Instructieles

• Verkeer
• Basisschool
• Groep 3-5

Verkeersborden op de weg

Wat ga je leren?

Ik kan verkeersborden benoemen en uitleggen wat deze betekenen.

Wat gaan we doen?

- Instructie verkeersborden

- Opdracht

- Afsluiting

Verkeersborden zijn heel belangrijk.

Je weet wat je moet doen in het verkeer.

Belangrijk om te weten: er zijn 5 soorten verkeersborden

• ronde vorm
• rode rand
• wat niet mag zie je aan de afbeelding

Je mag niet- bord

Pas op -bord

• driehoekige vorm
• punt naar boven
• rode rand
• waarvoor je moet oppassen zie je aan het teken in het bord

Je moet hier - bord

• ronde vorm
• blauwe kleur
• wat je hier moet zie je aan het teken op het bord

Informatieborden

• vierkant of rechthoekige vorm
• blauw
• wat daar te zien is, zie je aan het teken van het bord

Voorrangsborden

• verschillende vormen
• verschillende kleuren

De opdracht

- Maak een verkeersbord

- Ieder tweetal maakt 1 verkeersbord

Groep 4: schrijft ook op wat het bord betekent

Groep 5: schrijft op wat het bord betekent en in welke categorie deze hoort (je mag niet, je moet hier, pas op)

Ben je klaar? Dan ligt er een werkblad klaar!

De opdracht

- Je pakt straks een A4 blad

- Eerst bedenk je wat voor bord je gaat maken: je mag niet, je moet hier, pas op!

- Daarna ga je met potlood het bord tekenen

- Als laatste kleur je het bord in.

Groep 4: schrijf ook op, 'dit bord betekent ...'

Groep 5: schrijf ook op, 'dit bord betekent ... en hoort bij de categorie ...'

De tweetallen

Groep 4

Alessandra - Luca

Lente - Jay

Nikki L - Yinthe

Emilia - Sofia

Lieke - Nikki B

Groep 5

Kysha - Fleur

Groep 3

Charlotte - Vieve

Marije - Fenna

Jace - Jinthe

Jayson - Filip

Ryan - Isa

Noa - Kees

Waar moet de opdracht aan voldoen?

- Het verkeersbord is duidelijk te lezen

- Het verkeersbord heeft de juiste kleur en vorm

- Het is duidelijk wat er met je verkeersbord wordt bedoelt

- Je verkeersbord is netjes vormgegeven

Afsluiting

- Met je tweetal loop je straks naar een ander tweetal.

- In één minuut vertel je aan elkaar wat voor bord je hebt gemaakt.

Daarna laten we het werk nog even aan elkaar zien.

Bij dit bord mag je niet ....

1. Fietsen
2. met de auto

Bij dit bord moet je ....

1. niets doen
2. naar rechts

Dit bord is voor een ...

1. wandelroute
2. zebrapad

Dit bord is voor de ...

1. haaientanden
2. trein

Verkeersborden op de weg