Lessenserie meten

Template algemeen gebruik | Geel Roze
Metriek stelsel
1 / 28
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Template algemeen gebruik | Geel Roze
Metriek stelsel

Slide 1 - Slide

Les 1. Doelen
Ik kan vertellen wat grootheden en eenheden zijn.
Ik kan voorbeelden van grootheden en eenheden opnoemen.


Slide 2 - Slide

Wat zijn grootheden en eenheden?
Grootheid: Iets wat je kunt meten, zoals lengte, tijd of gewicht.
Eenheid: Hoe je dat meet, zoals meter (m), seconde (s) of kilogram (kg).

Bijvoorbeeld:
Grootheid: lengte → Eenheid: meter (m).
Grootheid: gewicht → Eenheid: kilogram (kg).


Slide 3 - Slide

Noem iets wat je vandaag hebt gemeten of gebruikt.

Slide 4 - Open question

Meest gebruikte grootheden en eenheden

Slide 5 - Slide

Lengte
Gewicht
Tijd
Temperatuur
Volume

Slide 6 - Drag question

Maken op Studyflow
MBO 1: hoofdstuk  9.2
of 
MBO 2: hoofdstuk 7.2

Klaar? 9.1 of 7.1

Slide 7 - Slide

Samenvatting:

Een grootheid is wat je meet, zoals lengte of gewicht.
Een eenheid is hoe je dat meet, zoals meter of kilogram.

Slide 8 - Slide

Samenvatting:

Een grootheid is wat je meet, zoals lengte of gewicht.
Een eenheid is hoe je dat meet, zoals meter of kilogram.

Slide 9 - Slide

Les 2. Doelen
Ik kan meetinstrumenten kiezen voor lengte, gewicht en inhoud.
Ik kan meeteenheden koppelen aan de meetinstrumenten.

Slide 10 - Slide

Terugblik les 1
Grootheid?

Eenheid?

Slide 11 - Slide

Opdracht: koppel de meetinstrumenten
Zoek het plaatje de plaatjes die horen bij de te meten plaatjes.

Slide 12 - Slide

Welke meetinstrumenten zijn er?

Slide 13 - Slide

Uitleg Studyflow 
rekenkaart

Slide 14 - Slide

Maken Studyflow
MBO 1: H9.3
of 
MBO 2: H7.3

Klaar? 9.4 of 7.4

Slide 15 - Slide

Samenvatting:

  • Een grootheid is wat je meet, zoals lengte of gewicht.
  • Een eenheid is hoe je dat meet, zoals meter of kilogram.
  • Meetinstrument is waar je mee meet, bijvoorbeeld liniaal of maatbeker.

Slide 16 - Slide

Les 3. Doelen
Ik kan verschillende voorwerpen meten met een liniaal en rolmaat.
Ik kan nauwkeurig centimeters en millimeters aflezen.
Ik kan vertellen wanneer ik een liniaal of een rolmaat moeten gebruiken.

Slide 17 - Slide

Terugblik les 2
Grootheid?

Eenheid?

Meetinstrument?

Slide 18 - Slide

Opdracht meten.
Liniaal: Gebruik je voor kleine en nauwkeurige metingen (tot 30 cm).

Rolmaat: Gebruik je voor grotere objecten (langer dan 30 cm).

Slide 19 - Slide

Opdracht omrekenen 
Maak van alle centimeters meters en van alle meters centimeters. Denk de rekenkaart!

Slide 20 - Slide

Samenvatting

  • Een grootheid is wat je meet, zoals lengte of gewicht.
  • Een eenheid is hoe je dat meet, zoals meter of kilogram.
  • Meetinstrument is waar je mee meet, bijvoorbeeld liniaal of maatbeker.
  • Voor kleine voorwerpen gebruik je een liniaal en gebruik je de eenheid mm of cm.
  • Voor grote voorwerpen gebruik je een rolmaat en gebruik je de eenheid m.

Slide 21 - Slide

Les 4. Doelen
Ik kan het verschil uitleggen tussen 2D- en 3D-vormen.
Ik kan verschillende 2D- en 3D-vormen in mijn omgeving herkennen en benoemen.
Ik kan 2D-vormen omzetten naar 3D-vormen.

Slide 22 - Slide

Terugblik 
Grootheid?

Eenheid?

Meetinstrument?

Slide 23 - Slide

figuren
Verschil tussen 2D en 3D
• 2D-vormen (vlakke figuren): hebben lengte en breedte, geen diepte.
Voorbeelden: vierkant, cirkel, driehoek, rechthoek.

• 3D-vormen (ruimtelijke figuren): hebben lengte, breedte en diepte.
Voorbeelden: kubus, bol, cilinder, kegel.

Slide 24 - Slide

Bouw een 2D-vorm
Bouw van klei en satéprikkers een 2D vorm.

Slide 25 - Slide

Bouw een 3D-vorm
Maak van je 2D-vorm een 3D-vorm.

Slide 26 - Slide

Samenvatting:
Ik kan het verschil uitleggen tussen 2D- en 3D-vormen.
Ik kan verschillende 2D- en 3D-vormen in mijn omgeving herkennen en benoemen.
Ik kan 2D-vormen omzetten naar 3D-vormen.

Slide 27 - Slide

Studyflow
MBO1 H10.2 en 10.3 
of 
MBO2 H8.2 en 8.3
ps......heb je MBO1 H10.1 of MBO2 H8.1 al af???
En je boek? Blz 28 t/m 31 en blz 127 t/m 145???
Nee? Dan loop je achter (denk aan Fase 3 en diploma......)

Slide 28 - Slide