4 VMBO Taalverzorging hoofdstuk 2 spelling: aan elkaar of los

Lesopbouw

Lezen uit je leesboek / werken aan je fictiedossier (10 min.)

Lesdoelen bespreken

Differentiëren: 

  • Uitleg Taalverzorging hoofdstuk 2
  • Opdrachten (individueel - samenwerkend
  • Verlengde instructie


Evaluatie

1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Lesopbouw

Lezen uit je leesboek / werken aan je fictiedossier (10 min.)

Lesdoelen bespreken

Differentiëren: 

  • Uitleg Taalverzorging hoofdstuk 2
  • Opdrachten (individueel - samenwerkend
  • Verlengde instructie


Evaluatie

Slide 1 - Slide

10 min. ZS
Je leest in je leesboek of je werkt aan je fictiedossier.

Slide 2 - Slide

Hoofstuk 2 Taalverzorging, blz. 66 t/m 72

Leerdoelen:


Ik weet hoe ik woorden los of aan elkaar moet schrijven. 


Ik kan persoonsvormen en voltooid deelwoorden in samengestelde zinnen spellen.

Slide 3 - Slide

Spelling: aan elkaar of los
Blz. 66, 67 en 68.

Leerdoel: 
Ik weet hoe ik woorden los of aan elkaar moet schrijven. 

Eerst een kort uitleg...

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Opdrachten blz. 66 en 67
Maak de opdrachten:
2, 4.1, 5, 6 en 7
8 mag je maken (*-opdracht)

Slide 6 - Slide

Werkwoordspelling: zinnen met meerdere persoonsvormen
Blz. 69, 70 en 71

Leerdoel: 
Ik kan persoonsvormen en voltooid deelwoorden in samengestelde zinnen spellen.

Eerst weer een korte uitleg...

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Benoem de persoonsvormen:

Ik zet de vuilnis buiten en doe de deur op slot.
A
de vuilnis / de deur
B
zet / doe
C
ik / op slot
D
ik zet / doe de deur

Slide 9 - Quiz

Benoem de persoonsvormen:

Het lukt niet zo goed, omdat hij niet geleerd heeft.
A
lukt / geleerd
B
lukt niet / geleerd heeft
C
lukt / heeft

Slide 10 - Quiz

Benoem de onderwerpen:

Mijn vader werkt hard en mijn moeder is thuis bij ons.
A
vader / mijn moeder
B
thuis / bij ons
C
mijn vader / moeder
D
mijn vader / mijn moeder

Slide 11 - Quiz

Benoem de onderwerpen:

Tijdens de afwas viel het glas op de grond en pakte mijn broer een stoffer en blik.
A
de afwas / stoffer en blik
B
het glas op de grond / mijn broer
C
het glas / mijn broer
D
tijdens de afwas / een stoffer en blik

Slide 12 - Quiz

Weet je het nog?
Werkwoordspelling:

tegenwoordige tijd = altijd het werkwoord LOPEN

verleden tijd = bij zwakke werkwoorden gebruik je 't ex Kofschip

Slide 13 - Slide

Opdrachten blz. 69, 70 en 71
Lees eerst de theorie nog eens goed door! 
Heb je vragen? Vraag een klasgenoot of je docent.

Maak de opdrachten:
10, 11, 12 (kies 4 zinnen) en 13 (kies 4 zinnen)
Je mag 14 maken (*-opdracht)
Maak 15 en 17
Je mag 18 maken (*-opdracht)

Slide 14 - Slide

Formuleren: woordvolgorde in samengestelde zinnen
Blz. 72

Leerdoel:
Ik kan de juiste verbindingswoorden en woordvolgorde in samengestelde zinnen gebruiken.

Slide 15 - Slide

Opdrachten blz. 72
Maak opdracht:
19, 20

Slide 16 - Slide

Nakijken
Kijk alle gemaakte opdrachten na. 
Verbeter foute antwoorden.

Slide 17 - Slide

Klaar?
  • Kies opdrachten uit je                               oefenboek.
  • Maak de test (einde                                   hoofdstuk).
  • Oefen digitaal.
  • Ga verder met je fictiedossier               of lees in je leesboek.

Slide 18 - Slide