Thema 3 les 1 en 2

Lesdoelen
Deel 1: Woorden die te maken hebben met kleding en uiterlijk

Deel 2: Samenstellingen 
1 / 7
next
Slide 1: Slide
NederlandsBasisschoolGroep 6

This lesson contains 7 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lesdoelen
Deel 1: Woorden die te maken hebben met kleding en uiterlijk

Deel 2: Samenstellingen 

Slide 1 - Slide

Aan de ketting hangt een edelsteen. 
Laura's bril heeft een rode rand.
Het meisje schept op over haar nieuwe schoenen.
Op het naamkaartje staat Tessa.
Een juweel
Het montuur
Pronken
De badge

Slide 2 - Drag question

collier
De accessoires
Mascara
De corsage
Een korte ketting 
Sieraden en kledingstukken om jezelf te versieren
Een soort wimperverf
Een opgespelde bloem

Slide 3 - Drag question

Slide 4 - Slide

Boom
Bal
Kom
Beer
Appel
Korf
Vissen
Knuffel

Slide 5 - Drag question

Wat betekent de samenstelling
plantenpot
A
Een plek voor planten
B
Een tuincentrum
C
Een pot voor planten
D
Een soort plant

Slide 6 - Quiz

Wat betekent de samenstelling
treinspoor
A
Het spoor waar de trein over rijdt
B
Het spoor dat de trein achter laat
C
Een soort trein
D
Daar waar mensen op de trein wachten

Slide 7 - Quiz