THEMA 1, WEEK 1, DICTEE 3

Deze auto ...... (rijden) niet op benzine, maar op gas.
(tegenwoordige tijd)
A
rijd
B
rijdt
C
reed
D
reedt
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
SpellingBasisschoolGroep 7,8

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Deze auto ...... (rijden) niet op benzine, maar op gas.
(tegenwoordige tijd)
A
rijd
B
rijdt
C
reed
D
reedt

Slide 1 - Quiz

Slide 2 - Slide

TEGENWOORDIGE TIJD OEFENEN
Hij ... (worden) meester van groep 8.
A
Hij wordt meester van groep 8.
B
Hij word meester van groep 8.
C
Hij worden meester van groep 8.
D
Hij werd meester van groep 8.

Slide 3 - Quiz

De neef van Mariza (lijden) aan een spierziekte.

Tegenwoordige tijd
A
leed
B
lijde
C
lijden
D
lijd

Slide 4 - Quiz

tegenwoordige tijd
De sporter....
A
strijdt
B
strijd

Slide 5 - Quiz

WERKWOORD: starten
De auto ....... niet.
TT

Slide 6 - Open question

WERKWOORD: roeien
De vrouw ..... in haar boot.
TT

Slide 7 - Open question

WERKWOORD: praten
Waarom ....... jij zo hard?
TT

Slide 8 - Open question

WERKWOORD: dansen
Mijn opa en oma ....... op de bruiloft?
TT

Slide 9 - Open question

WERKWOORD: braden
Mijn vader ...... het vlees.
TT

Slide 10 - Open question

Lesdoel
Ik kan een voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden (klankvaste werkwoorden) correct spellen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

ZWAKKE WERKWOORDEN

STAP 1

schrijf het wordt ge - op

STAP 2

zet de ik vorm van het werkwoord erachter - ge bloos

STAP 3 

Zit de z van blozen in het 't ex kofschip? Nee, dzet er dan een d achter.

ge bloos d


Slide 13 - Slide

WERKWOORD: grommen
De hond heeft gisteren hard .........
VD

Slide 14 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van melden?
A
gemeld
B
gemolden
C
gemeldt
D
gelmelt

Slide 15 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van:

vertellen
A
geverteld
B
verteld
C
vertelt
D
gevertelt

Slide 16 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van:

beleven
A
gebeleefd
B
gebeleeft
C
beleeft
D
beleefd

Slide 17 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van:

jagen
A
gejaagt
B
gejaagd
C
verjaagd
D
verjaagt

Slide 18 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van stofzuigen?
VD
A
gestofzuigd
B
stofgezuigd
C
stofgezogen
D
gestofzogen.

Slide 19 - Quiz

Voltooid deelwoord
Ik heb hem nooit ...
A
gelooft
B
geloven
C
geloofd
D
gegeloofd

Slide 20 - Quiz

Spelling
Thema 1 - week 1
Dictee 3
(8 opgaven)



Ik ga jullie helpen!


Groep 8: voltooid deelwoord van zwakke werkwoorden.van werkwoorden

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link