Symptomen: pijn in de lies, niet op kunnen staan, been lijk korter, voet ligt naar buiten gedraaid.
Slide 5 - Slide
Rugwervel
7 cervicale wervels
12 thoracale wervels
5 lumbale wervels.
Slide 6 - Slide
Kyfose, lordose, scoliose
Slide 7 - Slide
Handen
handwortelbeentjes= ossa carpi
middenhandsbeentjes = ossa metacarpalia
Phalangen = kootjes
Slide 8 - Slide
De voet
Voetwortelbeentjes = ossa tarsalia
Middenvoetsbeentjes =Ossa metatarsalia
Phalangen = kootjes
Slide 9 - Slide
Opdracht
Lees 3.2 (VZ)/3.3 VP: Botvorming vanuit het kraakbeen
Schrijf stap voor stap op hoe het bot ontstaat vanuit kraakbeen. (minimaal 5 stappen )
Slide 10 - Slide
Drie soorten botverbinding
Bindweefselverbindingen: beperken bewegingen en zorgen voor stevigheid. Bijvoorbeeld de schedel
Kraakbeenverbindingen: Kunnen niet veel bewegen bestaan uit kraakbeen.Kraakbeen bevat geen bloedvaten, bestaat ook uit vocht en kan veel druk aan. Denk aan: tussen wervels, tussen schaambeenderen.
Synoviale gewrichten: meest voorkomende gewrichten.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Opdracht
Bestudeer tabel 3.1 uit je boek.
Lees rustig door.
Noteer eventueel vragen.
VP: deel over de verschillende kijkrichtingen en assen slaan we over.
Slide 13 - Slide
Opdrachten (20)
Werken aan de opdrachten bij het skelet. (connect)
Slide 14 - Slide
Alles besproken?
Herhaling van botten en soorten botten
Nog even goed studeren op borvorming en groei
Bekijken van soorten botverbindingen.
Afronden van het hoofdstuk skelet met opdrachten
Volgende les starten we met het hoofdstuk spieren...