H7: Het lagere schoolkind

1 / 33
next
Slide 1: Slide
Psychologie/sociologieSecundair onderwijs

This lesson contains 33 slides, with text slides and 11 videos.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Inhoud
Inleiding
1. Fysieke ontwikkeling
2. Cognitieve ontwikkeling
3. Socio-emotionele ontwikkeling
 3.1 Taakbewustzijn en zelfbeeld
 3.2 Theorie van Erikson
 3.3 Kritiek op de theorie van Erikson
 3.4 Pesten
Test jezelf
Vaktaal
Leertip
Wat moet je kunnen?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Inleiding: klasdiscussie(s)
Wanneer is een kind klaar voor een smartphone?
  • Wanneer kreeg jij je eerst smartphone?
  • Waarvoor gebruikte jij je smartphone in het begin vooral (zeker als je jonger dan 12 jaar was)?
  • Werd er misbruik van gemaakt?
  • Op de meeste sociale media (Tik Tok, Insta...) is er een leeftijdsgrens van 13 jaar om een account aan te maken. Wat vind jij hiervan?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Inleiding: klasdiscussie(s)
Tuur is een jongen die gepest werd in de lagere school.
Bekijk zijn verhaal.

Hoe blik jij terug op de lagere school? Was het voor jou een zalige, zorgeloze tijd of eerder een lastige periode waarin het moeilijk was een plekje te vinden in de groep?

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

1. Fysieke ontwikkeling p. 95
Laten we even kijken naar de volgende videofragmenten:
  • Filmpje groei zesjarige (6'50"-7'39")
  • Filmpje groei negenjarige (3'28"-5'25" / 12'07"-13'05")

! Bekijk de filmpjes en geef voorbeelden van wat er verbeterd is aan de motorische ontwikkeling.
Noteer op een apart blad!
Focus op de motoriek van de kinderen (en niet zozeer op de stem)!!!


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

1. Fysieke ontwikkeling p. 95
Optimale beheersing motoriek:
  • leniger en krachtiger
  • beter evenwichtsgevoel
  • hogere reactiesnelheid
  • betere oog-handcoördinatie -> preciezere bewegingen
=> combinatie fijne en grove motoriek bij allerlei activiteiten (sporten,
schrijven, knutselen...)

Invloed lichamelijke prestaties op socio-emotionele ontwikkeling -> bepalen deels plaats kind in groep (maar ook hun zelfbeeld)


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

2. Cognitieve ontwikkeling p. 95
‘Schoolkind’ -> kind wordt 'geschoold' -> aanleren belangrijke vaardigheden die nodig zijn als volwassene (zowel schoolse als niet-schoolse dingen)

In welke fase van Piaget bevindt het lagere schoolkind zich?
  • Fase van concreet operationeel denken (Piaget)  -> 'Operatie' = logische denkhandelingen 
-> redeneren ipv intuïtie!


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

2. Cognitieve ontwikkeling p. 95
Nieuwe denkmogelijkheden:
  • classificeren
  • conservatie
  • Inlevingsvermogen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

2. Cognitieve ontwikkeling p. 95
Nieuwe denkmogelijkheden:
  • Classificeren: voorwerpen indelen in categorieën + beseffen dat een categorie een onderdeel kan zijn van een andere (grotere) categorie.
  • Lees 'Hoe test je dat?' p. 95

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

2. Cognitieve ontwikkeling p. 95
Nieuwe denkmogelijkheden:
  • Conservatie: begrijpen dat de hoeveelheid van iets ongewijzigd blijft als de vorm verandert
  • conservatietests (2 videofragmenten) + Lees 'Hoe test je dat?' p. 96

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

2. Cognitieve ontwikkeling p. 95
Nieuwe denkmogelijkheden:
  • Inlevingsvermogen: het perspectief van een ander innemen; de gedachten van een ander begrijpen
  • bergtest (video) / Sally-Anne-test (video) + Lees 'Hoe test je dat?' p. 96-97

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

2. Cognitieve ontwikkeling: oef. 1 p. 97
Waarom is inlevingsvermogen zo belangrijk voor de sociale ontwikkeling?

  • Door inlevingsvermogen voel je aan wat de ander tevreden maakt of vervelend vindt. Je kunt je gedrag daaraan aanpassen. Zo kun je beter met anderen omgaan.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

3. Socio-emotionele ontwikkeling p. 97-98
3.1 Taakbewustzijn en zelfbeeld

  • taakbewust: onderscheid werken <-> spelen + opdracht afwerken
  • leergierig: willen bijleren en oefenen nieuwe vaardigheden in
-> experiment p. 97 samen lezen!


