6.1 - Licht en schaduw

Ga op de goede plek zitten! Leg het volgende op je tafel: aantekeningenschrift + pen. Je laptop en telefoon gaan in je tas. 

Hallo klas 2! Zorg dat je op de JUISTE plek gaat zitten. Neem het volgende op tafel: Gesloten laptop.
timer
4:00
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Ga op de goede plek zitten! Leg het volgende op je tafel: aantekeningenschrift + pen. Je laptop en telefoon gaan in je tas. 

Hallo klas 2! Zorg dat je op de JUISTE plek gaat zitten. Neem het volgende op tafel: Gesloten laptop.
timer
4:00

Slide 1 - Slide

H6 - LICHT
6.1 - Licht en schaduw
6.2 - Spiegelbeelden
6.3 - Licht en kleur
6.4 - Infrarode en ultraviolette straling

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

6.1 Licht en schaduw

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
6.1.1 Je kunt voorbeelden noemen van natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen.
6.1.2 Je kunt schematisch lichtstralen tekenen.
6.1.3 Je kunt uitleggen hoe je voorwerpen om je heen kunt zien die zelf geen licht geven.

Slide 5 - Slide

Welke lichtbronnen ken je al?

Slide 6 - Slide

Lichtbronnen
Een voorwerp dat zelf licht geeft, noem je een lichtbron. De zon en de sterren zijn natuurlijke lichtbronnen. Kaarsen, lampen en tl-buizen zijn kunstmatige lichtbronnen (afbeelding 1). Kunstmatige lichtbronnen zijn door de mens gemaakt.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Glimworm

Slide 9 - Slide

Ga even zelf aan de slag
Wat? Zoek zo veel mogelijke kunstmatige en natuurlijke lichtbronnen op. Schrijf deze overzichtelijk op in word

Hoe? Je mag dit samen doen met je buurman/buurvrouw. NIET MET ANDERE TAFELS. Je mag zachtjes overleggen

Klaar? Onmogelijk. Zoek er nog meer!

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Lichtstralen
Als een lamp brandt, straalt hij licht uit. Het licht beweegt alle kanten op en gaat van de lamp af. Dat kun je aangeven door lichtstralen te tekenen.

Slide 12 - Slide

Hoe lichtstralen bewegen

Die lichtstralen zijn recht, want licht beweegt langs rechte lijnen. Je ziet de lamp als een deel van dit licht in je ogen valt.

Hoe verder je bij de lamp vandaan gaat, des te zwakker wordt het licht. Dat zie je ook aan de lichtstralen: die bewegen steeds verder uit elkaar. 

Slide 13 - Slide

Hoe kunnen wij dan dingen zien?

Slide 14 - Slide

Diffuus teruggekaatst

Slide 15 - Slide

Voorwerpen die zelf geen licht geven

De meeste dingen om je heen geven zelf geen licht. Je kunt ze alleen zien wanneer ze verlicht worden. Het licht dat op het voorwerp valt, wordt dan in alle richtingen teruggekaatst. In de natuurkunde zeg je dan dat het licht diffuus teruggekaatst wordt. Je ziet het voorwerp als een deel van dit teruggekaatste licht in je ogen valt.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Wat voor lichtbron is de maan en hoe kunnen wij deze zien?

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

De maan

De maan geeft zelf geen licht. Je kunt de maan zien doordat die het licht van de zon terugkaatst. Wanneer de verlichte kant van de maan naar je toegekeerd is, zie je een volle maan. Maar als de donkere kant van de maan naar je toegekeerd is, zie je niets.

Slide 20 - Slide

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak de volgende opdrachten: H6.1 - 1a,b,c. 2, 3, 4, 5
Hoe? Je doet dit in totale stilte zonder daarbij te overleggen.
Hoe lang? Tot het einde van de les
Klaar? Zoek zo veel mogelijk  natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen op. Schrijf deze
overzichtelijk op in word op jouw eigen laptop

Slide 21 - Slide