Oefentoets hoofdstuk 3

1 / 39
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Paragraaf 1 Wat moet je kennen en kunnen?
Theorie:
Je weet waarom de bevolkingsspreiding in het Midden-Oosten ongelijk is.
Je weet wat de cultuurkenmerken van het Midden-Oosten zijn.
Je kunt uitleggen waarom het Midden-Oosten wordt gezien als één cultuurgebied.
Je kunt uitleggen welke culturele verschillen er in het Midden-Oosten zijn.
Je weet wat de oorzaken van spanningen in het Midden-Oosten zijn.
Je kunt voorbeelden geven van geopolitiek.
Opdrachten:
Je kent de topografie van het Midden-Oosten (W3).
Basisboek:
 B72 Klimaatdiagram (Start)
 B78 Woestijn en steppe: te droog (alleen eerste driehoekje)
 B166 Cultuur
Begrippen:  bevolkingsdichtheid, bevolkingsspreiding, cultuur, cultuurgebied, geopolitiek  cultuurgebied

















Slide 3 - Slide

Paragraaf 2 Wat moet je kennen en kunnen?
Theorie:
Je weet welke verschillen in welvaart er zijn tussen landen in het Midden-Oosten.
Je weet waarom welvaart een grote invloed heeft op welzijn.
Je weet dat er binnen landen in het Midden-Oosten sprake is van sociale ongelijkheid.
Je kunt beschrijven hoe Dubai is uitgegroeid tot wereldstad.
Je kunt beschrijven hoe Dubai in de toekomst probeert een wereldstad te blijven.
Opdrachten:
Je weet waarom er in het Midden-Oosten miljoenen mensen van minder dan twee euro per dag leven.
Je weet waarom er sociale ongelijkheid is in het Midden-Oosten.
Basisboek:
 B224 Kenmerken van ontwikkeling    B258 Global cities (alleen het driehoekje en het rondje)
 B264 Mainports (alleen het driehoekje)
Begrippen:  
arbeidsmigrant, basisbehoefte, bruto nationaal product (bnp) per inwoner, diversificatie, duurzaamheid, infrastructuur, leefbaarheid, mainport, sociale ongelijkheid, welvaart, welzijn, wereldstad, global city, mainport, metropool, verwestersing, welvaart, welzijn














Slide 4 - Slide

Paragraaf 3 Wat moet je kennen en kunnen?
Theorie:
Je weet waarom een groot deel van het Midden-Oosten te maken heeft met watertekorten.
Je weet waarom bepaalde gebieden in het Midden-Oosten wel water hebben.
Je weet welke problemen er ontstaan door een tekort aan water.
Je weet welke mogelijkheden er zijn om in de droge delen van het Midden-Oosten toch aan water te komen.
Opdrachten:
Je kunt de ongelijke bevolkingsspreiding in Egypte verklaren (W13).
Je kunt uitleggen waarom toegang tot water soms leidt tot onrust, conflicten en vluchtelingen (opdracht 5 en 6).

Basisboek:  B59 Stijgingsregen  B60 Droogte  B93 Grondwater  B94 Rivieren  B5 Natuurlijke en menselijke factoren

Begrippen:  aquifer, bronoase, druppelirrigatie, duurzaam, fossiel water, grondwater, irrigatie, Middellandse Zeeklimaat, oase, rivieroase, steppe, steppeklimaat, stuwdam, stuwmeer, welvaart, woestijn, woestijnklimaatgrondwaterpeil, menselijke factor, natuurlijke factor, stroomgebied welvaart, welzijn














Slide 5 - Slide

Paragraaf 4 Wat moet je kennen en kunnen?
Theorie: 
Je kunt uitleggen hoe Turkije cultureel verbonden is met het Midden-Oosten en met Europa. 
Je weet waar in Turkije watertekorten zijn.
Je weet wat het Zuidoost-Anatoliëproject is en wat de gevolgen daarvan zijn.
Je weet dat Turkije een opkomend land is.
Je weet waardoor er tussen delen van Turkije grote regionale ongelijkheid bestaat.
Opdrachten:
Je weet waarom het Zuidoost-Anatoliëproject leidt tot onrust en conflicten tussen Turkije, Syrië en Irak (opdracht 5).
Je kunt de situatie in Turkije beschrijven aan de hand van de thema’s cultuur, welvaart en watertekort (opdracht 10).

