Wat moet je kennen/kunnen?
Je weet- dat een regisseur heel eigen middelen ter beschikking heeft om een filmverhaal vorm te geven (filmbouwstenen).
- dat bepaalde bouwstenen niet lukraak worden gebruikt, maar met een bepaald doel of effect voor ogen.
Je kent
- de bouwstenen: beeldgrootte, camerastandpunt, setting, belichting, geluid en de betekenis ervan.
Je kunt
- de bestudeerde bouwstenen in een (andere) kortfilm of filmfragment herkennen en de betekenis of functie ervan te achterhalen.