Paragraaf 4,5 Part 2

WELKOM
3 Kader
Welkom
Klas 4
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

WELKOM
3 Kader
Welkom
Klas 4

Slide 1 - Slide

Goals
Ik weet hoe ik voegwoorden moet gebruiken

Slide 2 - Slide

What are we going to do today?
  • Uitleg if/when
  • Oefenen
  • Zelfstandig werken

Slide 3 - Slide

CONJUNCTIONS
(voegwoorden)

Slide 4 - Slide

Homework
Boek 3 Paragraaf 4,5 
Opdracht 1 t/m 5 + 10 + 11


Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

If = als/indien
  • Je gebruikt 'if' als je niet zeker weet of iets gaat gebeuren of om een voorwaarde aan te geven.

Example: 
  • If you don't do to bed now, you are grounded!
  • You should stand up if an elderly lady enters a full bus.

Slide 7 - Slide

When = wanneer/toen/als
  • Je gebruikt 'when' als je wel zeker weet dat iets gaat gebeuren.

Example: 
  • When I get home I'll go straight to bed.
  • Call us when you arrive at the station.

Slide 8 - Slide

'if' and 'when'

  • Give her the money if you see her.

  • Give her the money when you see her.

Slide 9 - Slide

(if/when) it rains tomorrow, we can't have a picnic.
A
If
B
When

Slide 10 - Quiz

I'm going to London. I'll phone you (if/when) I get back.
A
if
B
when

Slide 11 - Quiz

My parents will buy me a car (if/when) I turn eighteen.
A
if
B
when

Slide 12 - Quiz

We'll catch the train (if/when) we leave immediately.
A
if
B
when

Slide 13 - Quiz

We'll catch the train (if/when) we leave immediately.
A
if
B
when

Slide 14 - Quiz

Homework
Boek 3 Paragraaf 4,5 
Opdracht 6 t/m 9 + 12 t/m 14

Paragraaf 4,5 helemaal af


Slide 15 - Slide