Slide 20 - Slide

This item has no instructions

3. Socio-emotionele ontwikkeling p. 97-98
3.1 Taakbewustzijn en zelfbeeld p. 98

Hechting groep is belangrijk:
  • Vergelijken -> zicht op eigen talenten/beperkingen -> ontwikkeling zelfbeeld 
  • jonge schoolkinderen: beschrijven zichzelf obv oppervlakkige kenmerken (leeftijd, uiterlijk...)
  • Vanaf 9 jaar --> ook persoonlijkheidstrekken/talenten (en negatieve kantjes

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

3. Socio-emotionele ontwikkeling p. 97-98
3.1 Taakbewustzijn en zelfbeeld p. 98

  • Schoolkinderen baseren hun zelfbeeld o.b.v. 5 aspecten (zie ook boek!):
  1. school
  2. sociale aanvaarding
  3. uiterlijk
  4. atletische prestaties
  5. gedrag
  • Prestatiegericht: tonen waar ze het best in zijn om een bijzondere plaats in te nemen in de groep



Slide 22 - Slide

This item has no instructions

3. Socio-emotionele ontwikkeling p. 97
Videofragment:
- verschil met de kleuterschool (0'58"-2'19")
- een concrete aanpak (2'20"-3'45")
- frustraties op de speelplaats (6'18"-6'49")
- ruzie tussen broers (10'46"-11'49")


Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Video

This item has no instructions

3. Socio-emotionele ontwikkeling: 3.2: Theorie van Erikson p. 98 (bekijk slide + lees in boek!)

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

3.2: Theorie van Erikson p. 99: casus: oef. 2 p. 99
Pas de theorie van Erikson toe op dit voorbeeld.
  • Nicolas krijgt heel vaak negatieve commentaren, van volwassenen en kinderen, en doet het niet goed op school. Door die slechte ervaringen gaat hij zich mogelijk minderwaardig voelen (negatieve pool). Hij voelt zich niet competent om iets goeds te doen en bij te leren. 
Hoe reageert de buitenwereld op een ‘moeilijk’ kind en zijn ouders?
  • Vaak wordt de schuld van het moeilijk gedrag gezocht in de opvoeding door de ouders. Of het kind wordt als ‘lastig’ bestempeld zonder dat er een oorzaak wordt gezocht.


Slide 26 - Slide

This item has no instructions

3.3 Kritiek op de theorie van Erikson: oef. 3 p. 99

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

3.4 Pesten: oef. 4p. 100-104
  • Geef je mening over deze stellingen. Leg uit waarom je wel of niet akkoord gaat.
  • klassikale bespreking
  • Bekijk de bronnen p. 101-104. Lees ze grondig door en pas je antwoorden op oef. 4 aan waar nodig. Daarna bespreken we nog eens samen.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Wat wat tegen pesten!
  • Bekijk in groep telkens de volgende video's.
  • Om beurten mag 1 leerling vooraan komen zitten met zijn/haar rug naar de groep.
  • De leerkracht gooit één dilemma in de groep. De anderen raden welk antwoord de leerling vooraan zou kiezen: voor antwoord A ga je rechts en voor antwoord B, ga je links staan.

  • Nagesprek:
- Waarom dachten jullie dat hij/zij dit ging kiezen?
- Aan de leerling in kwestie: welk antwoord kies je en waarom?
- Wie van jullie heeft al eens voor dit dilemma gestaan? Wanneer was dat? Wat heb je toen gedaan?

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Video

Angel - roodroze

Slide 31 - Video

Margot - groen

Slide 32 - Video

Jorrit - lichtroze
Groepswerk: Pesten
  • De leerkracht verdeelt jullie in 4 groepen.
  • Neem samen de instructies door (extra blad + Google Classroom).
  • Je krijgt twee lessen de tijd om iets origineel en ludiek/creatief te maken.

Slide 33 - Slide

This item has no instructions