What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
werkwoordspelling
WERKWOORDSPELLING
1 / 20
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
WERKWOORDSPELLING
Slide 1 - Slide
Vul het juiste werkwoord in.
Ons bedrijf verzen... (verzenden)de goederen bij voorkeur per koerier.
Slide 2 - Open question
Vul het juiste werkwoord in.
Het huis van het bruidspaar was met bloemen versier... (versieren).
Slide 3 - Open question
Vul het juiste werkwoord in.
Het gras was letterlijk verschroei... (verschroeien) door de zon.
Slide 4 - Open question
Vul het juiste werkwoord in.
Ik wach... (wachten) meer dan een uur op hem, maar hij kwam niet.
Slide 5 - Open question
Vul het juiste werkwoord in.
Mijn buurman beloof... (beloven) zijn dochter een nieuwe auto als zij in één keer slaagt voor haar rijbewijs.
Slide 6 - Open question
Vul het juiste werkwoord in.
Vorige maand stun... (stunten) die supermarktketen ook al met de prijs van een Playstation 5.
Slide 7 - Open question
Vul het juiste werkwoord in.
Een eend broe... (broeden) soms op twintig eieren tegelijk
Slide 8 - Open question
werkwoordspelling
(worden) ... je vader boos als je een onvoldoende haalt?
A
word
B
wordt
Slide 9 - Quiz
Afgelopen weken (besteden) we veel tijd aan werkwoordspelling.
A
besteden
B
besteede
C
besteedden
D
besteeden
Slide 10 - Quiz
Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt
D
gebeurdde
Slide 11 - Quiz
Vin.. jij werkwoordspelling moeilijk om te leren?
A
Vindt
B
Vind
C
Vint
D
Vintd
Slide 12 - Quiz
Het heeft nu al vierweken geregend en iedereen verlang... (verlangen) naar de zon.
A
verlangen
B
verlangd
C
verlangdt
D
verlangt
Slide 13 - Quiz
Ben je nu al weer verhuis... (verhuizen?
A
verhuist
B
verhuisd
C
verhuizen
Slide 14 - Quiz
Precies op tijd lan... (landen) het vliegtuig gisteren in Rome.
A
lande
B
landde
C
landden
D
landen
Slide 15 - Quiz
Verzamel... (verzamelen) je broer nog steeds postzegels?
A
verzamelen
B
verzameld
C
verzamelt
Slide 16 - Quiz
Een narcis verwilder... (verwilderen)gemakkelijker dan een tulp.
A
verwilderen
B
verwildert
C
verwilderd
Slide 17 - Quiz
De gemeenteraad heeft de hele middag vergader... (vergaderen).
A
vergaderen
B
vergaderd
C
vergadert
Slide 18 - Quiz
Hoe goed ben je nu in werkwoordspelling?
0
100
Slide 19 - Poll
Welke emoji geef je jezelf voor de quiz?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 20 - Poll
More lessons like this
Voltooid deelwoord
November 2019
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Werkwoordspelling groep 7 (april)
April 2024
- Lesson with
15 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
werkwoordspelling H1 t/m H6
February 2021
- Lesson with
31 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Taalverzorging 2.3 Werkwoordspelling Voltooide tijd
October 2024
- Lesson with
31 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Week 41 - voorbereiding so - ww spellling
October 2020
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
SCC M11 L1 Het voorzetselvoorwerp
December 2022
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
3H Werkwoordspelling les 1
September 2020
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Werkwoordspelling pv tt en vd
March 2021
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1