij wiskunde

bij

Laptop

in de tas.

Leg je spullen op tafel

Wat gaan we doen?

Pak een wisbordje.

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

Je kunt het percentage berekenen.

H6: Procenten

Voorkennis

6.1: Rekenen met breuken

6.2: Breuken op de rekenmachine

6.3: Breuken en procenten

6.4: Rekenen met procenten

6.5: Percentage berekenen

Slide 2 - Slide

Terugblik

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij:

25 %

Slide 3 - Slide

Terugblik

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij:

25 % = 0, 25

Slide 4 - Slide

Terugblik

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij:

10 %

25 % = 0, 25

Slide 5 - Slide

Terugblik

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij:

10 % = 0, 10 = 0, 1

25 % = 0, 25

Slide 6 - Slide

Terugblik

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij:

10 % = 0, 10 = 0, 1

25 % = 0, 25

34 %

Slide 7 - Slide

Terugblik

Welke vermenigvuldigingsfactor hoort bij:

10 % = 0, 10 = 0, 1

25 % = 0, 25

34 % = 0, 34

Slide 8 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 9 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

van de

Slide 10 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

deel van € 60,-

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

van de

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 11 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

deel van € 60,- 60 : 10 = 6

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

van de

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 12 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

deel van € 60,- 60 : 10 = 6

6 x 7 = 42

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

van de

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 13 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

deel van € 60,- 60 : 10 = 6

6 x 7 = 42
Dus deel van € 60,- is € 42,-.

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

van de

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 14 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

deel van € 60,- 60 : 10 = 6

6 x 7 = 42
Dus deel van € 60,- is € 42,-.

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

van de

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

Slide 15 - Slide

Terugblik 6.1C: Deel berekenen

betekent 7 van de 10 delen.

deel van € 60,- 60 : 10 = 6

6 x 7 = 42
Dus deel van € 60,- is € 42,-.

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} =

van de

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 0 ​} \times 60

Slide 16 - Slide

Terugblik

Welke breuk hoort bij:

3 van de 5?

Slide 17 - Slide

Terugblik

Welke breuk hoort bij:

3 van de 5?

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 5 ​}

Slide 18 - Slide

Terugblik

Welke breuk hoort bij:

3 van de 5?

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 5 ​}

Slide 19 - Slide

Terugblik

Welke breuk hoort bij:

3 van de 5?

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 5 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

Slide 20 - Slide

6.5: Percentage berekenen

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

Slide 21 - Slide

6.5: Percentage berekenen

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

Hoeveel procent van de fietsen zijn fatbikes?

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

Slide 22 - Slide

6.5: Percentage berekenen

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

Hoeveel procent van de fietsen zijn fatbikes?

deel van 100 %

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

Slide 23 - Slide

6.5: Percentage berekenen

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

Hoeveel procent van de fietsen zijn fatbikes?

deel van 100 %

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​} \times 100 =

Slide 24 - Slide

6.5: Percentage berekenen

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

Hoeveel procent van de fietsen zijn fatbikes?

deel van 100 %

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​} \times 100 = 16, 455 . . .

Slide 25 - Slide

6.5: Percentage berekenen

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

Hoeveel procent van de fietsen zijn fatbikes?

deel van 100 %

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​} \times 100 = 16, 455 . . .

Afspraak:
Procenten afronden op 1 decimaal.

Slide 26 - Slide

6.5: Percentage berekenen

13 van de 79 fietsen zijn fatbikes.

Hoeveel procent van de fietsen zijn fatbikes?

deel van 100 %

Dus 16,5 % van de fietsen zijn fatbikes.

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 7 9 ​} \times 100 = 16, 455 . . .

Afspraak:
Procenten afronden op 1 decimaal.

Slide 27 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Er staan op deze foto 25 paaseitjes.
Van deze eitjes zijn 8 eitjes met geel beschilderd.

Hoeveel procent van de eitjes hebben geel?

Slide 28 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Er staan op deze foto 25 paaseitjes.
Van deze eitjes zijn 8 eitjes met geel beschilderd.

Hoeveel procent van de eitjes hebben geel?

