This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Normen en Waarden
Slide 1 - Slide
Gedrag en zelfbeeld
Hoe word je wie je bent?
Slide 2 - Slide
Lesdoelen
Aan het einde van de les weet je wat socialisatie is en waar deze plaatsvind.
Aan het einde van de les kan je uitleggen hoe nature/nurture kenmerken jou hebben gemaakt hoe je bent.
Aan het einde van deze les ken je het verschil tussen normen en waarden
Slide 3 - Slide
Aangeboren of aangeleerd gedrag 4.2
Slide 4 - Slide
Wat gaan we doen vandaag?
Cultuur
Socialisatie
Aangeboren/aangeleerd
Zelf aan het werk
Slide 5 - Slide
Cultuur
Alle normen, waarden en gewoonten die mensen samen in een bepaalde groep of samenleving met elkaar delen.
Slide 6 - Slide
Socialisatie
Het bewust of onbewust aanleren van normen, waarden en gewoonten die bij jouw groep of samenleving horen.
Zorgt ervoor dat je je gedraagt naar de cultuur van de groep waarin je opgroeit.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Waar vindt socialisatie plaats?
Bijvoorbeeld:
In het gezin
Op school
Door je vrienden
Op sportclubs
Op je werk
Door je geloof
Door media
Door de overheid
Slide 9 - Slide
Noem een goede eigenschap van jezelf
Slide 10 - Mind map
Slide 11 - Video
Aangeboren: ADHD
Aangeleerd: Vloeken/schelden
Slide 12 - Slide
Denk terug aan je ingevulde eigenschap. Is deze eigenschap aangeboren of aangeleerd?
A
Aangeleerd
B
Aangeboren
Slide 13 - Quiz
Nature-aanhangers en nurture-aanhangers
De nadruk ligt op aangeboren kenmerken
De nadruk ligt op aangeleerde kenmerken
Aangeboren >
Nature
Aangeleerd>
Nurture
Slide 14 - Slide
Noem voorbeelden van jou eigenschappen die zijn aangeboren
Slide 15 - Mind map
Wat denk jij? Is gedrag vooral aangeboren of aangeleerd? Waarom denk je dat?
Slide 16 - Open question
Het spreken van taal; is dit aangeboren of aangeleerd?
Nature
Nurture
Slide 17 - Poll
Er is een jongen die ontzettend goed kan drummen. Is zijn ritmegevoel aangeboren of aangeleerd
Nature
Nurture
Slide 18 - Poll
Stel je bent een ontzettend talent geworden in de sport die jij doet. Is dat gekomen doordat het aangeboren of aangeleerd is?
Nature
Nurture
Slide 19 - Poll
Crimineel gedrag is nature of nurture?
Nature
Nurture
Slide 20 - Poll
Seksuele voorkeur is nature.
Waar
Niet waar
Slide 21 - Poll
https://vimeo.com/112819941/702d08f617
Slide 22 - Slide
opdrachten
maken 1a t/m 1e
Slide 23 - Slide
Normen en waarden 4.3
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Video
Waarden en normen
In Nederland gelden ook verschillende normen en waarden vergeleken met andere landen. Noem een paar voorbeelden op waar Nederland anders is dan een willekeurig land?
Slide 26 - Slide
Ethische en filosofische vragen
Slide 27 - Slide
Intrinsieke waarden:
Waarden die op zich zelf belangrijk zijn.
Slide 28 - Slide
Instrumentele waarden
Waarden die nodig zijn om intrinsieke waarden te bereiken.
Slide 29 - Slide
Wat is geen intrinsieke waarde?
A
liefde
B
geld
C
goedheid
D
vriendelijkheid
Slide 30 - Quiz
Wat is een norm?
A
Hetzelfde als een waarde
B
Een karaktereigenschap
C
Een deugd.
D
Een gedragsregel.
Slide 31 - Quiz
Van wie leer je normen en waarden? :
A
Vrienden
B
Thuis
C
Door je geloof
D
Door de overheid
Slide 32 - Quiz
Norm of waarde? Het is niet goed om te liegen.
A
Norm
B
Waarde
Slide 33 - Quiz
Zijn het normen of waarden? eerlijkheid
A
norm
B
waarde
Slide 34 - Quiz
Norm of waarde?: Stelen is verboden
A
Norm
B
Waarde
Slide 35 - Quiz
Norm of waarde? Op het schoolterrein is roken verboden.
A
Norm
B
Waarde
Slide 36 - Quiz
Norm of waarde? Respect hebben voor andere mensen
A
Norm
B
Waarde
Slide 37 - Quiz
Wat zijn normen en waarden?
A
Iets wat jij vind als persoon en wat je doet
B
Regels van gedrag die ontstaan uit waardevolle idealen
Slide 38 - Quiz
Wat zijn jouw normen en waarden?
Slide 39 - Open question
Norm of waarde? Bij een begroeting de handen schudden.
A
Norm
B
Waarde
Slide 40 - Quiz
Norm of waarde? Bidden voor het eten.
A
Norm
B
Waarde
Slide 41 - Quiz
Leerdoel behaald?
1 Aan het einde van de les weet je wat socialisatie is en waar deze plaatsvind. 2 Aan het einde van de les kan je uitleggen hoe nature/nurture kenmerken jou hebben gemaakt hoe je bent. 3 Aan het einde van deze les ken je het verschil tussen normen en waarden