Elektriciteit B4 8.1 elektrische stroom les 2

1 / 26
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

H8: Elektriciteit 
§ 8.1 Elektrische stroom
§ 8.2 Spanning
§ 8.3 Energieverbruik 
§ 8.4 Rendement en capaciteit 
§ 8.5 Elektrische apparaten  
§ 8.6 De huisinstallatie

          

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesprogramma
  1. Huiswerk-controle
  2. Terugblik
  3. Leerdoelen
  4. Instructie (uitleg)
  5. Huiswerk
  6. Nabespreking
  7. Afsluiting 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Elektriciteit H8
Nova code:

klascode 649157

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Terugblik
  1. Je kunt herkennen of een stroomkring onderbroken of gesloten is.
  2. Je kunt de symbolen van elektrische componenten benoemen.
  3. Je kunt een schakelschema tekenen.
  4. Je kunt het verschil uitleggen tussen een schakelaar en een drukschakelaar.
  5. Je kunt het verschil benoemen tussen geleiders en isolatoren.
  6. Je kunt een aantal geleiders en isolatoren benoemen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 8.1 Elektrische Stroom
  1. Je kunt uitleggen hoe elektrische stroom zich gedraagt in een schakeling.
  2. Je kunt benoemen op welke plaats in een schakeling je een stroommeter plaatst.
  3. Je kunt de stroomsterkte meten met een stroommeter.
  4. Je kunt uitleggen waarom de stroomsterkte in een serieschakeling op alle plaatsen even groot is.
  5. Je kunt de stroomsterkte in een parallelschakeling berekenen. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Instructie
  • Een serieschakeling bestaat uit één stroomkring.

  • Een parallelschakeling heeft twee of meer stroomkringen
  • Brandt er één lamp in een parallelschakeling, dan heb je één gesloten stroomkring. Branden twee lampen in een parallelschakeling, dan heb je twee gesloten stroomkringen.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Instructie
Serieschakeling:
In het figuur hiernaast  zie je een serieschakeling. Een serieschakeling heeft geen vertakkingen: de stroom kan maar één route kiezen. De stroom gaat door alle onderdelen van de schakeling. Als er één lamp in een serieschakeling stukgaat, dan is de stroomkring onderbroken: alle lampen gaan dan uit. Het is daarom niet handig om lampen in serie te schakelen.

Slide 8 - Slide

Wetenschap is het opdoen van kennis en deze toepassen.
Natuurwetenschappers kijken naar de natuurlijke wereld, en nemen verschijnselen waar. En proberen die te verklaren en te voorspellen.
Ze doen ONDERZOEK en ontdekken zo nieuwe dingen over de natuur om ons heen.
Techniek wordt gebruikt om die kennis in uitvindingen toe te passen

Verschil Natuurkunde en Scheikunde: tijdelijk en blijvende veranderingen: Je kan het niet meer terug krijgen in de oude staat.
Eigenlijk IS scheikunde ook natuurkunde, maar dan specifiek gericht op stoffen en hoe die met elkaar reageren DUS een blijvende verandering


Instructie
De parallelschakeling:
Lampen en andere apparaten kun je beter parallel schakelen. De lampen zijn dan op dezelfde spanningsbron aangesloten, zie figuur.
 Verder hebben ze niets met elkaar te maken. Elke lamp heeft een eigen stroomkring.
Doe je één lamp uit, dan blijft de andere lamp gewoon branden.

Slide 9 - Slide

Wetenschap is het opdoen van kennis en deze toepassen.
Natuurwetenschappers kijken naar de natuurlijke wereld, en nemen verschijnselen waar. En proberen die te verklaren en te voorspellen.
Ze doen ONDERZOEK en ontdekken zo nieuwe dingen over de natuur om ons heen.
Techniek wordt gebruikt om die kennis in uitvindingen toe te passen

Verschil Natuurkunde en Scheikunde: tijdelijk en blijvende veranderingen: Je kan het niet meer terug krijgen in de oude staat.
Eigenlijk IS scheikunde ook natuurkunde, maar dan specifiek gericht op stoffen en hoe die met elkaar reageren DUS een blijvende verandering


