Daarna je laptop omdraaien met het beeld naar mij.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1
This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop opstarten en inloggen bij lessonup.
Daarna je laptop omdraaien met het beeld naar mij.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.
timer
1:00
Slide 1 - Slide
Deze les
Terugblik repetitie.
Uitleg nieuwe thema.
Uitleg doelen deze week.
Opdrachten maken.
Afsluiten; hoe is het deze les gegaan?
Slide 2 - Slide
De toets
-Welke vragen had je wel en welke had je niet verwacht? -Wat ga je bij de volgende toets anders doen?
Gem: 6,4 (met 0,5 er bij)
Laagst: 4,4 (zonder 0,5 er bij)
Hoogst: 8,3 (met 0,5 er bij)
0,5 punt er bij: 15 x
Inhaal toets (2 x):
di 19 maart
Slide 3 - Slide
Waar gaat thema 6 over?
Voortplanting, maar nog geen seksuele voorlichting.
Gaat vooral over voortplanting bij planten en maar klein beetje over dieren.
Dus eigenlijk gaat het over voortPLANTing.
Slide 4 - Slide
De leerdoelen voor deze les:
-Je kunt de delen van een bloem benoemen met hun kenmerken en functies.
Slide 5 - Slide
-Je kunt de delen van een bloem benoemen met hun kenmerken en functies.
Eerst de functie (taak) de hele bloem. De functie van bloemen is
VOORTPLANTEN.
En zo zorgen voor nieuw planten.
Slide 6 - Slide
-Je kunt de delen van een bloem benoemen met hun kenmerken en functies.
Slide 7 - Slide
-Je kunt de delen van een bloem benoemen met hun kenmerken en functies.
meeldraad: bestaat uit helmknop en helmdraad, helmknoppen maken veel stuifmeel(korrels)
stamper: bestaat uit stempel/stijl/vruchtbeginsel
kroonblad:gekleurd, trekt insecten aan
kelkblad: beschermen de bloem als ze nog in de knop zitten
bloembodem: hierop zitten de delen van de bloem vast
Slide 8 - Slide
-Je kunt de delen van een bloem benoemen met hun kenmerken en functies.
Vrouwelijk: De stamper; deze bestaat uit een stempel, stijl en een vruchtbeginsel. In het vruchtbeginsel zitten de zaadbeginselen, met daarin de eicel of eicellen. (de vrouwelijke geslachtscellen)
Mannelijk: meeldraad; de stuifmeelkorrels zijn de mannelijke geslachtscellen.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Kievitsbloem
Slide 11 - Slide
Bloem van een aardbeiplant
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Bloemen
kroonbladeren
kelkbladeren
stamper
meeldraden
Slide 14 - Slide
0
Slide 15 - Video
timer
5:00
Leerdoelen:
-Je kunt de delen van een bloem benoemen
-Je kunt de kenmerken en functies noemen van de delen van een bloem.
Kun je bereiken door:
-Te lezen / bestuderen de tekst van B1 thema 6
-Te maken: B1 (1.1)
-Ter doen: practicum 1 en 2
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.
-Je kennis te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.
Eerst 10 minuten zelf in stilte,
daarna mag je overleggen.
Laatste 10 minuten nog een paar (8) vragen via lessonup.
Slide 16 - Slide
Afsluiting.
Acht vragen om te kijken wat je al weet en dan nog de dia met extra uitleg (voor wie dan nodig heeft) en verrijking/verdieping voor wie meer wil weten.
Volgende les practicum, zorg voor tekenspullen en neem boek B en plakband mee.
Slide 17 - Slide
De belangrijkste functie van de bloem
A
Voortplanting
B
Dat ze mooi zijn
C
De bloem heeft geen functie
D
Dat ze lekker ruiken
Slide 18 - Quiz
Wat is waar?
A
Kelkbladeren zijn vaak groter dan kroonbladeren
B
De kroonbladeren beschermen tegen kou, uitdroging en beschadiging
C
De kelkbladeren trekken insecten aan
D
De kroonbladeren zijn vaak fel gekleurd
Slide 19 - Quiz
Wat is waar over de meeldraad?
A
Het mannelijk geslachtsorgaan
B
Bestaat uit de stempel en de stijl
C
Het vrouwelijke geslachtsorgaan
D
Bestaat uit de helmdraad en helmknop
Slide 20 - Quiz
De helmknop
Wat is waar?
A
Het is het mannelijke geslachtsorgaan
B
De helmknop bestaat uit 2 helmdraden
C
In de helmknop zitten helmhokjes met stuifmeel
D
De helmknopjes zitten in de helmhok
Slide 21 - Quiz
De stamper
Wat is waar?
A
Is het mannelijke geslachtsorgaan
B
Bestaat uit de stempel, stijl en het vruchtbeginsel
C
Is het vrouwelijke geslachtsorgaan
D
Bestaat uit de helmdraad en de helmknop
Slide 22 - Quiz
Wat is niet waar?
A
de helmdraad heeft geen nummer
B
in de stamper zit stuifmeel
C
de helmdraad vormt samen met nr. 4 de meeldraad
D
de helmknop zit 'op de top' van de helmdraad
Slide 23 - Quiz
Waaruit bestaat de bloemkelk?
A
stuifmeel
B
helmknop
C
kelkbladeren
D
kroonbladeren
Slide 24 - Quiz
Laatste vraag
zaadbeginsel
Stempel
Eicel
Vruchtbeginsel
Bloemkelk
Stijl
Slide 25 - Drag question
In je agenda gezet wat je gaat of moet doen?
(Neem boek B en plakband meeen zorg dat eind van de week alles uit de studiewijzer van deze week af is).
Pak dan je tas in en wacht nog even rustig op je eigen plek tot het tijd is.
Laat je plek netjes achter, schuif je stoel aan en vergeet je mobiel niet.