Hfst. 8: Keuringsverslagen

1 / 28
next
Slide 1: Slide
ElektriciteitSecundair onderwijs

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

8.1. De verschillende werkbevoegdheden aanduiden
BA1
BA2
BA3
BA4
BA5
Gewone
Jullie zelf

Slide 2 - Drag question

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

8

Slide 7 - Video

00:25

Slide 8 - Slide

00:25

Slide 9 - Slide

00:43

Slide 10 - Slide

03:11
Wat meet de agent-onderzoeker als hij de isolatiewaarde wil meten?
A
Spanningsverlies tussen binneninstallatie en aarding
B
Stroomverlies tussen binneninstallatie en aarding

Slide 11 - Quiz

04:13
De aardingsweerstand moet zo hoog mogelijk zijn zodat de stroom onmiddellijk naar de aarde vloeit.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

04:53
Wat controleert de agent-onderzoeker?
A
Ofdat de differentieel uitschakeld bij te grote lekstroom
B
Ofdat de automaat uitschakeld bij te grote lekstroom

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Nog even herhalen...

Slide 17 - Slide

Bij een elektriciteitskeuring wordt gecontroleerd of de installatie voldoet aan het AREI.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Hoelang is een positief keuringsverslag geldig?
A
15 jaar
B
20 jaar
C
25 jaar
D
30 jaar

Slide 19 - Quiz

Is een elektriciteitskeuring nodig bij de verkoop van een huis?
A
Ja
B
Nee

Slide 20 - Quiz

Wanneer is een elektriciteitskeuring verplicht?

Slide 21 - Mind map

Slide 22 - Slide

Welke schema’s en plannen zijn verplicht bij een elektrische keuring?
A
Situatieschema
B
Eéndraadsschema
C
Geen van beide schema's
D
Beide schema's

Slide 23 - Quiz

Wat wordt tijdens de keuring gecontroleerd?

Slide 24 - Mind map

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

05:45
Wat controleerde de agent-onderzoeker?
A
Beschermings-maatregelen tegen elektrische schokken
B
Waarde v.h. algemeen isolatieniveau
C
Spreidingsweerstand v.d. aardverbinding
D
Uitvoering installatie i.f.v. schema's

Slide 27 - Quiz

06:29
Achter welke differentieel moeten de verlichting en stopcontacten in een badkamer geschakeld zijn?
A
300 mA
B
30 mA

Slide 28 - Quiz