1.1 Wat wil je kopen?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Aanmelden voor lessonup

Klas 2MKa

Klascode:  cgtla

Mevrouw Alsema

42 jaar jong.

Mama van Lara 5 jaar oud.

Getrouwd met Kevin, al 15 jaar.

Thuis lopen ook nog een hond (Bente) en Kat (Zoë) rond.

18 jaar ervaring in lesgeven.

Plattegrond maken!

Wat vind jij een belangrijke eigenschap van een goede docent?

Welke tip zou jij mij geven voor het komende schooljaar?

Hoe zou jij jezelf omschrijven in 3 zinnen?

1.1 Wat wil je kopen?

Leerdoelen

• Aan het einde van de les kun je het verschil uitleggen tussen basisbehoeften en overige behoeften.
• Aan het einde van de les begrijp je hoe je met goederen en diensten in je behoeften kunt voorzien.
• Aan het einde van de les kun je een geldbedrag op de juiste manier noteren.
• Aan het einde van de les ken je het verschil tussen consumeren en zelfvoorziening.
• Aan het einde van de les kun je een gemiddelde berekenen.

Wat weet je al over basisbehoeften en overige behoeften?

Basisbehoeften versus overige behoeften

• Basisbehoeften: De fundamentele behoeften voor het overleven van een individu, zoals voedsel, onderdak en kleding.
• Overige behoeften: Behoeften die niet essentieel zijn voor overleven, maar bijdragen aan het comfort en plezier van een individu.

Het gebruik van goederen en diensten om in behoeften te voorzien

• Consumeren: Het proces van het kopen en gebruiken van goederen en diensten. Dus NIET het eten van goederen!
• Zelfvoorziening: Het vermogen om in eigen behoeften te voorzien zonder afhankelijk te zijn van anderen.

Correcte notatie van geldbedragen

• Het leren noteren van geldbedragen op de juiste manier.
• Altijd het euro teken noteren.
• Afronden op 2 cijfers achter de komma (tenzij anders vermeld in de vraag)
• Leespunten niet intoetsen in je rekenmachine!! Bv: €10.000,50 toets je in als 10000.50 in je rekenmachine!

Berekening van het gemiddelde

• Gemiddelde: Een maat voor centrale neiging die wordt berekend door alle waarden op te tellen en te delen door het aantal waarden.

Wat is het
gemiddelde?

cijfer	5	6	7	8
frequentie	2	6	6	1

cijfer	5	6	7	8
frequentie	2	6	6	1

cijfer	5	6	7	8
frequentie	2	6	6	1

Wat is hier het gemiddelde?

verbruiksgoederen

gebruiksgoederen

Welke woorden horen bij gebruiksgoederen en welke woorden horen bij verbruiksgoederen?

Gebruiksgoederen

Verbruiksgoederen

afwasmachine

inkt

schaar

schoolboek

shampoo

wasmiddel

Verbruiksgoederen

Gebruiksgoederen

Sleep naar het juiste vak

Gebruiksgoederen

Verbruiksgoederen

Basisbehoeften

Overige behoeften

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.