Basisboek:  B166 Cultuur  B229 Opkomende landen 

Begrippen: Theorie: afzetmarkt, landklimaat, opkomend land, regionale ongelijkheid, steppe, welvaart, welzijn, westers
Basisboek: cultuurgebied, groeiland, opkomend land, regionale ongelijkheid, sociale ongelijkheid welvaart, welzijn














Slide 6 - Slide

Iemand doet twee uitspraken:
I De twee grootste stromingen binnen de islam zijn de soennieten en de sjiieten.
II In Koeweit en in Irak leven meer sjiieten dan soennieten

A
I en II zijn beide goed
B
I en II zijn beide fout
C
I is goed en II is fout
D
I is fout en II is goed

Slide 7 - Quiz

Iemand doet twee uitspraken:
I De taal die in Iran wordt gesproken behoort tot de Arabische talen.
II In Israël wordt Hebreeuws gesproken.

A
I en II zijn beide goed
B
I en II zijn beide fout
C
I is goed en II is fout
D
I is fout en II is goed

Slide 8 - Quiz

Noteer of het om de absolute of relatieve ligging gaat.
a Iran is het meest oostelijk gelegen land in het Midden-Oosten.
b Riad (Riyad) ligt op 34"40' N.B. en 46"40' O.L.
A
a. relatieve ligging b. absolute ligging
B
a. absolute ligging b. relatieve ligging
C
a. relatieve ligging b. relatieve ligging
D
a. absolute ligging b. absolute ligging

Slide 9 - Quiz

Noteer de cijfers 1 tot en met 3 op je blad en zet er het juiste woord achter.
Een schip dat vroeger vanuit Iran naar Europa wilde varen, moest langs de zuidpunt van het continent …1… varen. Sinds de aanleg van …2… in het land Egypte kunnen de schepen veel sneller Europa bereiken. De …3… afstand is korter geworden.

Slide 10 - Open question

Koppel de juiste woorden aan elkaar
Voedsel
Gezondheidszorg
huisvesting
Onderwijs
analfabeten
electricteit/ water
eiwit en mineralen
medicijnen

Slide 11 - Drag question

sleep de klimaatgrafiek naar het juiste lanschap

woestijn
middellandse zeeklimaat

Slide 12 - Drag question

Wat kun je op deze kaart aflezen?
A
Bevolkingsdichtheid
B
BNP per hoofd van de bevolking
C
Godsdienst
D
Neerslag

Slide 13 - Quiz

Welke 2 begrippen horen bij deze afbeelding uit Dubai?
A
Expat en sociale ongelijkheid
B
Expat en regionale ongelijkheid
C
Arbeidsmigrant en sociale ongelijkheid
D
Arbeidsmigrant en regionale ongelijkheid

Slide 14 - Quiz

Op de foto's is sprake van ........... ongelijkheid
A
sociale
B
culturele
C
regionale
D
lokale

Slide 15 - Quiz


A
geopolitiek
B
relatieve ligging
C
agglomeratievoordeel
D
global shift

Slide 16 - Quiz

Het uitoefenen van macht door een land door gebruik te maken van zijn ligging noem je......
A
global shift
B
politiek systeem
C
geopolitiek
D
mainport

Slide 17 - Quiz

Welvaart kun je meten met het BNP/hoofd
A
Goed
B
Fout

Slide 18 - Quiz

De alfabetiseringsgraad geeft aan hoeveel mensen kunnen lezen en schrijven
A
Goed
B
Fout

Slide 19 - Quiz

In Dubai is een grote indoor skihal gebouwd als voorbeeld van duurzame ontwikkeling. Deze bewering is juist/onjuist omdat.............

Slide 20 - Open question

Stuwdammen brengen veel voordelen. Noem een nadeel.

Slide 21 - Open question

Welke begrippen/omschrijvingen horen bij elkaar?
welzijn
Diversificatie
Pakistan
Burj Khalifa
expats
Arbeidsmigranten
Toerisme
Steeds meer aandacht voor toerisme en handel
inkomen besteed aan luxe voorzieningen
basisbehoeften

Slide 22 - Drag question

Noem twee maatregelen die in Dubai zijn genomen om het zakenmensen makkelijk te maken daar een bedrijf te vestigen

Slide 23 - Open question


Bekijk de figuur. Zijn de twee uitspraken goed of fout?

  1. In Adana heb je droge zomers.
  2. Het Zuidoost-Anatoliëproject ligt in het gebied van het landklimaat.
A
1 en 2 zijn beide goed
B
1 en 2 zijn beide fout
C
1 is goed en 2 is fout
D
1 is fout en 2 is goed

Slide 24 - Quiz



Bekijk de figuur. Zijn de uitspraken goed of fout?
  1. In Ankara is het droog, omdat dat gebied tussen twee bergketens ligt.
  2. Het gebied dat aan de Zwarte Zee grenst heeft droge winters.                         
A
1 en 2 zijn beide goed
B
1 en 2 zijn beide fout
C
1 is goed en 2 is fout
D
1 is fout en 2 is goed

Slide 25 - Quiz

Bekijk de figuur .

