Vaste tekststructuren H2 (1) - Argumentatie/aspecten/voor-nadeel/vraag-antwoord H3

Welkom
3af
13 okt
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom
3af
13 okt

Slide 1 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • Je kunt verschillende vaste tekststructuren herkennen.

  • Je kunt de tekst opdelen in betekenisvolle eenheden en de functie van deze eenheden benoemen.

Slide 3 - Slide

Huiswerk
De Brug lezen 

Slide 4 - Slide

Vaste tekstructuren - Lezen h2
Uitleg vier nieuwe vaste tekststructuren
Oefenen met vier tekststructuren



Slide 5 - Slide

Welke vaste tekststructuren heb je dit jaar al geleerd?

Slide 6 - Open question

Tekststructuren
  1. Argumentatiestructuur 
  2. Aspectenstructuur 
  3. Voor- en nadelenstructuur 
  4. Verklaringsstructuur

Slide 7 - Slide

Welke tekststructuur?
In het verleden waren de communicatiemiddelen beperkt tot brieven, telefoongesprekken en persoonlijke ontmoetingen. Mensen moesten geduldig wachten op een brief die weken kon duren om aan te komen, en internationale gesprekken waren kostbaar en vaak van slechte kwaliteit. Het was een tijd waarin informatie langzaam reisde en de wereld kleiner leek.

In het heden heeft de digitale revolutie de manier waarop we communiceren drastisch veranderd. We hebben nu directe toegang tot e-mail, tekstberichten, sociale media en videochats. Communicatie is sneller dan ooit tevoren en heeft de afstanden tussen mensen verkleind. Met een simpele klik kunnen we met vrienden aan de andere kant van de wereld praten, zakelijke deals sluiten en informatie delen in realtime.

Slide 8 - Slide

Welke tekststructuur?
In veel steden over de hele wereld worden we dagelijks geconfronteerd met een groeiend probleem: verkeersopstoppingen. Deze opstoppingen veroorzaken niet alleen frustratie bij automobilisten, maar hebben ook ernstige gevolgen voor het milieu en de economie. Gelukkig zijn er enkele veelbelovende oplossingen die kunnen helpen om deze problemen aan te pakken.

Slide 9 - Slide

Welke tekststructuur?
Broeikasgassen zijn als een warme deken om onze planeet. Ze vangen warmte van de zon op en houden die vast, waardoor de aarde niet te koud wordt. Maar als we te veel van deze gassen in de lucht brengen, wordt het te warm, zoals een auto op een hete zomerdag.

We maken veel van deze gassen, vooral als we dingen verbranden, zoals benzine in auto's. Hierdoor wordt de aarde warmer en gebeuren er rare dingen, zoals smeltende ijsbergen en rare stormen. 

Slide 10 - Slide

Argumentatiestructuur
  • Inleiding: standpunt of stelling
  • Middenstuk: argumenten voor het standpunt // tegenargument // weerlegging
  • Slot: herhaling stelling // beantwoorden van de vraag 

Argumentatiestructuur (bijv. een artikel met de titel "Het vaccineren van kinderen is onzin")

Slide 11 - Slide

Aspectenstructuur
  • Inleiding: onderwerp
  • Middenstuk: diverse aspecten/verschillende kanten van het onderwerp
  • Slot: (meestal) samenvatting 

Aspectenstructuur (bijv. een artikel met de titel "Welke invloed heeft het coronavirus op jongeren?")

Slide 12 - Slide

Voor-/nadelenstructuur
  • Inleiding: vraag of stelling
  • Middenstuk: voordelen// nadelen
  • Slot: afweging // conclusie 

Voor- /nadelenstructuur (bijv. een artikel met de titel "Wat zijn de voor- en nadelen van het vaccineren van jongeren?")

Slide 13 - Slide

Vraag-antwoordstructuur
  • Inleiding: vraag
  • Middenstuk: antwoord 
  • Slot: samenvatting of conclusie 

vraag-antwoordstructuur (bijv. een artikel met de titel "Welke maatregelen kan ik zelf treffen tegen het coronavirus?")

Slide 14 - Slide

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 15 - Slide

Welke tekststructuur herkende je in het tekstfragment?
A
argumentatiestructuur
B
aspectenstructuur
C
vraag-antwoordstructuur
D
voor-/nadelenstructuur

Slide 16 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 17 - Slide

Welke tekststructuur herkende je in het tekstfragment?
A
argumentatiestructuur
B
aspectenstructuur
C
vraag-antwoordstructuur
D
voor-/nadelenstructuur

Slide 18 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 19 - Slide

Welke tekststructuur herkende je in het tekstfragment?
A
argumentatiestructuur
B
aspectenstructuur
C
vraag-antwoordstructuur
D
voor-/nadelenstructuur

Slide 20 - Quiz

Welke tekststructuur herken je?
Argumentatiestructuur
Aspectenstructuur
Vraag-antwoordstructuur
Voor- en nadelenstructuur 

Slide 21 - Slide

Welke tekststructuur herkende je in het tekstfragment?
A
argumentatiestructuur
B
aspectenstructuur
C
vraag-antwoordstructuur
D
voor-/nadelenstructuur

Slide 22 - Quiz

Aan de slag 
Lezen h1 blz. 13/14
Wat? Opdracht 1 + 2
Daarna? Opdracht 5
Hoe? Alleen

Tip! Online + boek
timer
15:00

Slide 23 - Slide

Plannen repetitie
T01 Repetitie Lezen (2x) 
Hoofdstuk 1 + 2
29 september

Slide 24 - Slide

Wat is het voordeel van het herkennen van de tekststructuur?

Slide 25 - Mind map

Welke tekststructuur heeft een informerend/ opiniërend tekstdoel?

Slide 26 - Open question

In een verklaringsstructuur staat in de inleiding een....

Slide 27 - Open question

Een tekst is gebaseerd op de argumentatiestructuur. Wat staat er in de inleiding?

Slide 28 - Open question

Een tekst is gebaseerd op de probleem/oplossingstructuur. Wat staat er in het slot?

Slide 29 - Open question

Een tekst is gebaseerd op de aspectenstructuur. Wat is het schrijfdoel?

Slide 30 - Open question

Welke structuren ken je nu?

Slide 31 - Mind map