Osteoporose, rheuma en artrose

Osteoporose, reuma en artrose
1 / 25
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Osteoporose, reuma en artrose

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Periode 6
Week 1
Diabetes
Pat module 13:3
VVT deel 1:6
Week 2
Diabetes
Pat module 13:3
VVT deel 1:6
Week 3
Osteoporose, reuma en artrose
Pat module 2 en 10
VVT deel 1:5
Week 4
CVA
Pat module 12 VVT deel 1:10
Week 5
CVA
Pat module 12 VVT deel 1:10
Week 6
Aandoeningen hart en bloedvaten
Pat module 6 VVT deel 2:4
Week 7
Epilepsie, huntington, MS en ALS
Pat module 12
Week 8
GHZ 
Pat module 14:2
Hehandicaptenzorg
Week 9
Eindopdracht

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Na deze les weet je wat:
  • Osteoporose, reuma en artrose is
  • Hoe deze ziektebeelden ontstaan
  • Wat de behandeling is. 


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Reuma
Reuma = Verzamelnaam voor honderden verschillende chronische aandoeningen van gewrichten, botten en pezen.  

We bespreken:
  1. Artrose
  2. Reumatoïde artritis
  3. Osteoporose
Maar er bestaat ook jicht, ziekte van Bechterew, wekedelenreuma etc.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Video. Beantwoord de volgende vragen
  1. Hoe ontstaat artrose?
  2. Wat zijn de klachten bij artrose?
  3. Wat zijn de oorzaken van artrose?
  4. Waar komt artrose het meeste voor?
  5. Wat kun je doen om achteruitgang te voorkomen?

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Artrose
Artrose = gewrichtsslijtage
Misvormende aandoening​

Gevorderde leeftijd ​

Degeneratieve ziekte = steeds meer achteruitgang​



Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Artrose
  1. Scheurtjes in het kraakbeen ​
  2. Kwaliteit kraakbeen achteruit ​
  3. Verkleuring => gaatjes => verdwijnen kraakbeen​
  4. Bot komt bloot te liggen​



Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Artrose
Botgroei om schade kraakbeen te herstellen​ (botwoekering/osteofyt)

Leidt tot:
  • Misvormingen ​
  • Pijn ​
  • Bewegingsbeperkingen


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Artrose
Meest in:​

heup = coxartrose ​
Knie = gonartrose ​
Gewrichtjes tussen wervels, vooral in hals = cervicale artrose  


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Verschijnselen artrose
  • Pijn, vooral bij belasting of bij beweging na stil zitten ​
  • Kraken gewricht​
  • Bewegingsbeperking ​
  • Zwelling gewricht ​



Slide 11 - Slide

Startstijfheid/pijn
Behandeling artrose
Geen genezing, wel klachten verminderen door: ​

  • Lokaal warmte toediening​
  • Loophulpmiddelen​ gebruiken
  • Oefentherapie​
  • Pijnstilling / ontstekingsremming ​
  • Opereren (kunstgewricht) ​




Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Video Reumatoide artitis (RA)
  1. Hoe ontstaat RA?
  2. Wat zijn de oorzaken van RA?
  3. Wat zijn de klachten bij RA?
  4. Waar komt RA het meeste voor?
  5. Wat kun je doen om achteruitgang te voorkomen?

Slide 13 - Slide

Niet alles wordt beantwoord in het filmpje. Zelf nog opzoeken na de film

Slide 14 - Video

This item has no instructions

RA
Chronische ontsteking in aantal gewrichten ​

Vooral: handen, pols ​
Vaak symmetrisch (rechts en links) ​

Oorzaak: auto-immuunziekte ​
2x vaker vrouwen dan mannen ​



Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Kenmerken RA
  • Begint meestal rond 40e jaar ​
  • Ochtendstijfheid ​
  • Zwelling gewrichten door:​

Ontsteking gewrichtskapsels ​
Ontsteking kraakbeen ​
Ontsteking botstukken ​
  • Bot ontkalkt en gewrichten worden stijver​
  • Uiteindelijk kunnen ernstige misvormingen ontstaan door luxaties ​











Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Symptomen RA
Symptomen: ​

Pijn en stijfheid in de gewrichten ​

Maar ook: moe, koorts en verminderde eetlust



Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Behandeling RA
  • Ontstekingsremming​ en pijnstilling ​
Leefregels: ​
  • Gedoseerde rust​
  • Oefeningen ​
  • Slapen op een geschikt matras​
  • Voeding met voldoende eiwit en kalk ​
  • Behandeling door reumatoloog ​
  • Fysiotherapie en ergotherapie ​
  • Eventueel operatie: gewrichten vervangen door prothese​









Slide 18 - Slide

Vit D, zorgt voor verbeterde botgroei.
OSTEOPOROSE
Osteoporose is een chronische aandoening van het skelet, waarbij de botsterkte afneemt.
Vrouwen meer dan mannen (2:1)

Minder botmassa maar ook een verandering in de structuur van het bot, hierdoor is de sterkte (nog) minder. Botbreuken zijn dan ook meestal het eerste signaal om te starten met nader onderzoek naar osteoporose.

