5.5

Huiswerk controle


Doornemen paragraaf 5.2 
Maken t/m opdracht 11
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Huiswerk controle


Doornemen paragraaf 5.2 
Maken t/m opdracht 11

Slide 1 - Slide

De planning


  • Huiswerk bespreken
  • Stukje herhalen
  • Nieuwe stof
  • Opdrachten 5.5 maken

Slide 2 - Slide

Huiswerk

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Opgave 3

Slide 5 - Slide

Opgave 6

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

11

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Herhaling

Hoe bereken je de BreakEvenAfzet? 


Waaruit bestaat de WIG?

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Bedrijfje beginnen
Winst- & verliesrekening opstellen

Slide 12 - Slide

Btw-saldo bedrijf
Wat moet ik afdragen? (verkoop)


Wat kan ik vorderen? (inkoop)


Af te dragen - te vorderen = btw-saldo

Slide 13 - Slide

Rekenen met de btw
Stappenplan:
1. Kijk eerst om wat voor product het gaat en welk percentage btw hierbij hoort.
2. Is het bedrag excl btw (verkoopprijs) of inclusief btw (consumentenprijs)?
3. Consumentenprijs = 109% of 121%  / Verkoopprijs = 100%

Slide 14 - Slide

Verhoudingstabel
Een scooter staat in de winkel voor €2.662,-
Bereken de verkoopprijs. 


Slide 15 - Slide

Delen en vermenigvuldigen
Een pond gehakt kost €2,90 in de winkel.
Bereken het btw-bedrag.

(€2,90 / 109) * 100 = €2,66

Btw-bedrag = 2,90 - 2,66 = €0,24
of
(€2,90/109) * 9 = €0,24

Slide 16 - Slide

De consumentenprijs is
A
meer dan 100%
B
100%
C
minder dan 100%
D
geen van allen

Slide 17 - Quiz

Bereken het btw-percentage bij de volgende prijs.
Consumentenprijs = €19,62
Verkoopprijs = €18,00

Slide 18 - Open question

Bereken de verkoopprijs.
Een HP laptop kost in de mediamarkt €1200,-.

Slide 19 - Open question

De oude consumentenprijs was €129,87. (21% btw).Bereken het btw bedrag in euro's na de korting van 20%.

Slide 20 - Open question

Voorbeeld
Harry (40) heeft een bedrijf. Hij koopt een bedrijfsauto voor €40.000 euro. Na 5 jaar is deze auto nog maar €10.000 euro waard. 

Op de begin balans staat de auto erop voor €40.000.
Na 1 jaar staat de auto voor €34.000 op de balans. 

Slide 21 - Slide

Balans & Winst- en verlies rekening
Harry (40) heeft een bedrijf. Hij koopt een bedrijfsauto voor €40.000 euro. Na 5 jaar is deze auto nog maar €10.000 euro waard. 
Op de begin balans staat de auto erop voor €40.000.
Na 1 jaar staat de auto voor €34.000 op de balans. 

Geef de mutaties weer 
op de balans bij: bedrijfsauto  en 
op de winst- en verlies rekening?

Slide 22 - Slide

''Waardeverminderingen''

Slide 23 - Slide

Formule


Afschrijving per jaar: 
(toekomstige) aanschafwaarde - restwaarde
-------------------------------------------------------------
levensduur

Slide 24 - Slide

Oefensommetje
Ingrid koopt een nieuwe inventaris voor €35.000. De zaak schrijft aan het eind van elk jaar 12% af op de boekwaarde van het afgelopen jaar. 
a) Hoeveel euro schrijft Ingrid het 1e jaar af?
b) Hoeveel euro schrijft Ingrid het 2e jaar af?

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Huiswerk volgende les

Wat? --> Doornemen paragraaf 5.5 & maken alle opdrachten
Hoe? --> zelfstandig of 2-tallen
Hulp? --> steek je vinger op 
Tijd --> Einde van de les
Klaar? --> mindmap maken H5 

Slide 27 - Slide