Bij klimaat A en D zijn de winters niet bijzonder koud


A
Goed
B
Fout

Slide 26 - Quiz



Iemand doet twee uitspraken:
  1. Het Zuidoost-Anatoliëproject heeft als belangrijkste doel water voor de landbouw te leveren.
  2. Door het Zuidoost-Anatoliëproject stroomt nu minder water van de Eufraat de grens over.
A
1 en 2 zijn beide goed
B
1 en 2 zijn beide fout
C
1 is goed en 2 is fout
D
1 is fout en 2is goed

Slide 27 - Quiz

Welke titel hoort bij de kaart van Turkije?
A
Watervoorraad per regio in Turkije
B
Waterschaarste per regio in Turkije
C
Welvaart en welzijn in Turkije

Slide 28 - Quiz




Hoeveel van de volgende stellingen zijn fout?

a.  In het droge steppegebied van Turkije leven de meeste mensen die 
     in dorpen wonen van de landbouw.
b.  In Turkije spreken de meeste bewoners Arabisch.
c.  Turkije behoort tot de meest welvarende landen van het Midden-Oosten
d.  Turkije heeft in het westen veel olie-industrie.  
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 29 - Quiz



Noteer bij zin 1 en 2 op welk schaalniveau je kijkt.
  1. Tussen West- en Oost-Turkije bestaan welvaartsverschillen.
  2. In Istanbul zijn er ook welvaartsverschillen tussen het zakencentrum en de woonwijken voor de migranten.       
A
1=regionaal 2=lokaal
B
1=nationaal 2=regionaal
C
1=lokaal 2=regionaal
D
1=nationaal 2=lokaal

Slide 30 - Quiz



Kies steeds het juiste woord.

Turkije ligt voor een groot deel / voor een klein deel in Azië. De hoofdstad is Ankara / Istanbul. Er is een belangrijk verschil in welvaart tussen West- en Oost Turkije. In Oost-Turkije is de welvaart hoger / lager. West-Turkije ligt dicht bij de productiegebieden / afzetgebieden in Europa. In het westen / oosten zijn de natuurlijke / menselijke omstandigheden aantrekkelijk voor toeristen. Het is er in de zomer / winter droog en aangenaam warm.

Slide 31 - Open question

In welke twee klimaatgebieden in Turkije
zal in de toekomst waterschaarste kunnen optreden?

Noteer de letters uit de legenda. Geef ook aan wat de oorzaak van de waterschaarste is voor beide gebieden.

Slide 32 - Open question

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving?

Land dat nog niet echt ontwikkeld is, maar wel een sterke economische groei doormaakt

Slide 33 - Open question

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving?

Waterhoudende laag in de ondergrond

Slide 34 - Open question


Bekijk de kaart Turkije - Buitenlandse bezoekers. 
  1. Beschrijf nauwkeurig in welke delen van Turkije de meeste toeristen komen.
  2. Met welke natuurlijke factor heeft dat te maken?
  3. Voor welke stad zal niet alleen de natuurlijke factor die je hebt genoemd bij opdracht b een rol spelen? Leg je antwoord uit.

Slide 35 - Open question


Bekijk de grafiek voor de waterschaarste van Egypte op de kaart hiernaast. 
  1. Welke conclusie kun je trekken over de waterschaarste in 1950? 
  2. Welke conclusie kun je trekken over de waterschaarste in deze tijd?
  3. Beschrijf een mogelijke oorzaak voor de waterschaarste die buiten Egypte ligt.  

Slide 36 - Open question



Riyad is de hoofdstad van Saudi-Arabië. De stad heeft meer dan 5 miljoen inwoners. Dat is best bijzonder, want er valt nauwelijks neerslag.
  1. Hoe komt Riyad toch aan water volgens de kaart hiernaast?
  2. Waarom is dit geen duurzame methode? 
  3. Op welke 2 manieren probeert Riyad in de toekomst toch aan voldoende water te komen?  

Slide 37 - Open question


Bekijk de afbeelding hiernaast.
  1. Welke techniek zie je hier?
  2. Wordt door deze techniek de vraag naar water kleiner of het aanbod van water groter?
  3. Waarom is dit een duurzame techniek?

Slide 38 - Open question

Wat was je niet duidelijk en zou je graag meer uitleg over krijgen?

Slide 39 - Open question