De volgende onderdelen zullen wij komende les leren.
Aan het einde van de les weet je wat een pijlenketting is.
Aan het einde van de les weet je hoe je een pijlenketting kunt maken.
Aan het einde van de les kun je een pijlenketting invullen en berekeningen kunt maken via een pijlenketting.
Slide 2 - Slide
Theorie
Slide 3 - Slide
Voorbeeld
In een minidoosje zitten 40 Smarties.
Hoeveel Smarties zitten er in 5 minidoosjes?
En hoeveel in 8 minidoosjes?
En in 3 minidoosjes?
Slide 4 - Slide
De antwoorden
In 5 doosjes zitten 200 Smarties
In 8 doosjes zitten 320 Smarties
In 3 doosjes zitten 120 Smarties
Slide 5 - Slide
Schrijven van berekeningen in woorden
Hoe heb je de berekeningen uitgevoerd?
Schrijf dit in woorden
Slide 6 - Slide
Het aantal minidoosjes keer 42 is het totaal aantal Smarties
Hierbij is het IN-getal: het aantal minidoosjes
Het UIT-getal: het totaal aantal Smarties
Slide 7 - Slide
Zo ziet de pijlenketting eruit
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Schrijf de woordformule en de pijlenketting
Arnoud werkt bij de Albert Heijn en verdient €3,80
In pak zitten 12 stroopwafels
Slide 10 - Slide
Nog meer pijlen!
Ronald heeft een bijbaan en wast op zaterdag auto's. Voor ieder auto die hij wast krijgt hij €8,00 en hij krijgt een vast bedrag van €15,00 omdat hij op zaterdag moet werken.
Slide 11 - Slide
Hoeveel verdient Ronald...
als hij 3 auto's wast?
en als hij 4 auto's wast?
en als hij 7 auto's wast?
Slide 12 - Slide
antwoorden
3 auto's = €39,00
4 auto's = €47,00
7 auto's = €71,00
Slide 13 - Slide
regel in woorden
aantal auto's keer 8 plus 15 is totaal bedrag
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Schrijf de woordformule en de pijlenketting
Op een feestje kost ieder drankje €2,00 en een toegangskaartje kost €5,00
Johan werkt zaterdags als pizza koerier en verdient per bezorgde pizza €1,50 en een vast bedrag van €7,00