VMBO 2 par 7.4 Eerlijk zullen we alles delen?

1 / 30
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Hoe noem je dit?

Slide 3 - Slide

Herhaling 7.3 ✅
  • Wat de kenmerken zijn van een ontwikkelingsland?
  • Hoe kun je de welvaart van landen vergelijken?
  • Hoe bereken je het inkomen per hoofd?

Slide 4 - Slide

Paragraaf 7.4
Eerlijk zullen we alles delen?

Slide 5 - Slide

Lesdoel 7.4
Na deze les weet/kan je...:


      • Wat ontwikkelingssamenwerking is
      • Wat het verschil is tussen noodhulp en structurele hulp
      • Hoe je met fairtrade de mensen in ontwikkelingslanden helpt

      Slide 6 - Slide

      Leerdoel 1
      Ontwikkelingssamenwerking

      Slide 7 - Slide

      Slide 8 - Video

      Ontwikkelingssamenwerking
      Rijke landen proberen samen met ontwikkelingslanden de welvaart in die landen te vergroten.


      Wat was welvaart?

      Slide 9 - Slide

      Leerdoel 2
      Noodhulp en structurele hulp

      Slide 10 - Slide

      Noodhulp & structurele hulp
      • Noodhulp  
      Helpen overleven bij een noodsituatie (na een natuurramp of na/tijdens een oorlog). 

      • Structurele hulp  
      Langdurige hulp om een land 
      economisch zelfstandiger te krijgen.

      Slide 11 - Slide

      Leerdoel 3
      Fairtrade

      Slide 12 - Slide

      Fairtrade
      • Fairtrade = eerlijke handel 
      • De boeren in ontwikkelingslanden krijgen een eerlijke prijs voor hun producten.  
      • Ze krijgen betere werkomstandigheden en kinderarbeid wordt tegen gegaan

      Slide 13 - Slide

      Check ✅
      • Wat is ontwikkelingssamenwerking?
      • Wat is het verschil tussen noodhulp en structurele hulp?
      • Wat is Fairtrade?
      • Hoe help je de mensen in ontwikkelingslanden met Fairtrade?

      Slide 14 - Slide

      Aan de slag 7.4
      ✅Maak opdrachten 43 t/m 57 op blz. 200

      ✅Maak de herhalingsopdrachten van 7.4 op blz.211

      ✅Maak de rekenopdrachten van 7.4 op blz.214&215
      Vragen?
      Steek je hand op, ik kom eraan

      Slide 15 - Slide

      Extra uitleg

      Slide 16 - Slide

      Slide 17 - Video

      Extra oefenopdrachten

      Slide 18 - Slide

      dit is een
      voorbeeld van:
      A
      Noodhulp
      B
      Structurelehulp

      Slide 19 - Quiz

      Wat betekent 'fairtrade'
      A
      uit eerlijke handel verkregen
      B
      plant
      C
      milieuvriendelijk
      D
      afkomst; oorsprong

      Slide 20 - Quiz

      Wat is GEEN structurele hulp
      A
      Voedsel sturen naar een land
      B
      Waterputten slaan/bouwen in een land
      C
      Een goed zorgsysteem ontwikkelen in een land.
      D
      Goed onderwijs ontwikkelen in een land

      Slide 21 - Quiz

      Noodhulp:
      A
      veel geld geven
      B
      geld lenen
      C
      iedere maand geld geven
      D
      hulp in noodsituaties

      Slide 22 - Quiz

      Wat krijgen boeren en producenten bij Fairtrade?
      A
      Een lagere prijs voor hun producten
      B
      Een subsidie van de overheid
      C
      Een betere prijs voor hun producten
      D
      Geen verandering in prijs

      Slide 23 - Quiz

      Wat is een voorbeeld van structurele hulp in ontwikkelingslanden?
      A
      Voedselpakketten verstrekken
      B
      Onderwijs aan kinderen en volwassenen
      C
      Tijdelijke medische missies sturen
      D
      Het doneren van kleding

      Slide 24 - Quiz

      Noodhulp is ....
      A
      voor korte tijd
      B
      langere tijd

      Slide 25 - Quiz

      Wat houdt ontwikkelingssamenwerking in?
      A
      Het verminderen van handel met ontwikkelingslanden
      B
      Het promoten van wapenhandel in ontwikkelingslanden
      C
      Het verhogen van belastingen in ontwikkelingslanden
      D
      Het vergroten van welvaart in ontwikkelingslanden

      Slide 26 - Quiz

      Wat kenmerkt een vicieuze cirkel?
      A
      De oorzaak van het ene probleem is een gevolg van een ander probleem.
      B
      De problemen verdwijnen vanzelf.
      C
      De problemen hebben geen invloed op elkaar.
      D
      Er is geen hulp van buitenaf nodig.

      Slide 27 - Quiz

      Wat is structurele hulp?
      A
      Hulp die erop gericht is de oorzaken echt aan te pakken
      B
      Hulp bij een aardbeving of andere ramp
      C
      Hulp die niet nodig is
      D
      Hulp door het geven van geld

      Slide 28 - Quiz

      Wat zijn de kenmerken van ontwikkelingslanden?
      A
      Ondervoeding, lage kindersterfte, hoge artsenratio
      B
      Armoede, slechte gezondheidszorg, weinig onderwijs
      C
      Hoge welvaart, goede gezondheidszorg, veel onderwijs
      D
      Rijke bevolking, hoge levensverwachting, hoge alfabetiseringsgraad

      Slide 29 - Quiz

      Hoe wordt het nationaal inkomen?
      A
      Bruto binnenlands product
      B
      Gemiddeld inkomen per inwoner
      C
      Totale belastinginkomsten
      D
      Alle inkomens bij elkaar

      Slide 30 - Quiz