Ster in lezen

1 / 28
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welk programma begint om 19.15 uur?
A
Nieuwe buren
B
Alleen op de wereld
C
De gekkies
D
Huis van de kaart

Slide 2 - Quiz

Over wie gaat De kabel?
A
Mo en Mia
B
Remi
C
Eva en Milo
D
Scot en Kirk

Slide 3 - Quiz

Op welke zender komt De gekkies?
A
NPO1
B
RTL5
C
NPO3
D
SBS6

Slide 4 - Quiz

Waar zie je "de leerling"?
A
B
C
D

Slide 5 - Quiz

Waar zie je "de kunst"?
A
B
C
D

Slide 6 - Quiz

Waar zie je "de zender"?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

Waar zie je "de titel"?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 8 - Quiz

Waar zie je "de inhoud"?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 9 - Quiz

Waar zie je "alleen"?
A
B
C
D

Slide 10 - Quiz

Waar zie je "de wereld"?
A
B
C
D

Slide 11 - Quiz

Wat is dit?
A
het eten
B
de drugs
C
het fruit
D
het snoep

Slide 12 - Quiz

Waar zie je "de ouders"?
A
B
C
D

Slide 13 - Quiz

Wat zie je hier?
A
huilen
B
praten
C
schreeuwen
D
lachen

Slide 14 - Quiz

Wat doet deze man?

Slide 15 - Open question

de macht - Wie is de baas?


het land
 
Ster in lezen      3 Wat komt er op tv?

Slide 16 - Slide

de drugs

het gevaar 
Ster in lezen      3 Wat komt er op tv?

Slide 17 - Slide

Zinnen maken met de woorden.
de zender

Ster in lezen      3 Wat komt er op tv?

Slide 18 - Slide

de tijd

de titel

de inhoud = waar het over gaat 
Ster in lezen      3 Wat komt er op tv?

Slide 19 - Slide

alleen




de wereld

Ster in lezen      3 Wat komt er op tv?

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Wat is "zin hebben"?
A
Ik wil niet.
B
Ik vind het niet leuk.
C
Ik vind het heel leuk.
D
Ik ga niet.

Slide 22 - Quiz

Waar zie je "somber"?
A
B
C
D

Slide 23 - Quiz

Waar zie je "blij"?
A
B
C
D

Slide 24 - Quiz

Wat zie je?
A
ik ben bang
B
ik ben blij
C
ik ben boos
D
ik verveel me

Slide 25 - Quiz

Zaterdag en zondag noem je het
..........

Slide 26 - Open question

Maak een zin met "want".

Slide 27 - Open question

Maak een zin met "zonder".

Slide 28 - Open question