niet of geen

geen of niet?
TaalCompleet A1  8.9
Geregeld spreken les 11
1 / 44
next
Slide 1: Slide
NT2 Inburgering/alfabetisering volwasseneducatieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

geen of niet?
TaalCompleet A1  8.9
Geregeld spreken les 11

Slide 1 - Slide

1. Antwoord met 'ja'
Wil je koffie?                              - Ja, ...
Houd je van vis?                        - Ja, ...
Heb je een fiets?                       - Ja, ...
Reis je met de bus?                  - Ja, ...
Schrijf je een brief?                   - Ja, ...
Ga je naar Rotterdam?             - Ja, ...
Kom je morgen op bezoek?   - Ja, ...
Lees je veel boeken?                 - Ja, ...
Is die auto oud?                         - Ja, ...

Slide 2 - Slide

Geef antwoord op de vraag.
antwoord met 'Nee,...'

Slide 3 - Slide

Wil je koffie?                              - Nee, ...
Houd je van vis?                        - Nee, ...
Heb je een fiets?                       - Nee, ...
Reis je met de bus?                  - Nee, ...
Schrijf je een brief?                   - Nee, ...
Ga je naar Rotterdam?             - Nee, ...
Kom je morgen op bezoek?   - Nee, ...
Lees je boeken?                          - Nee, ...
Is die auto oud?                          - Nee, ...

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

GEEN
een woord met een
Meervoud zonder de
bij woorden die je niet kunt tellen

Slide 6 - Slide

NIET
In alle andere situaties

Slide 7 - Slide

nu jij !

Slide 8 - Slide

Zeg na. (geen)

Slide 9 - Slide

Zeg na. (niet)

Slide 10 - Slide

Loopt hij naar de supermarkt?
(niet)

Slide 11 - Slide

Rijd jij naar Groningen?
(niet)

Slide 12 - Slide

Slaapt Peter vannacht op de bank?
(niet)

Slide 13 - Slide

Kijk jij met je vriend naar voetbal?
(niet)

Slide 14 - Slide

Mag ik een broodje?
(geen)

Slide 15 - Slide

Heeft Maria morgen een vrije dag?
(geen)

Slide 16 - Slide

Kopen wij een zak chips?
(geen)

Slide 17 - Slide

Lezen jullie een mooi boek?
(geen)

Slide 18 - Slide

Heeft u een mooie fiets?
(geen)

Slide 19 - Slide

Kijkt hij met zijn dochter naar de film?
Nee, hij kijkt...

Slide 20 - Slide

Heb jij een nieuwe broek?
Nee, ik heb...

Slide 21 - Slide

Reist jouw vriendin met de trein?
Nee, zij reist...

Slide 22 - Slide

Heb ik rood haar?
Nee, jij hebt...

Slide 23 - Slide

Gaat de bus op tijd?
Nee, de bus...

Slide 24 - Slide

Hebben jullie morgen les?
Nee, ...

Slide 25 - Slide

Luister je naar muziek?
Nee, ...

Slide 26 - Slide

Heeft Maxima blauwe ogen?
Nee, ...

Slide 27 - Slide

Hebben wij brood in huis?
Nee, ...

Slide 28 - Slide

Kook jij met je moeder?
Nee, ...

Slide 29 - Slide

Staan - zitten - handen omhoog

Slide 30 - Slide

Staan - zitten - handen omhoog
Iedereen gaat staan.
Luister naar de vraag van de docent.
Weet je het antwoord op deze vraag?
Ja                = zitten
Nee            = staan
Geen idee = handen omhoog

Slide 31 - Slide

              Ja = zitten
           Nee = staan
Geen idee = handen omhoog
Eet de koning veel tomaten?

Slide 32 - Slide

              Ja = zitten
           Nee = staan
Geen idee = handen omhoog
Betaal jij in de supermarkt
met je pinpas?

Slide 33 - Slide

              Ja = zitten
           Nee = staan
Geen idee = handen omhoog
Heeft het buurmeisje een auto?

Slide 34 - Slide

              Ja = zitten
           Nee = staan
Geen idee = handen omhoog
Regent het morgen?

Slide 35 - Slide

              Ja = zitten
           Nee = staan
Geen idee = handen omhoog
Eten Nederlanders veel rijst?

Slide 36 - Slide

Typ het antwoord.
geef antwoord met 'Nee, ...'

Slide 37 - Slide

Hebben jullie morgen les?

Slide 38 - Open question

Kijk je vaak televisie?

Slide 39 - Open question

Hebben wij brood in huis?

Slide 40 - Open question

Is de trui duur?

Slide 41 - Open question

Drink jij koffie?

Slide 42 - Open question

Begrijp je het?

Slide 43 - Open question

Slide 44 - Slide