This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.
Items in this lesson
KSC.1.32
Slide 1 - Slide
Leerdoel
Benoemt en onderscheidt verschillende handvatten om gesprekken
te voeren:
LSD
OMA
ANNA
NIVEA
OEN
DIK
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
LSD
LSD staat voor Luisteren, Samenvatten en Doorvragen. Dit handvat helpt je om actief te luisteren, de boodschap te begrijpen en verdiepende vragen te stellen.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Video
OMA
OMA staat voor Oordeel, Mening en Aanname.
Het is belangrijk om OMA zo veel mogelijk thuis te laten.
Slide 6 - Slide
ANNA
ANNA staat voor Altijd Navragen, Nooit Aannemen. Dit handvat herinnert je eraan om nooit aannames te maken, maar altijd te verifiëren en te controleren.
Slide 7 - Slide
NIVEA
NIVEA staat voor Niet Invullen Voor Een Ander. Dit handvat herinnert je eraan om niet in te vullen wat de ander denkt of bedoelt, maar om hierover te communiceren.
Slide 8 - Slide
OEN
OEN staat voor Open, Eerlijk en Nieuwsgierig. Dit handvat moedigt je aan om open te zijn, eerlijk te communiceren en nieuwsgierig te blijven naar de ander.
Slide 9 - Slide
DIK
DIK staat voor Denk In Kwaliteiten. Door personen positief te benaderen zijn ze meer geneigd voor je te bewegen.
Slide 10 - Slide
Samenvatting
Je hebt nu verschillende handvatten geleerd om effectieve gesprekken te voeren: LSD, OMA, ANNA, NIVEA, OEN en DIK. Denk na over hoe je deze handvatten kunt gebruiken in je dagelijkse gesprekken.
Slide 11 - Slide
Leerdoel
Benoemt en onderscheidt verschillende handvatten om gesprekken