Begrijpend lezen H1 - H3 les 2
1 / 23
Lesson duration is: 60 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Welke tekstdoelen zijn er?
Let op: het zijn er vijf!
Let op: het zijn er vijf!
Slide 4 - Open question
Als je een brief schrijft naar je mentor, dan is je mentor een...
A
breed publiek
B
klein, gespecialiseerd publiek
C
klein publiek
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Welke vier manieren van inleiden zijn er?
Slide 9 - Open question
Wat is géén manier van inleiden?
A
kort, grappig verhaaltje vertellen
B
één of meer vragen stellen
C
een conclusie geven
D
onderwerp aankondigen
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Wat is de titel van deze tekst?
Slide 13 - Open question
Hoeveel tussenkopjes heeft deze tekst?
A
0
B
1
C
2
D
3
Slide 14 - Quiz
Hoeveel alinea's heeft deze tekst?
A
3
B
4
C
5
D
6
Slide 15 - Quiz
Lees de tekst oriënterend. Wat is het onderwerp van deze tekst?
Slide 16 - Open question
Op welke manier wordt deze tekst ingeleid?
A
Onderwerp aankondigen
B
Eén of meer vragen stellen
C
Een kort, grappig verhaaltje vertellen
D
Aanleiding voor het schrijven geven.
Slide 17 - Quiz
Lees de tekst oriënterend. Wat is het onderwerp van deze tekst?
A
De titel is het onderwerp.
B
Kai vond het heel erg leuk om te surfen.
C
Meer kinderen moeten uit hun rolstoel komen.
D
Gehandicapt jongetje surft op speciaal surfboard
Slide 18 - Quiz
Op welke manier wordt deze tekst afgesloten?
A
Er wordt een conclusie gegeven
B
Er wordt een samenvatting gegeven.
C
Er wordt een advies gegeven.
Slide 19 - Quiz
Wat is de bron van deze tekst?
Slide 20 - Open question
Waar verwijst het woord 'ze' in regel 18 naar?
Slide 21 - Open question
Waar verwijst het woo8?rd 'het' naar in regel
