werkwoorden regelmatig en onregelmatig in de tt en de vtt

werkwoorden regelmatig en onregelmatig in de tt en de vtt
1 / 25
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

werkwoorden regelmatig en onregelmatig in de tt en de vtt

Slide 1 - Slide

Welke zin is juist?
A
hemos decido mil cosas
B
Hemos decirido mil cosas
C
Hemas dicho mil cosas
D
Hemos dicho mil cosas

Slide 2 - Quiz

leer, ustedes
A
leen
B
leéis
C
lean
D
leís

Slide 3 - Quiz

Tocar, él

Slide 4 - Open question

Wat is het voltooid deelwoord van ver?

Slide 5 - Open question

Vertaal: ik heb gegeten
A
he comido
B
he comida
C
has comida
D
has comerido

Slide 6 - Quiz

Welke zin is correct?
A
Mi profesora está amable
B
mi profesora hay amable
C
Mi profesora es amable
D
Mi profesora tiene amable

Slide 7 - Quiz

Welke zin is correct?

A
La escuela es en Oss
B
La escuela hay en Oss
C
La escuela está en Oss
D
La escuela son en Oss

Slide 8 - Quiz

Welke zin is juist?
A
A mi madre le encantan la pasta
B
A mi madre les encantan la pasta
C
A mi madre le encanta la pasta
D
A mi madre me encanta la pasta

Slide 9 - Quiz

Hoe zeg je in het Spaans: Ik houd van praten

Slide 10 - Open question

Wat zijn de uitgangen op -ir?

Slide 11 - Mind map

Wat is de 1e pers enkelvoud van salir?

Slide 12 - Open question

acostarse (ue), Ustedes
A
se acostan
B
se acuesta
C
se acuestan
D
se acosta

Slide 13 - Quiz

vestirse (i) yo

Slide 14 - Open question

welk rijtje is correct?
A
tengo, tienes, tiene, tienemos, tienéis, tienen
B
tengo, tienes, tiene, tenemos, tenéis, tienen
C
tengo, tenes, tene, tenemos, tenéis, tenen
D
tengo, tienes, tiene, tenemos, tenáis, tienen

Slide 15 - Quiz

comer, yo

Slide 16 - Open question

necesitar, nosostros

Slide 17 - Open question

wat zijn de uitgangen op -ir?

Slide 18 - Mind map

hacer, vosotros
A
hacais
B
hacís
C
haceis
D
hacéis

Slide 19 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van abrir?

Slide 20 - Open question

is deze zin juist? son muchos chicos en la discoteca.
A
ja is juist
B
geen idee
C
moet zijn: Hay muchos chicos en la discoteca
D
moet zijn:Están muchos chicos en la discoteca.

Slide 21 - Quiz

Vertaal: tengo que estudiar mucho.
A
Ik heb veel te studeren
B
Ik studeer veel
C
Geen idee
D
Ik moet veel studeren

Slide 22 - Quiz

Vertaal de zin: María prefiere ir a España.

Slide 23 - Open question

preferir (ie), vosotros
A
preferís
B
preferimos
C
prieferís
D
prieferéis

Slide 24 - Quiz

Ik ken de werkwoorden al best goed
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll