2324_20240326_1BB_5.4

• Biologie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom 1BB!

Planning

week 15: proefwerk Thema 5

5.1 t/m 5.5 en 5.8

(schriftelijk, telt 3 x mee)

Proefwerk Thema 5: 5.1 t/m 5.4 en 5.8 vrijrdag 12 april

Leerdoelen

• Opfrissen van 5.1 t/m 5.3
• Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven
• Je kunt de bouw en functies van zenuwcellen en zenuwen beschrijven
• Je kunt een reflexboog beschrijven aan de hand van een voorbeeld

1. Een zintuig is een orgaan dat prikkels opvangt.

1. Juist
2. Onjuist

2. Bloedvaten komen voor in de kiemlaag van de huid.

1. Juist
2. Onjuist

3. Sofie pakt haar pen op.
Zij voelt haar pen, doordat in de tastzintuigen impulsen ontstaan.

1. Juist
2. Onjuist

4. Lynn heeft bruine ogen.
Dat komt doordat haar pupillen bruingekleurd zijn.

1. Juist
2. Onjuist

6. De buis van Eustachius verbindt de trommelholte met de keelholte.

1. Juist
2. Onjuist

7. Siem neemt een tatoeage.
In welke laag van de huid moet de tatoeage aangebracht worden om te blijven zitten?

1. In de hoornlaag
2. In de kiemlaag
3. In de lederhuid
4. In het onderhuidse bindweefsel

8. In een oor kunnen geluidstrillingen door onder andere de gehoorbeentjes, de gehoorgang en het trommelvlies gaan.
Wat is de juiste volgorde van deze delen, van buiten het oor naar binnen?

1. Gehoorbeentjes – gehoorgang – trommelvlies
2. Gehoorgang – gehoorbeentjes – trommelvlies
3. Gehoorgang – trommelvlies – gehoorbeentjes
4. Trommelvlies – gehoorgang – gehoorbeentjes

9. Welk deel van het oog zorgt ervoor dat er prikkels omgezet worden naar impulsen, zodat je kunt zien?

1. Het hoornvlies
2. De iris
3. Het netvlies
4. Het vaatvlies

10. Welk deel van het oog of het gezicht kunnen het netvlies beschermen tegen te fel licht (meerdere antwoorden mogelijk)?

1. Hoornvlies
2. Lens
3. Pupil
4. Wimpers

11. Zet in de juiste volgorde. Een meisje doet een vinger in koud water,Noteer als volgt: A-B-C-D

1.

2.

3.

4.

A. Een impuls gaat naar de hersenen.

B. Een lage temperatuur bereikt de koudezintuigen.

C. Het meisje voelt dat het water koud is.

D. Koudezintuigen zetten prikkels om in impulsen

12. Hoe heet onderdeel 12?

13. Hoe heet onderdeel 6?

      Zenuwstelsel

Centraal zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg

Zenuwen

Zenuwcellen

Zenuwstelsel bevat miljoenen zenuwcellen

• Zenuwcel: cellichaam en uitlopers
• Cellichaam: de kern
• Uitlopers: geleiden de impulsen

Werking zenuwstelsel

1. Zintuigen vangen de prikkels op
2. Zintuigcellen zetten deze om in impulsen 
3. Impulsen gaan via de gevoelszenuwen naar de (evt via ruggenmerg) hersenen: bewustzijn
4. Via de bewegingszenuw gaat de impuls naar bv. je arm

ROUTE: zintuig → (gevoels)zenuwcellen → ruggenmerg/hersenstam → hersenen → ruggenmerg/hersenstam → (bewegings)zenuwcellen → spieren/klieren

Er wordt aan de deur gebeld.

Het geluid bereikt je oor en wordt opgevangen door zintuigcellen in je oor.

Via de gehoorzenuw gaan er impulsen naar het gehoorcentrum in de hersenen.

Je wordt je bewust van het geluid.

Vanuit de hersenen gaan er impulsen naar je beenspieren.

Je staat op om de deur open te gaan doen.

Het rad van prikkels!

Huiswerk di 2 april

Ga naar de planner in Classroom 5.4 (week 13) en kies voor een route: basis of uitdaging of eigen leerstrategie

Aan de slag (1e 10 min in stilte)

Leerdoelen

• Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven
• Je kunt de bouw en functies van zenuwcellen en zenuwen beschrijven
• Je kunt een reflexboog beschrijven