De meeste mensen weten wel dat we een linker en een rechter hersenhelft
hebben. We hebben daarnaast ook een buitenste deel en een binnenste
deel in de hersenen. Het buitenste deel van de hersenen zit vlak onder de
schedel en heet ‘neo-cortex’ (nieuwe schors). Het gedeelte waarmee we
ons lichaam voelen ligt op dit buitenste deel en heet ‘sensorische cortex’.
Het binnenste deel van de hersenen heet het ‘limbisch systeem’. In dit
limbisch systeem zitten hersendelen die te maken hebben met gevoelens
zoals angst, verdriet en ook met de nare gevoelens bij lichamelijke pijn.
Een belangrijk hersengebied dat hiermee te maken heeft is de ‘Amygdala’
(amandelvormige kernen in de hersenen). Dit werkt als een soort alarm
voor het lichaam.
Bij enorme angst en pijn kan de Amygdala in een alarmtoestand schieten
en daar in blijven hangen. Normaal zou het alarm weer langzaam uitdoven,
maar soms gaat dat fout en blijft het alarm steeds opnieuw op onhandige
momenten afgaan terwijl het gevaar al lang voorbij is. De herinnering aan
hevige pijn wordt ook opgeslagen in het geheugen van hetzelfde gebiedje,
de Amygdala. Het lijkt erop dat de pijn uit de periode van de amputatie
(er vlak voor of er vlak na) kan blijven ‘hangen’ in de hersenen wanneer
de Amygdala in die periode of de periode daarna van streek is geraakt.
De Amygdala roept dan: ‘er doet nog steeds iets pijn’ en in de buitenste
hersenen is een gebiedje aan het roepen: ‘volgens mij is het het been’.
De op deze manier met elkaar communicerende hersengebieden noemen
we een ‘pijnnetwerk’ en kun je vergelijken met hoe onze hersenen andere
herinneringen opslaan. Om die reden wordt bepaalde pijn ook wel eens
benoemd als een ‘pijnherinnering’. Een pijnnetwerk is niet goed te
veranderen met onze ‘bewuste’ aandacht. De gedachte: ‘maar mijn been
is er helemaal niet meer!’ heeft helaas geen invloed op het pijnnetwerk.
Wanneer iemand een ontsteking aan de teen had en men voelt dit nog na
de amputatie van het been, dan hebben we te maken met een vorm van
‘pijnherinnering’. Wanneer iemand een been is kwijtgeraakt als gevolg van
een motorongeluk, dan kan het zien of horen van een motor een aanval
van fantoompijn geven. In zo’n geval is er een prikkel die de herinnering
aan een pijnlijke periode oproept en daarmee de fantoompijn oproept.
Ook dit zou men kunnen benoemen als een ‘pijnherinnering’.