5.5 Woorden les 3 1KGT

  • Ga rustig zitten, vandaag even geen leesboek.
  • Etui op tafel.
  • Laptop en werkboek op de hoek van je tafel.
5.5 Woorden
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 35 min

Items in this lesson

  • Ga rustig zitten, vandaag even geen leesboek.
  • Etui op tafel.
  • Laptop en werkboek op de hoek van je tafel.
5.5 Woorden

Slide 1 - Slide

  • Het instructiefilmpje? 
     Deze moet 21 mei zijn ingeleverd.
  • De tekst voor je vierde fictie-opdracht?
     Deze moet 27 mei zijn ingeleverd. Morgen in les aan
     werken.
5.5 Woorden
Hoe staat het met:

Slide 2 - Slide

  • ongeveer 30 nieuwe woorden
  • over spreekwoorden
5.5 Woorden
In deze paragraaf leer je:

Slide 3 - Slide

  • huiswerk/opdrachten bespreken
  • Oefenen met de woorden
  • werken aan fictieopdracht / Max Online
5.5 Woorden
Vandaag

Slide 4 - Slide

  • Opdracht 7A, 9 A t/m D, 10, 11 A en B blz. 135-136.
5.5 Woorden
huiswerk bespreken

Slide 5 - Slide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • 'Drink niet te veel', was een reclamekreet.
  • met mate
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 130) - 30 seconds

Slide 6 - Slide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op. 



  • uitbundig
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 130) - 30 seconds

Slide 7 - Slide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • Op het laatst hebben we toch nog gezwommen.
  • uiteindelijk
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 130) - 30 seconds

Slide 8 - Slide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • Het tegengestelde van veel geluid maken, is het geluid ...
  • verstomd
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 130) - 30 seconds

Slide 9 - Slide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op.

  • Die jongen kan alles optillen, zijn lichaam is heel sterk.
  • fysiek
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 130) - 30 seconds

Slide 10 - Slide

Welk woord zoek ik? Steek je vinger op. 



  • relaxed
5.5 Woorden
Oefenen met woorden 1 (blz 130) - 30 seconds

Slide 11 - Slide

Een spreekwoord is een zin met een speciale betekenis.
De betekenis van spreekwoorden moet je leren, net als de betekenis van woorden.
Je kunt de betekenis opzoeken in een (online)woordenboek of in een spreekwoordenboek. Je zoekt dan bij het belangrijkste woord, meestal een zelfstandig naamwoord.
5.5 Woorden
Leertekst: Spreekwoorden (blz. 138)
timer
1:00

Slide 12 - Slide

Veel spreekwoorden vinden hun ontstaan in de middeleeuwen of uit het boerenleven. Denk maar aan:
  • de hond in de pot vinden
  • rare bokkensprongen maken
  • met de gebakken peren zitten
5.5 Woorden
Leertekst: Spreekwoorden (blz. 138)
timer
1:00

Slide 13 - Slide

Bijvoorbeeld
  • Krakende wagens rijden het langst.
  • Mensen die vaak ziek zijn, worden toch heel oud

  • Ziekte komt te paard en gaat te voet.
  • Je wordt snel ziek, maar genezen duurt lang.
5.5 Woorden
Leertekst: Spreekwoorden (blz. 138)
timer
1:00

Slide 14 - Slide

  • Maak groepjes van ongeveer 4 personen.
  • Er is per groepje steeds 1 spelleider. Na elk rondje wissel je van spelleider.
  • Ieder groepje krijgt een stapel met tekeningen met daarop een spreekwoord.
  • De spelleider laat de tekening zien aan degene die aan de beurt is. Die persoon moet het spreekwoord raden. 
  • Heeft die het goed, dan mag die de kaart hebben.
     Niet goed: kaart onderop de stapel.
  • Wie heeft aan het einde van het spel de meeste kaarten (=spreekwoorden goed

5.5 Woorden
Het spreekwoordenspel
timer
10:00

Slide 15 - Slide

  • Ga naar Max Online, hoofdstuk 5 paragraaf lezen en paragraaf Woorden
  • Wat weet je over deze paragraaf?  
     Doe de oefeningen bij TestJezelf.
  • Oefen de woorden en de betekenissen ook met de
     Woordtrainer.
5.5 Woorden
Test jezelf

Slide 16 - Slide

  • Ga naar Max Online, hoofdstuk 5 paragraaf lezen en paragraaf Woorden
  • Wat weet je over deze paragraaf?  
     Doe de oefeningen bij TestJezelf.
  • Oefen de woorden en de betekenissen ook met de
     Woordtrainer.
5.5 Woorden
Test jezelf

Slide 17 - Slide

De aangetaste bomen werden blootgesteld aan een infectie. Door de behandeling hopen ze het optimaal te reduceren.
5.5. Woorden - zo maar een tekst

Slide 18 - Slide

  • 1 iemand voor de klas
  • Die gaat het woord uitbeelden 
  • Klas mag raden
  • Het zijn woorden uit hoofdstuk 4 én 5  
5.5 Woorden
Spel: welk woord ben ik?

Slide 19 - Slide