NL 1C les 2 --> lezen, onderwerp

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Startopdracht

Probeer zoveel mogelijk woorden te maken met de volgende letters: 

H A R V I N E R D I N S T 

Bijvoorbeeld: ster ( Je hoeft dus niet elke letter te gebruiken voor een woord.)

Schrijf ze op in je schrift.

Klaar? --> lezen in je leesboek.

Vandaag

• bespreken startopdracht
• Het onderwerp van een tekst
• Opdracht samen maken
• Opdrachten zelfstandig maken
• afsluiten

Startopdracht

Probeer zoveel mogelijk woorden te maken met de volgende letters: 

H A R V I N E R D I N S T 

Startopdracht

H A R V I N E R D I N S T 

        Er kunnen meer dan 50 woorden mee gemaakt worden!              Hard

Hart

Haver

Hand

Handen

Havist

Haven

Is

En

Er

Vis

Had

Vat

Via

Vers

Vest

Vier

Vies

Vind

Visa

Hars

Shirt

Haven

Vers

Vers

Havist

Verhit

Divers

Vriendin

Hartsvriend

Hartsvriendin

Ster

Dienst

De

Vader

Havens

Vries

Vriest

Advies

Haters

Hardste

Vinder

Natheid

Vasten

Triade

Vastheid

Havisten

Verstand

Vriend

Ritsen

Strand

Stad

Stand

Rand

Varen

Staren

Riet

Reis

Haren

Tand

Diner

Anders

Ander

Raden

Ren

Rende

Dans

Daar

Rijd

Sterk

Stier

Het onderwerp van een tekst

Wat is een onderwerp?

Het onderwerp van een tekst

Wat is een onderwerp?

Een onderwerp is waar de tekst over gaat.

In één of een paar woorden.

Het onderwerp van een tekst

Hoe vind je het onderwerp van een tekst?

1. Bekijk de tekst:

   • Kijk naar de titel.

   • Kijk naar de foto's en plaatjes bij de tekst (illustraties)

   • Kijk naar de titels die boven tekstgedeeltes staan. Die titels noem je        tussenkopjes.

   • Kijk of er woorden zijn die anders gedrukt zijn (vet, schuin, GROOT of gekleurd).

Het onderwerp van een tekst

Hoe vind je het onderwerp van een tekst?

2. Lees het eerste stukje (de eerste alinea) van de tekst. Vaak is dat vetgedrukt.

Stap 1 en stap 2 samen heet ook wel orienterend lezen. 

Het onderwerp van een tekst

Hoe vind je het onderwerp van een tekst?

Na het orienterend lezen, (stap 1 en 2) komt stap 3:

3. Geef antwoord op de vraag: waarover gaat deze tekst?

Het onderwerp van een tekst

Open je boek op blz. 12

Opdracht 1.

Zelfstandig werken

Maak nu opdracht 2.

Je mag fluisterend overleggen met je schoudermaatje

Huiswerk notereren

Schrijf op in je plenda!

Voor maandag 18 september (4e/5e uur)

M: opdracht 4 en 5 op blz 15 en 16.

Lz: theorie op blz. 12