Instructie


Schakelschema van een serieschakeling met 3 lampen.
Zie figuur hiernaast: 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Instructie


Schakelschema van een parallelschakeling met 3 lampen.
Zie figuur hiernaast: 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Instructie 
Een elektrische stroomkring

Als je een elektrisch apparaat aanzet, maak je een gesloten stroomkring. De stroom loopt dan rond. Eerst gaat hij van het stopcontact naar het apparaat. Dan gaat hij door het apparaat heen. En dan weer terug naar het stopcontact.

Stroom
kun je meten. Dat doe je met een stroommeter

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Video

This item has no instructions

Stroommeter
Een stroommeter moet je altijd in serie schakelen. Let op hoe je de draden op de meter moet aansluiten. De plus van de meter (rood) moet je altijd verbinden met de plus van de spanningsbron. In figuur 2 zie je een stroommeter die goed is aangesloten. De stroommeter meet de stroomsterkte door de lamp.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Ampèremeter

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Stroomsterkte
Grootheid = Stroomsterkte [I]

Eenheid = Ampere [A] 
Hoeveel is 36 mA
I = 0,036 A

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maak opdracht 1 t/m 8 van paragraaf 8.1 elektrische stroom 
Je mag samenwerken!

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Nabespreken 
Antwoorden opdrachten

Slide 18 - Slide

Wetenschap is het opdoen van kennis en deze toepassen.
Natuurwetenschappers kijken naar de natuurlijke wereld, en nemen verschijnselen waar. En proberen die te verklaren en te voorspellen.
Ze doen ONDERZOEK en ontdekken zo nieuwe dingen over de natuur om ons heen.
Techniek wordt gebruikt om die kennis in uitvindingen toe te passen

Verschil Natuurkunde en Scheikunde: tijdelijk en blijvende veranderingen: Je kan het niet meer terug krijgen in de oude staat.
Eigenlijk IS scheikunde ook natuurkunde, maar dan specifiek gericht op stoffen en hoe die met elkaar reageren DUS een blijvende verandering


Wat is de eenheid voor stroomsterkte?
A
Meter
B
Volt
C
Ampere
D
Kilo

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Bij een open stroomkring werken apparaten
A
Wel
B
Niet

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Marijn heeft een fietslampje van 6 volt. Hij sluit het aan op 1,5 volt.
Wat zal er gebeuren?
A
het lampje zal niet branden
B
het lampje zal zwak branden
C
het lampje zal sterk branden
D
het lampje zal doorbranden

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Als je twee batterijen in serie wilt schakelen, moet je ze:
A
met de minpolen tegen elkaar leggen
B
met de pluspolen tegen elkaar leggen
C
met de pluspool tegen de minpool leggen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Afsluiting: we weten ....
  1. Je kunt uitleggen hoe elektrische stroom zich gedraagt in een schakeling.
  2. Je kunt benoemen op welke plaats in een schakeling je een stroommeter plaatst.
  3. Je kunt de stroomsterkte meten met een stroommeter.
  4. Je kunt uitleggen waarom de stroomsterkte in een serieschakeling op alle plaatsen even groot is.
  5. Je kunt de stroomsterkte in een parallelschakeling berekenen. 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Ik snap de leerdoelen:
Je kunt uitleggen hoe elektrische stroom zich gedraagt in een schakeling.
Je kunt benoemen op welke plaats in een schakeling je een stroommeter plaatst.
Je kunt de stroomsterkte meten met een stroommeter.
Je kunt uitleggen waarom de stroomsterkte in een serieschakeling op alle plaatsen even groot is.
Je kunt de stroomsterkte in een parallelschakeling berekenen.
A
Ja
B
Nee
C
Een beetje....

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk: 
  •  Zet het in je planner!

1. Maak de opdrachten af, 1 t/m 9
2. Lees paragraaf 8.1  elektrische stroom
                                                                                                  Dank voor jullie aandacht!

Slide 26 - Slide

This item has no instructions