Slide 19 - Slide

Gegeneraliseerde osteoporose (zit overal in het lichaam, vooral bij vrouwen)

Primaire osteoporose
       - veroudering
Secundaire osteoporose
       - endocriene stoornissen (hormonaal)
       - voedingsdeficiënties
       - gebruik van corticosteroïden


Je botten; opbouw en afbraak
Tot ongeveer het 25e jaar kent dit proces een positieve balans: de opbouw is groter dan de afbraak. De botsterkte neemt dus toe. Dan volgt een stabiele periode van 10 jaar

Vanaf het 35e levensjaar gaat je lichaam meer bot afbreken dan er wordt aangemaakt. 

Slide 20 - Slide

Toename botafbraak geeft verminderde sterkte van de botbalkjes - door afbraak van de balkjes - dus meer kans op breuken.

Afname botaanmaak  - de structuur blijft weliswaar in tact - maar de balkjes worden dunner 


Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Klachten/verschijnselen 
(micro)fracturen = kleine breuken

  • spontaan "heel onschuldig" of "er gebeurde eigenlijk niets"
  • door een een val of een verdraaiing van een gewricht



Slide 22 - Slide

De klachten die kunnen optreden bij osteoporose zijn divers. De meest klassieke verschijnselen zijn het oplopen van botbreuken en het verlies van lengte. Andere verschijnselen zijn bijvoorbeeld klachten in de organen, evenwichtsverlies, een verminderd energieniveau, slecht slapen en emotionele problemen.

Ook pijnklachten in je rug (zonder direct aanwijsbare oorzaak) kunnen een eerste signaal zijn. Vooral (lage rugpijn) kan veroorzaakt zijn door een ingezakte(=gebroken) ruggenwervel. Die breuk gaf geen directe pijn, je bent gewoon een stukje kleiner geworden. Maar daardoor is wel de stand van je ruggengraat anders. Zenuwen en spieren daaromheen kunnen dan klachten gaan geven.
Verschillende stadia in de verandering aan de rugwervels door osteoporose.
Breuk van de 11e ruggenwervel na val van de fiets


Slide 23 - Slide

Het eerste signaal is meestal een gebroken bot. Een fractuur in medische kringen.
Dat merk je zelf natuurlijk direct als het een vinger, arm, been, pols, heup is.

Een wervelbreuk (wervelinzakking) geeft niet altijd directe klachten.
Toch is dat ook een breuk, ondanks het feit dat de term “wervelinzakking” wat minder alarmerend lijkt……….maar wel is!
Een botbreuk ( en je bent boven de 50) is het signaal voor het starten van een diagnoseonderzoek naar de sterkte en dichtheid van je botten. De oorzaak van die breuk, echt een stevige klap of zomaar omdat je een traptrede miste……is daarbij minder belangrijk.
Standsafwijkingen, spierpijn, zenuwpijn en verminderde longfunctie  
Darm- en blaasklachten, omdat organen in de knel komen

Slide 24 - Slide

Ook pijnklachten in je rug (zonder direct aanwijsbare oorzaak) kunnen een eerste signaal zijn. Vooral (lage rugpijn) kan veroorzaakt zijn door een ingezakte(=gebroken) ruggenwervel. Die breuk geeft meestal geen directe pijn, je bent gewoon een stukje kleiner geworden. Maar daardoor is wel de stand van je ruggengraat anders. Zenuwen en spieren daaromheen kunnen dan klachten gaan geven.
Diagnose
In Nederland hebben 1 miljoen mensen osteoporose. 
De aandoening wordt meestal pas ontdekt na een botbreuk


Eigenlijk zouden ziekenhuizen dit onderzoek aan moeten bieden bij iedere 50-plusser, die iets breekt! 


Slide 25 - Slide

Er zijn 4 diagnostische stappen vastgelegd in de richtlijn:
1. Meten van botdichtheid met een DEXA. (DXA)
2. Controle op wervelbreuken, met een  VFA of röntgenopname.
3. Laboratorium onderzoeken.
4. Valrisico analyse

Elke stap is belangrijk om het risico te bepalen en welk persoonlijk advies bij iemand past.

Stap 1. De botdichtheid wordt uitgedrukt in de T-score. Hoe lager de botdichtheid hoe groter de kans op een botbreuk:
T-score tussen de +1 en -1: er is geen probleem.
T-score tussen de -1 en -2,5: osteopenie (verminderde botmassa)
T-score -2,5 of lager: osteoporose

Stap 2. Een moderne DEXA scanner kan meestal ook een VFA opname maken. Belangrijk !
Dat is een (laag vermogen) röntgenopname van alle ruggenwervels. Zo kan men vaststellen of er schade is aan een of meerdere wervels.

Stap 3. Laboratoriumonderzoeken
Je arts zal ook een aantal bloedonderzoeken aanvragen. Daarmee zoekt men naar eventuele onderliggende oorzaken voor osteoporose.
Dat is niet alleen om vitamine D en calcium vast te stellen, maar met de set bloedtesten zijn andere veel voorkomende oorzaken op te sporen, die mede oorzaak kunnen zijn van de lage botmassa.

Stap 4. Valrisico analyse
De combinatie van lichamelijk onderzoek, laboratoriumonderzoek en een serie persoonlijke vragen komt bij elkaar in een valrisico analyse. Met een korte vragenlijst zal de arts of verpleegkundige je persoonlijke valrisico in kaart brengen.