Nederland en de slavernij

Nederland en de slavernij
1 / 20
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Nederland en de slavernij

Slide 1 - Slide

Het begin van de slavernij
Al in de oudheid (Griekenland, Egypte, Romeinse Rijk) is het bezit van slaven voor de welgestelden volstrekt normaal. Aan het einde van de middeleeuwen verdwijnt de slavernij in Europa. 

Ook in West-Afrika is slavernij normaal; als je een schuld had, gaf je je kind als onderpand. 

Slide 2 - Slide

Transatlantische slavenhandel
In 1492 ontdekt Columbus Amerika. Spanjaarden en Portugezen trekken naar dit 'nieuwe' continent en stichten suikerplantages. (suiker is heel populair én duur!)
De oorspronkelijke bewoners worden aan het werk gezet op de plantages, maar dit leidt tot problemen
  • de inheemse bevolking bezwijkt aan onbekende Europese ziektes
  • de inheemse bevolking is gekerstend door monniken. 
Dus, men moet op zoek naar andere werkkrachten...

Slide 3 - Slide

Aankomst van Columbus in Amerika 
getekend door Johann de Bry, 1594

Slide 4 - Slide

Spanjaard Bartololeo de las Casas bekeerde de inheemse bevolking van Zuid-Amerika

Slide 5 - Slide

Waarom was het een probleem dat de inheemse bevolking was gekerstend door de Spaanse monniken?

Slide 6 - Open question

Transatlantische slavenhandel
Portugal, Frankrijk, Spanje, Engeland en Nederland handelen in de vijftiende eeuw al met West-Afrika in producten als goud en ivoor, voordat zij beginnen met de slavenhandel. De Portugezen bezitten veel grondgebied in Brazilië. In West-Afrika (Ghana) bezitten de Portugezen fort Elmina. Hier worden de tot slaaf gemaakte Afrikanen verkocht en naar Brazilië verscheept. De Portugezen verwerven zo veel welvaart.

Slide 7 - Slide

Het begin van de Nederlandse slavernij
Aan het begin van de 16e eeuw is de slavenhandel vooral in handen van Spanjaarden en Portugezen. Dat verandert in 1621. In dat jaar richten Nederlanders de West-Indische Compagnie.
De WIC bemachtigd in Nederland het monopolie op de slavenhandel tussen de West-Afrikaanse kust en in Noord- en Zuid-Amerika.

Slide 8 - Slide

Transatlantische slavenhandel
Nederlanders zijn jaloers op die Portugese welvaart. Vanaf 1630 verovert de WIC  2000 km kuststrook in Zuid-Amerika, ten koste van Portugal.
In 1637 veroverde de WIC ook fort Elmina in Ghana. 

Dit betekende het begin van de driehoekshandel/transatlantische slavenhandel. 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Hoe maakte de WIC duidelijk dat een slaaf hun eigendom was?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Niet alleen transatlantische slavenhandel
Ook werknemers van de VOC maakten veelvuldig gebruik van tot slaaf gemaakten. Omdat de bevolking van de eilanden bijna geheel is uitgeroeid, moet de werkkracht voor de plantages ergens anders vandaan komen. Daarvoor worden tot slaaf gemaakten gebruikt.  Tot ver in de achttiende eeuw is de slavernij in Indië omvangrijker is dan die in de westelijke koloniën. 
Enige verschil: de VOC zelf niet heel veel bijdraagt aan slavenhandel.
Rond 1750 leven er naar schatting zo’n 75.500 tot slaaf gemaakten in Aziatische vestigingen van de VOC. Bij de WIC zijn het er dan 64.000.

Slide 13 - Slide

Albert Cuyp, Opperkoopman van de VOC op Batavia (1650)

Slide 14 - Slide

Jacob Coeman, Portret van Pieter Cnoll en familie in Batavia

Slide 15 - Slide

Groei slavenhandel
Na de verovering van Curacao en Suriname in 1634 wordt het afzetgebied veel groter en groeit de slavenhandel. Halverwege de 17e eeuw neemt de vraag naar tot slaaf gemaakten snel toe door de groeiende suikerhandel.  De WIC profiteert hiervan.

Slide 16 - Slide

Middelburgse Commercie Compagnie
1730 - Middelburgse Commercie Compagnie mag ook slaven verhandelen. 
Dit betekende concurrentie voor de WIC.
De MCC behaalt hoge winsten en specialiseert zich daarom in de slavenhandel
De MCC heeft snel een groot aandeel: van iedere tien Nederlandse slavenschepen komen er acht uit Middelburg.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Waar komen de slaven terecht die op Curacao verhandeld werden?

Slide 19 - Open question

Slide 20 - Video