EHBO Drugs en alcohol

1 / 33
next
Slide 1: Video
EHBO drugs en alcoholMBOStudiejaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

Slide 2 - Slide

Welke stelling is juist?
A
Geestelijk afhankelijk van alcohol: je lichaam vraagt erom
B
Lichamelijk afhankelijk van alcohol: je lichaam kan niet zonder functioneren
C
Lichamelijk afhankelijk van alcohol: je moet er steeds aan denken

Slide 3 - Quiz

Waar wordt de meeste alcohol opgenomen in je bloed?
A
mond
B
dunne darm
C
dikke darm
D
maag

Slide 4 - Quiz

Van te veel alcohol kan je in coma raken.
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Wat is bingedrinken?
A
Samen met vrienden veel drinken op een avond
B
Als je op een avond meer dan 10 glazen drinkt
C
Als je binnen 10 min. 4 tot 6 drankjes drinkt
D
Als je binnen 10 min. 2 tot 4 drankjes drinkt

Slide 6 - Quiz

Hoelang duurt het ongeveer voordat een glas alcohol is afgebroken?
A
een half uur
B
1 uur
C
anderhalf uur
D
een kwartier

Slide 7 - Quiz

Alcohol wordt door het bloed vervoerd, door:
A
De rode bloedcellen
B
Door de witte bloedcellen
C
Door de bloedplaatjes
D
Door het bloedplasma

Slide 8 - Quiz

Alcohol heeft invloed op:
A
alleen de grote hersenen
B
alleen de kleine hersenen
C
zowel de grote hersenen als de kleine hersenen
D
niet op de grote hersenen en ook niet op de kleine hersenen

Slide 9 - Quiz

Welke stelling is juist?
A
Alcohol versterkt je gevoelens
B
De hoeveelheid alcohol in je bloed wordt uitgedrukt in procenten
C
Veel alcohol drinken veroorzaakt schade aan de longen
D
Zuivere alcohol heeft een heldere lichtgele kleur

Slide 10 - Quiz


Wat wordt sneller in het lichaam opgenomen?
A
Alcohol in bier
B
Alcohol in sterke drank
C
Alcohol wordt altijd even snel opgenomen

Slide 11 - Quiz

Welke voordelen van alcohol zou je kunnen noemen?

Slide 12 - Open question

Groepsdruk komt veel voor bij het drinken van alcohol. Lichte groepsdruk is b.v. als iemand je vraagt of je ook een biertje wil. Kun je een voorbeeld noemen van zware druk?

Slide 13 - Open question

De kater
1. Vochtverlies
Overmatige productie van urine en
uitdroging urine.
2. Irritatie van het maagslijmvlies
Misselijkheid
3. Moe voelen
4. Ontstaan van giftige stof
Door de afbraak van alcohol ontstaat deze stof. Gevolg: hoofdpijn en trillen

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Waarom kan iemand door het gebruiken van cannabis duizelig worden en flauwvallen?
A
Omdat cannabis de bloeddruk verhoogt.
B
Omdat cannabis de bloeddruk verlaagt.
C
Omdat cannabis de bloeddruk versnelt.
D
Omdat cannabis de bloeddruk vertraagt.

Slide 16 - Quiz

De werkzame stof van cannabis is...
A
TLC
B
TCL
C
THC
D
TCH

Slide 17 - Quiz

Wat is de meest voorkomende verslaving?
A
Cannabis
B
Alcohol
C
Medicijnen
D
Cocaïne

Slide 18 - Quiz

Alcohol & Cannabis
1. Je weet van een aantal stoffen (zoals verdovende middelen) dat ze je psychisch en lichamelijk kunnen beïnvloeden
2. Je kunt benoemen welke directe effecten alcohol en cannabis hebben op het menselijk lichaam
3. Je kunt benoemen welke effecten langdurig/regelmatig alcoholgebruik of cannabisgebruik heeft op het menselijk lichaam

Slide 19 - Slide

Wat weet je al over alcoholgebruik?
(meerdere antwoorden invoeren)

Slide 20 - Mind map

0

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Van te veel alcohol kan je overlijden.
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Hoe lang duurt het voor je lever glas alcohol (10 gram alcohol) uit je bloed heeft gehaald?
A
1 uur
B
1,5 uur
C
2 uur
D
2,5 uur

Slide 27 - Quiz

Alcohol drinken kan blijvende hersenschade opleveren
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

Slide 29 - Slide

Cannabis is verslavend.
A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quiz

De werkzame stof van cannabis is...
A
TLC
B
TCL
C
THC
D
TCH

Slide 31 - Quiz

Waarom kan iemand door het gebruiken van cannabis duizelig worden en flauwvallen?
A
Omdat cannabis de bloeddruk verhoogt.
B
Omdat cannabis de bloeddruk verlaagt.
C
Omdat cannabis de bloeddruk versnelt.
D
Omdat cannabis de bloeddruk vertraagt.

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Slide