sinterklaasliedjes

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 8

De tekst

In deze lessen gaan we kijken naar verschillende sinterklaasliedjes. 

Doel sessie 1

 Je kent de titels van de teksten. 

Je kunt het refrein en de coupletten onderscheiden. 

Je kunt algemene vragen zoals wie, waar en wat beantwoorden.

rara wat is het liedje?

Je krijgt straks een paar regels te horen van het liedje. 

Weet jij de titel van de liedjes? 

Schrijf ze op je wisbordje. 

Je kan het moeilijker maken door een regel uit het couplet te pakken of door de zinnen van de 2 liederen met elkaar te combineren. 

Teksten lezen 

Je gaat zo de liedjes doorlezen. 

Zet een x voor het refrein en een O voor de coupletten. 

Wat valt je op? 

Opdracht 3 

Je gaat de tekst nog een keer lezen en antwoord geven op de wie, wat, waar vragen. 

Je krijgt van de leerkracht te horen hoe of met wie je gaat werken. 

sterke leerlingen maken het alleen.

gemiddelde leerlingen maken het in tweetallen 

zwakke leerlingen maken het met de leerkracht aan de instructietafel

doel sessie 1

 - Je kent de titels van de teksten.

- Je kunt het refrein en de coupletten onderscheiden.

- Je kunt algemene vragen zoals wie, waar en wat beantwoorden.

zing met de kinderen de liedjes. 

Weet je het nog? 

Tekst 1

Wie?

Wat?

Waar? 

weet je het nog? 

Tekst 2 

Wie?

Wat? 

Waar? 

Doel sessie 2

Je bekijkt welk rijmschema er hoort bij de teksten. 

Je bekijkt de moeilijke woorden en leert de betekenis ervan. 

de teksten

Pak je teksten er maar bij. We gaan ze eerst zingen en daarna lezen we ze.

Opdracht 1

 ‘Makkers staakt uw wild geraas’. Huh? 

Er zijn diverse vragen die in mij opkomen, bij jou ook?

 Pak je wisbordje en schrijf ze eens op. 

Je kunt klassikaal de vragen inventariseren en proberen antwoorden te vinden. 

Je kunt de wisbordjes aan een iemand anders in het groepje geven. 

Rijmschema

Van het eindrijm kun je een rijmschema maken.
• Je geeft elke rijmklank een nieuwe letter. De klank in de eerste regel a, de volgende klank b, etc.

A.

Sint liep te denken

Wat moest hij jou schenken

Een boek of een bon

Of een flesje lotion?

B.

Sint liep te denken,

Een boek of een bon

Of een flesje lotion,

Wat moest hij jou schenken?

C.

Sint liep te denken

Een boek of een bon

Wat moest hij jou schenken

Een flesje lotion?

abab

aabb

abba

Aan de slag

Je maakt opdracht 2 t/m 6. 

Je kunt serieus in tweetallen werken of je werkt zelfstandig. 

Welk liedje is dit? Schrijf de titel op.

Zing het hierna eens met de klas in het Engels! Schrijf de Nederlandse vertaling erbij.

See there comes the steamboat,

From Spain it arrives.

It brings us Saint Nicholas,

I can see him standing.

His horse is hopping,

on deck up and down.

The flags are waving,

backward and forth.

And Peter is laughing,

and tells everyone:

"The good kids get candy,

the bad kids get none!"

Oh, dear Saint Nicholas,

please also come to me.

And don't ride quietly,

past our house!

Top 10 sinterklaasliedjes

1. Zie ginds komt de stoomboot

2. Daar wordt aan de deur geklopt

3. Sinterklaas kapoentje

4. O, kom er eens kijken

5. Hoor wie klopt daar kinderen

6. Zie de maan schijnt door de bomen

7. De zak van Sinterklaas

8. Wie komt er alle jaren

9. Sinterklaas is jarig

10. Sinterklaas kom maar binnen

Wat is jouw top 10 van sinterklaasliedjes?

Doel sessie 2

Je bekijkt welk rijmschema er hoort bij de teksten. 

Je bekijkt de moeilijke woorden en leert de betekenis ervan. 

Wat is jouw in deze les opgevallen?