English lesson theme 3 Arts & Design Part C Past tenses

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

English lesson theme 3 Arts & Design Part C Past tenses

Planning of today

• Reading
  
• Homework check
  
• Learning goals
  
• Past tenses
• Homework
  
• Check learning goals

Reading

Homework check: 10 t/m 14 Part B (Questions?)

Learning goals 

• I can use and understand the past tenses (past simple, past perfect, past continuous, past perfect continuous)

Past Simple vs Present Perfect

Past simple

Gebruik:

   - verleden > helemaal voorbij

   - je weet wanneer het gebeurde

   - het is afgesloten / afgerond

VB: I worked there last week.

VB: She ran a marathon two days ago.

Past simple

(regelmatig ww) = WW+Ed                       OF                        een onregelmatig WW.

I worked                                                                                                           I drove

you worked                                                                                                   you flew

he worked                                                                                                   he thought

she worked                                                                                                 she swam

it worked                                                                                                           it ate

they worked                                                                                             they became

Negatives in the Past simple

Als je negations wil maken in de present simple heb je het hulp werkwoord, did not nodig.  Als je een negetion maakt komt er geen -ed achter het werkwoord, je gebruikt de STAM.

VB: He did not help me yesterday.

VB: We did not help them last week.

Questions in the Past simple

Als je vragen wil maken in de past simple heb je het hulp werkwoord did nodig. Dit hulp werkwoord komt aan het begin van de zin. Je gebruikt dan did + stam ww.

VB: Did he help you yesterday? 

VB: Did my friends travel to Arnhem last week?

Past perfect

Je gebruikt de past perfect (had + voltooid deelwoord) wanneer je meerdere momenten in het verleden bespreekt. De past perfect gebruik je dan voor dat wat het langst geleden is en de past simple voor dat wat minder lang geleden heeft plaatsgevonden. 

VB: I had defeated my friend Jimmy, before his parents arrived

I had defeated my friend Jimmy (het langst geleden = past perfect), before his parents arrived (minder lang geleden = past simple).

Past perfect

Past perfect = had + voltooid deelwoord

Regelmatige werkwoorden (to live, to work, etc.) krijgen dus -ed erachter als voltooid deelwoord. Belangrijke uitzonderingen zijn:

Werkwoorden die eindigen op -e, krijgen alleen -d erachter:

- to bake: baked

Werkwoorden die eindigen op -c, krijgen -ked erachter:

- to panic: panicked

Werkwoorden die eindigen op -y, met een medeklinker ervoor, krijgen -ied:

- to marry: married

Past continuous

Wil je aangeven dat je iets een tijdje deed, dan gebruik je de past continuous. Kijk bijvoorbeeld naar de volgende zinnen:

We waren aan het zingen, toen Patrick aankwam.

--> We were singing, when Patrick arrived.

--> My dad was helping him out last summer.

Past continuous

Hoe maak je de past continuous?

Om de past continuous te maken heb je altijd 2 werkwoorden nodig, namelijk een vervoeging van to be + werkwoord met -ing erachter. Het werkt ongeveer hetzelfde als de present continuous, het enige verschil is dat je bij de past continuous de verleden tijd van het werkwoord to be gebruikt.

Was/Were + WW + ing

Negatives Past continuous 

Hoe maak je een negative past continuous?

Gebruik de basis vorm van de past continuous maar voeg na het werkwoord to be het woordje not in: Was/Were + not + WW + ing

Voorbeeld:
He was not travelling  last year. 

We were not working last evening. 

Questions Past continuous 

Hoe maak je een vraagzin met de past continuous?

Zet de vervoeging van to be VOOR het onderwerp van de zin: 

Was/Were + Onderwerp + WW + ing. 

Voorbeeld:

Were we staying in that hotel last year?

Was he playing a game last evening?

Past perfect continuous

De past perfect continuous (ing-vorm) gebruik je:

als iets in het verleden begonnen is, inmiddels is afgelopen en je wilt vooral de tijdsduur benadrukken.

- I had been studying English for six years (wel zes jaar lang, nu niet meer).

Past perfect continuous

past perfect continuous = had + been + werkwoord+ing

- He had lived -> past perfect

- He had been living -> past perfect continuous

- We had lived -> past perfect

- we had been living -> past perfect continuous

Homework

Exercise 15 t/m 17, Part C

Werk eerst 10 minuten in complete stilte:

Learning goals 

• I can use and understand the past tenses (past simple, past perfect, past continuous, past perfect continuous)