U1 les 4 bijwoorden

U1 les 4 bijwoorden
1 / 19
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

U1 les 4 bijwoorden

Slide 1 - Slide

Today
Unit 1 les 4:
-onregelmatige werkwoorden (45-88)
-Reading opd.1, 2,3 blz.27,28
-Grammar: -Versterkende bijwoorden: opd.4,5 blz.29
-oefenen met onregelmatige werkwoorden via Studygo/ of via online methode

Slide 2 - Slide

Zoek het nu zelf maar uit!
Staat deze zin in de present simple of de present continuous en waarom?
"She is talking to her grandmother right now".
A
Present simple.
B
Present continues.
C
Omdat het een gewoonte/ feit of regelmatige gebeurtenis is.
D
omdat ze dat nu aan het doen is.

Slide 3 - Quiz

Lees deze tekst:

Slide 4 - Slide

Wat is de functie van de dikgedrukte woorden?

Slide 5 - Open question

Versterkende bijwoorden

  • Je kunt een versterkend bijwoord gebruiken om de betekenis van het volgende woord te versterken. 

  • Ze staan voor het woord waarover ze iets zeggen.

  • That level is incredibly difficult.
  • Hafþór Björnsson is so strong


Slide 6 - Slide

Versterkende bijwoorden

  • De volgende versterkende bijwoorden worden veel gebruikt

Slide 7 - Slide

Waarvoor kun je een versterkend bijwoord gebruiken?

Slide 8 - Open question

Today
Unit 1 les 4:
words / expressions  blz/56,57
-Reading opd.1, 2,3 blz.27,28
-Grammar: -Versterkende bijwoorden: opd.4,5 blz.29
-oefenen met onregelmatige werkwoorden via Studygo/ of via online methode

Slide 9 - Slide

Hello
Take your seat.

Put your book on the table, please.

Slide 10 - Slide

Today
-uitleg toets 1 oktober
-hw check  : opd.5 blz.29
- Voorzetsels van plaats:
opd.6 blz.30
opd. 7 blz.31
opd. 8 blz.31
-oefenen met onreg. ww

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Voorzetsels van plaats

Slide 13 - Slide

Today
- Voorzetsels van plaats:
opd.6 blz.30
opd. 7 blz.31
opd. 8 blz.31
-oefenen met onreg. ww ( op papier)
Opd. lezen afmaken: opd.1, 2,3 blz.27,28

Slide 14 - Slide

Today
-Unit 1 les4
Present Simple
Present Continuous
onregelmatige werkwoorden

Slide 15 - Slide

Present Simple regelmaat
(+)     I/ you/ we/ they      werkwoord
She/  he/ it             werkwoord+s

(-)   I/ you/ we/ they   don't werkwoord
She, he, it   doesn't     werkwoord

(?)  Do   I/ you/ we/ they    werkwoord?
Does  she/ he/ it werkwoord?


timer
5:00

Slide 16 - Slide

(+)     I am  werkwoord+ ing
 you/ we/ they    are   werkwoord + ing
She/  he/ it    is         werkwoord+ing

(-)   I am  not werkwoord+ ing
 you/ we/ they are  not werkwoord + ing
She/ he/ it is not       werkwoord+ing

(?)  Am  I werkwoord+ ing
Are you/ we/ they werkwoord + ing ?
Is She/ he/ it  werkwoord+ing?


timer
5:00

Slide 17 - Slide

 regelmaat
(+) I/ you/ we/ they werkwoord
She/ he/ it werkwoord+s

(-) I/ you/ we/ they don't werkwoord
She, he, it doesn't werkwoord


(?) Do I/ you/ we/ they werkwoord?
Does she/ he/ it werkwoord?



(+) I am werkwoord+ ing
 you/ we/ they are werkwoord + ing
She/ he/ it is werkwoord+ing

(-) I am not werkwoord+ ing
 you/ we/ they aren't werkwoord+ ing
She/ he/ it is not werkwoord+ing

(?) Am I werkwoord+ ing
Are you/ we/ they werkwoord + ing ?
Is She/ he/ it werkwoord+ing?


nu
mix oefening
timer
10:00

Slide 18 - Slide

onregelmatige werkwoorden
Studygo

Slide 19 - Slide