Nieuwjaarsquiz

Nieuwjaarsquiz
1 / 16
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 18 min

Items in this lesson

Nieuwjaarsquiz

Slide 1 - Slide

Was wird in diesem Quiz behandelt?

  •  Kapitel 1. bis 4. 

Slide 2 - Slide

Übersetze N-D
(zijn)

Slide 3 - Open question

Welches Geschlecht hat dieses Wort?
(Postleitzahl)
A
der
B
die
C
das

Slide 4 - Quiz

Zoek de goede match met het persoonlijk voornaamwoord en het werkwoord SEIN
sie/Sie
ihr
wir 
er/sie/es
du 
ich 
sind
seid
sind
ist
bist
bin

Slide 5 - Drag question

Wie heißt 'leider' auf Niederländisch?

Slide 6 - Open question

Schreib auf Deutsch "hoe heet je?"

Slide 7 - Open question

Was bedeutet 'aber'?
A
toch
B
maar
C
echter
D
dus

Slide 8 - Quiz

Schrijf je leeftijd op in het Duits

Slide 9 - Open question

Was bedeutet 'hebben'
A
sein
B
haben
C
werden

Slide 10 - Quiz

Zoek de goede match met het persoonlijk voornaamwoord en het werkwoord HABEN
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben

Slide 11 - Drag question

Was bedeutet 'wer' auf Niederländisch?
A
waar
B
waneer
C
wie

Slide 12 - Quiz

Was bedeutet 'was' auf Niederländisch?
A
hoe
B
wat
C
waar

Slide 13 - Quiz

Zoek de goede match met het persoonlijk voornaamwoord en het werkwoord WERDEN
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
werde
wirst
wird
werden
werdet
werden

Slide 14 - Drag question

Schrijf in het Duits 'ik ben aardig'

Slide 15 - Open question

Was bedeutet 'einladen'?
A
inladen
B
instappen
C
uitnodigen

Slide 16 - Quiz