HVV2A week 45 Lesen üben

Liebe Leute, das Programm für heute
Leesstrategieën
Lesen üben
1 / 25
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Liebe Leute, das Programm für heute
Leesstrategieën
Lesen üben

Slide 1 - Slide

LERNZIELE
Ik weet hoe ik een Duitse leestekst kan begrijpen
Ik weet hoe ik daarvoor kan oefenen
Ik weet hoe ik beter multiple-choice vragen kan beantwoorden

Slide 2 - Slide

We bekijken nu het filmpje over leesstrategieën:

Link leesvaardigheid tips


En een video over "gokken"



Slide 3 - Slide

Leesstrategieën
Wat is een leesstrategie? = hoe je een tekst leest.

- oriënterend lezen 
   = voorspellen
- globaal lezen
  = scannen/skimmen
- zoekend lezen
  = informatie vinden
- intensief lezen

Slide 4 - Slide

Woordenboek D-N
Je mag bij een leestoets een woordenboek Duits-Nederlands gebruiken, maaaaaar:

- hele werkwoorden: "magst"  = "mögen"
- Enkelvoud: "Häuser" = "Haus"
- Meerdere betekenissen
- Oefen daarmee

Slide 5 - Slide

Lesen üben: vwo-Buch, Seite 38-39-40
Tipps und Ideen für dein Zimmer                                                        DENKEN - DELEN - UITWISSELEN
Skimm/Scan de tekst: Titel, plaatjes, tussenkopjes
- Waar gaat de tekst over?
- Wat betekenen de titel en de tussenkopjes?

16b. belangrijke woorden:
Aussage = uitspraak
Absatz = alinea
stimmt überein: komt overeen
Lücke = gat
timer
10:00

Slide 6 - Slide

HAUSAUFGABEN 
Week 45 "geplande taak

HV-BOEK  MAKEN                        VWO-BOEK MAKEN
Aufgabe 14 t/m 18                        Aufgabe 16c t/m 20

HV-BOEK LEREN:                          VWO-BOEK LEREN
Lernliste N-D helemaal              Lernliste N-D helemaal
Lernliste D-N A-Sehen               Lernliste D-N A-Sehen
Lernliste D-N C-Hören                Lernliste D-N C-Hören
Lernliste D-N D-Lesen                Lernliste D-N D-Lesen

Slide 7 - Slide

Auf Wiedersehen!

Slide 8 - Slide

Hören üben
HV: Buch Seite 36-37
VWO: Arbeitsblatt
K7 Aufgabe 12b

Slide 9 - Slide

Luistertoetsje
HVV 1e Luisterfragment NA K6
HVV 2e Luisterfragment NA K6

Slide 10 - Slide

Auf Wiedersehen!

Slide 11 - Slide

Tipps zum Hören

Slide 12 - Slide

Luisterstrategieën
  • Eerst de vraag lezen en daarna luisteren. Dat helpt je bij het raden van de woorden die je niet kent. Minder kans op fouten. 

  • Blijf tijdens het luisteren regelmatig naar de vragen kijken. 

Slide 13 - Slide

Luisterstrategieën
  • Er zit geen systeem in de antwoorden. Antwoorden staan op alfabetische volgorde. 5x het antwoord B achter elkaar is dus mogelijk!
  • Blijf bij je eerste antwoord. De eerste ingeving is vaak de beste.
  • Ga uit van wat je wel weet. Raak niet in paniek als je een woord niet kent. Je hoeft niet alle woorden te kennen. Het gaat om het juiste antwoord geven. 

Slide 14 - Slide

Kapitel 7
Anfang: 
Seite 28-29

  • Thema Wohnen
  • Grammatik: persoonlijk voornaamwoord in 4e naamval





Slide 15 - Slide

A SEHEN: Seite 30 Aufgabe 1
Wohnen in der Mühle

1a: Manche Menschen wohnen in besonderen Häusern. 
       Welche Beispiele dafür kennst du? 

1b: Sieh dir den Film an. Kreise beim Sehen die richtige Aussage ein.

Slide 16 - Slide

Auf Wiedersehen

Slide 17 - Slide

ik 
jullie
zij
het
wij
hij
ich
ihr
sie
es
wir
er

Slide 18 - Drag question

Het bepaald en onbepaald lidwoord
der, die und das
De lidwoorden in het Nederlands:
de en het (bepaald) een (onbepaald)
worden in het Duits aangegeven met:
der, die en das
der = mannelijk
die = vrouwelijk
das = onzijdig
De (bepaalde) lidwoorden in het Nederlands de en het (bepaald)
worden in het Duits:    der - die - das

GESLACHT!
der        = na een mannelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
die         = na een vrouwelijk zelfstandig naamwoord (vaak "de")
das        = na een onzijdig zelfstandig naamwoord (vaak "het")
Het bepaald en onbepaald lidwoord

Slide 19 - Slide

DER + "mannelijke woorden"
mannelijke personen, dieren, beroepen
dagen
maanden
jaargetijden

Slide 20 - Slide

DIE + "vrouwelijke" woorden"
vrouwelijke personen, dieren, beroepen
vaak woorden eindigen op -e
altijd woorden eindigen op: 
-heit -keit -schaft -ung

Slide 21 - Slide

DAS + "onzijdige" woorden"
"het" woorden in het Nederlands 
(PAS OP: niet altijd!!)

Slide 22 - Slide

DIE + meervoud
Meervoudige zelfstandige naamwoorden

ALTIJD DIE

Slide 23 - Slide

.... Bruder
A
der
B
die
C
das

Slide 24 - Quiz

LERNZIELE

  • Ik weet wie mevrouw Verholen is
  • Ik ken de lidwoorden in het Duits nog
  • Ik ken de persoonlijke voornaamwoorden in het Duits nog
  • Ik kan in mijn online-boek
  • Ik weet wat ik volgende week af moet hebben

Slide 25 - Slide