MA KB 3.3 Stromingen in de politiek

3.3 Stromingen in de politiek
1 / 20
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

3.3 Stromingen in de politiek

Slide 1 - Slide

POLITIEK LINKS
POLITIEK RECHTS

gelijkheid
Actieve overheid
Passieve overheid
Vrijheid

Slide 2 - Drag question

POLITIEK LINKS
POLITIEK RECHTS

Eerlijke inkomens verdeling
Zwakkeren bescherming
Een overheid die alleen straft en controleert

Slide 3 - Drag question

Een voorbeeld van algemeen belang is
A
Je huiswerk maken
B
Dat er wegen zijn
C
Dat jij op vakantie kunt
D
Dat er bezuinigd wordt

Slide 4 - Quiz

Opkomen voor zwakkeren in de samenleving is typisch
A
Links
B
Midden
C
Rechts

Slide 5 - Quiz

Een passieve overheid past bij
A
Linkse politieke partijen
B
Rechtse politieke partijen
C
Midden partijen
D
Democratische partijen

Slide 6 - Quiz

Op je 18e ga je voor het eerst naar de stembus, hoe heet dit?
A
Passief kiesrecht
B
Actief kiesrecht

Slide 7 - Quiz

3.3 Stromingen in de politiek
Aan het einde van de les kunnen jullie...
  • de drie grote Politieke stromingen in Nederland benoemen.
  • de bijbehorende waarden benoemen van die stromingen'
  • Uitleggen wat populisme is.

Slide 8 - Slide

Politieke stromingen
een verzameling ideeën over wat belangrijk is (in de maatschappij) en hoe mensen (het beste met elkaar) kunnen samenleven.

Slide 9 - Slide

De 3 grootste stromingen zijn:
  • Liberalisme
  • Sociaal-democratie
  • Christen-democratie

Slide 10 - Slide

Liberalisme
Waarden:
  •  Economische vrijheid 
  •  Persoonlijke vrijheid 

Rol van de overheid:
Alleen zorgen voor veiligheid (passieve overheid)

Slide 11 - Slide

Sociaal-democratie
Waarden:
  • Solidariteit
  • Gelijkwaardigheid

Rol van de overheid:
ongelijkheid tegen gaan (actieve overheid)


Slide 12 - Slide

Christen-democratie
Waarde:
  • Naastenliefde en samenwerking.
  • geloof staat centraal

Rol van de overheid:
alleen als er geen andere hulp is (beperkte overheid)

Slide 13 - Slide

Niet bij een stroming 
* Populistische partijen
- 'De wil van het volk' vertegenwoordigen
- Opkomen voor belangen van gewone mensen 

Slide 14 - Slide

Niet bij een stroming
* 'One-issue'-partijen
- één thema is het allerbelangrijkst 


Slide 15 - Slide

Welke waarde hoort bij welke politieke stroming?
Gelijkwaardigheid
Naastenliefde
Economische vrijheid
SOCIALISTEN
CHRISTENDEMOCRATEN
LIBERALEN
Solidariteit
Persoonlijke vrijheid

Slide 16 - Drag question

De vrijheid om te leven zoals jij wil is...
A
Solidariteit
B
Economische vrijheid
C
Gelijkwaardigheid
D
Persoonlijke vrijheid

Slide 17 - Quiz

Bij welke stroming horen rechtse partijen?
A
Sociaal-democraten
B
Christen-democraten
C
Liberalen

Slide 18 - Quiz

Bij welke stroming horen midden partijen?
A
Sociaal-democraten
B
Christen-democraten
C
Liberalen

Slide 19 - Quiz

Bij welke stroming horen linkse partijen?
A
Sociaal-democraten
B
Christen-democraten
C
Liberalen

Slide 20 - Quiz