Sein wiederholung

1 / 28
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

herhaling grammatica 
Je weet hoe het werkwoord "sein" wordt vervoegd in de tegenwoordige tijd






zusammen
Duits 

Hoe ging het 

zie SOM
maak de lessonup 

Slide 2 - Slide

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid

Slide 3 - Drag question

sein (wir)
A
sein
B
sind
C
seid
D
seind

Slide 4 - Quiz

ihr .................... (sein)
A
bist
B
sind
C
bin
D
seid

Slide 5 - Quiz

du .................... (sein)
A
bist
B
bin
C
ist

Slide 6 - Quiz

Vul de juiste uitgang bij haben/sein in:
Ich (sein)
A
bin
B
bist
C
ist
D
sind

Slide 7 - Quiz

Bij

er + sein
A
sein
B
seit
C
seid
D
ist

Slide 8 - Quiz

sein: Sie
A
seid
B
ist
C
sind
D
war

Slide 9 - Quiz

sein

er ...
A
bist
B
ist
C
seid
D
sind

Slide 10 - Quiz

sein: du
A
bist
B
bin
C
sind
D
hast

Slide 11 - Quiz

sein: ihr
A
sind
B
seit
C
seid
D
ist

Slide 12 - Quiz

sein (ich)
A
bin
B
bint
C
bist
D
seine

Slide 13 - Quiz

Hoe oud ben je?

Slide 14 - Open question

Wo wohnst du?

Slide 15 - Open question

Hoe heet je?

Slide 16 - Open question

Waar kom je vandaan?

Slide 17 - Open question

Wat is je adres?

Slide 18 - Open question

Wer bist du?

Slide 19 - Open question

Wer

Wie

Was 

Wo

Woher
Waar

Wie

Hoe

Waarvandaan 

Wat


Slide 20 - Slide

Zoek de juiste vertalingen bij elkaar
kommen
Österreich
die Adresse
sechs
der Name
alt
die Telefonnummer
die Jahre
woher
komen
de naam
Oostenrijk
het adres
zes
het telefoonnummer
oud
waarvandaan
de jaren

Slide 21 - Drag question

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig 
meervoud
die
der
die
das

Slide 22 - Drag question

Zoek de juiste combinaties bij elkaar. 
Sleep de blauwe vakken op de juiste rode vakken.
Du

Sie
Wie heißt du? 
Wie heißen Sie? 
jij
U
Hoe heet jij?
Hoe heet u? 

Slide 23 - Drag question

Het werkwoord sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
bin
bist
ist
sind
seid
sind

Slide 24 - Drag question

Slide 25 - Link

Nächste Woche
SO kapitel. 1 

Leren: Seite 30 + 31 

Woordjes + zinnen

Sein + persoonlijk voornaamwoord

Slide 26 - Slide

Aan de slag
maak de Wiederholung Seite 176+177 boek
geen boek:
ga naar lessonup en maak de proeftoets

Slide 27 - Slide

Lessonup.app

Slide 28 - Slide