This lesson contains 21 slides, with interactive quiz, text slides and 5 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Maatschappijkunde
Pluriforme samenleving
Slide 1 - Slide
Hoofdvragen:
Wat is identiteit?
Begrippen:
Socialisatie
Socialiserende insituties
Internalisatie
Identiciatie
Persoonlijke identiteit
Groepsidentiteit
Uitsluiting
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Persoonlijke identiteit
Hoe jij wordt wie je bent, wordt grotendeels bepaald door:
Socialisatie & internalisatie
Identificatie
Karakter & ervaringen
Slide 4 - Slide
#THROWBACK
Slide 5 - Slide
#THROWBACK
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
#THROWBACK
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Aart is hier de socialisator. Op welke manier bracht hij Pino (onbewust) dingen bij?
Slide 10 - Open question
#THROWBACK
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Identificatie:
Kleine kinderen zien hun ouders vaak als groot voorbeeld. Als je ouder wordt ga je je ook bewust identificeren met andere bekende personen.
Identificatie = je wilt op iemand lijken en je neemt het gedrag van die persoon over.
Slide 13 - Slide
Karakter & ervaringen
Kinderen lijken soms erg op (één) van hun ouders. Ze hebben allerlei aangeboren eigenschappen zoals creativiteit of concentratie problemen. Alle aangeboren eigenschappen horen bij je karakter.
Toch heeft een eeneiige tweeling die opgroeit in hetzelfde gezin nooit dezelfde identiteit. Alles wat je aan ervaringen meemaakt heeft invloed op je identiteit.
Slide 14 - Slide
Iedereen is uniek
Je persoonlijke identiteit bestaat uit de dingen die je hebt geleerd, de dingen die je bewust of onbewust hebt overgenomen, je ervaringen en je aangeboren eigenschappen.
- Omschrijf je karakter in 5 woorden.
Slide 15 - Slide
Saamhorigheid
Wij-gevoel: het gevoel dat je bij elkaar hoort.
Welke groepen met een sterk wij-gevoel ken je?
Slide 16 - Slide
Wij en zij
Een wij-gevoel is meestal prettig. Maar door het woordje wij te gebruiken, kun je andere uitsluiten.
Bij uitsluiting hoor je er niet bij.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Video
Opdracht:
Beschrijf je eigen identiteit:
Geef tenminste 15 kenmerken.
Schrijf achter 3 kenmerken of het gaat om je karakter.
Schrijf achter 3 kenmerken of het gaat om een groepsidentiteit.
Voeg deze opdracht toe aan je waardenlogboek.
Slide 19 - Slide
Opdrachten:
WL en Huiswerk H5
Klaar?
Ga dan de toets voorbereiden:
- flashcards
- Leerdoelen
- samenvatten (gebruik filmpjes van maatschappij-leer.nl)