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 2 5 ​}

Slide 29 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Er staan op deze foto 25 paaseitjes.
Van deze eitjes zijn 8 eitjes met geel beschilderd.

Hoeveel procent van de eitjes hebben geel?

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 2 5 ​} \times 100 =

Slide 30 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Er staan op deze foto 25 paaseitjes.
Van deze eitjes zijn 8 eitjes met geel beschilderd.

Hoeveel procent van de eitjes hebben geel?

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 2 5 ​} \times 100 = 32

Slide 31 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Er staan op deze foto 25 paaseitjes.
Van deze eitjes zijn 8 eitjes met geel beschilderd.

Hoeveel procent van de eitjes hebben geel?

Dus 32 % van de eitjes hebben geel.

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 2 5 ​} \times 100 = 32

Slide 32 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Er staan op deze foto 25 paaseitjes.
Van deze eitjes zijn 8 eitjes met geel beschilderd.

Hoeveel procent van de eitjes hebben geel?

Dus 32 % van de eitjes hebben geel.

\frac{​ 8 ​ ​}{​ 2 5 ​} \times 100 = 32

Slide 33 - Slide

6.5: Percentage berekenen

In de tweede kamer is de PVV de grootste partij.

Zij hebben 37 van de 150 zetels.

Hoeveel procent van de zetels is voor PVV?

Slide 34 - Slide

6.5: Percentage berekenen

In de tweede kamer is de PVV de grootste partij.

Zij hebben 37 van de 150 zetels.

Hoeveel procent van de zetels is voor PVV?

Dus 24,7 % van de zetels is voor de PVV.

\frac{​ 3 7 ​ ​}{​ 1 5 0 ​} \times 100 = 24, 666 . . .

Slide 35 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Ook de SP zit in de tweede kamer.

Zij hebben 5 van de 150 zetels.

Hoeveel procent van de zetels is voor de SP?

Slide 36 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Ook de SP zit in de tweede kamer.

Zij hebben 5 van de 150 zetels.

Hoeveel procent van de zetels is voor de SP?

Dus 33,3 % van de zetels is voor de SP.

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 1 5 0 ​} \times 100 = 3, 333 . . .

Slide 37 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Hoeveel geld had Elon Musk voordat hij dit geld verloor?

Slide 38 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Hoeveel geld had Elon Musk voordat hij dit geld verloor?

342,8 + 121 miljard = 463,8 miljard

Dus hij had 463,8 miljard dollar.

Slide 39 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Met hoeveel procent is het vermogen ivan Elon Musk gedaald?

Dus hij had 463,8 miljard dollar.

Slide 40 - Slide

6.5: Percentage berekenen

Met hoeveel procent is het vermogen van Elon Musk gedaald?

Dus het vermogen van Elon Musk is met 26,1 % gedaald.

\frac{​ 1 2 1 ​ ​}{​ 4 6 3 , 8 ​} \times 100 = 26, 088 . . .

Dus hij had 463,8 miljard dollar.

Slide 41 - Slide

Besproken leerdoelen

Je kunt het percentage berekenen

H6: Procenten

Voorkennis

6.1: Rekenen met breuken

6.2: Breuken op de rekenmachine

6.3: Breuken en procenten

6.4: Rekenen met procenten

6.5: Percentage berekenen

Slide 42 - Slide

Huiswerk

Maken:

blz. 82-84: opgave 79, 83, 85, 86, 87

Nakijken:

Alles wat je tot nu toe gemaakt hebt van H6.

timer

4:00

Achter de les

Extra opstapje: opgave 80, 81, 82, 84

Extra uitdaging: opg. 88, 89

ma 17 mrt.
3e uur

Slide 43 - Slide

Hierna volgen enkele filmpjes die je kunnen helpen met het behalen van de leerdoelen.

Slide 44 - Slide

Les 8 H6: 6.5 / Percentage berekenen - 1KT

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

More lessons like this

6.5

Les 3 H6: 6.1 C / Deel berekenen - 1KT

Les 41: Breuken vergelijken / Gelijkwaardige breuken

Een percentage berekenen

Les 4: rekenen met procenten met rekenmachine (les + blanco cursus)

les 4: 1.6 Uitdrukking in een percentage

§6.5 Percentage berekenen

Procenten