This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Tijdvak 6: Regenten en vorsten
Slide 1 - Slide
Wat weet je al over Tijdvak 6: Regenten en Vorsten?
Slide 2 - Mind map
Vorsten willen absolute macht
Slide 3 - Slide
Een oneerlijke standenmaatschappij
Sinds de middeleeuwen was de Franse samenleving verdeeld in 3 standen: 'bidders, strijders en werkers' (geestelijken, adel, boeren/burgers) De derde stand werd op veel terreinen achtergesteld
Over deze verdeling kon niet worden getwijfeld: God had dit zo bepaald.
Slide 4 - Slide
Lodewijk XIV (absoluut vorst)
'De zonnekoning van Frankrijk'
'Goddelijk recht om te regeren'
'De staat, dat ben ik!'
Slide 5 - Slide
Absolutisme
Slide 6 - Slide
Wat betekent absolutisme?
A
Een vorm van regeren waarbij het parlement alle macht heeft.
B
Een vorm van regeren waarbij het volk alle macht heeft.
C
Een vorm van regeren waarbij de koning alle macht heeft.
D
Een vorm van regeren waarbij een dictator alle macht heeft.
Slide 7 - Quiz
Hoe noemde Lodewijk XIV zichzelf ook wel?
A
De Maankoning
B
De Absolutist
C
De Marskoning
D
De Zonnekoning
Slide 8 - Quiz
Waarom was de centralisatiepolitiek een ramp voor de adel, maar gunstig voor de vorsten?
Slide 9 - Open question
Welke drie standen waren er al sinds de middeleeuwen?
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Video
01:05
Waarom bouwen leiders grote paleizen?
Slide 12 - Open question
01:51
Waarom werd Lodewijk XIV de Zonnekoning genoemd?
Slide 13 - Open question
02:25
Moest Lodewijk XIV bij het regeren rekening houden met… … zijn ministers? … een parlement? … was er sprake van democratie?
Slide 14 - Open question
02:48
Lodewijk XIV werd koning toen hij 5 jaar oud was. Hij was toen nog te jong om te regeren. Wie regeerde toen voor hem?
Slide 15 - Open question
03:13
Waarom kwamen de edelen in opstand?
Slide 16 - Open question
06:24
Welke reden had Lodewijk XIV om de adel op zijn paleis te houden?
Slide 17 - Open question
07:42
Welke voordelen had het leven op het paleis voor de adel? Noem er 3.
Slide 18 - Open question
09:41
Boeren hadden het slecht en er heerste armoede. Welke 2 maatregelen van Lodewijk XIV zorgden daarvoor?
Slide 19 - Open question
10:21
Waarom nam Lodewijk XIV geen maatregelen om de armoede van zijn bevolking tegen te gaan?
Slide 20 - Open question
12:10
Waarom betaalde de adel geen belastingen tijdens de regering van Lodewijk XIV?
Slide 21 - Open question
13:40
Tijdens de video wordt gezegd dat Lodewijk XIV de absolute macht had. Leg uit wat hiermee bedoeld wordt.