Seksuele diverstiteit 2THA1
1 / 35
Lesson duration is: 90 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Stel een meisje is lesbisch. Zij wordt verliefd op:
A
Jongens
B
Meisjes
C
Jongens en meisjes
Slide 3 - Quiz
Hoe noem je iemand die zowel op meisjes als op jongens valt?
Slide 4 - Open question
Wat betekend 'coming out'?
A
Neergaan van de alcohol
B
Uit de schaduw stappen
C
Op stap uit je dak gaan
D
UItkomen voor je seksuele geaardheid
Slide 5 - Quiz
Mag je in Nederland trouwen als je homo bent?
A
Ja
B
Nee
Slide 6 - Quiz
Mag je in elk Europees land trouwen als je homo bent?
A
Ja
B
Nee
Slide 7 - Quiz
Als je met homo's en lesbiennes omgaat, wordt je zelf ook homo of lesbisch
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quiz
Hoeveel procent van de mensen in Nederland is homo, bi of lesbisch?
A
1 op de 20
B
1 op de 10
C
1 op de 15
D
1 op de 20
Slide 9 - Quiz
Bestaan er aparte olymische spelen voor homo's en lesbiennes?
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quiz
Wat is een homo sapiens?
A
Een homoseksueel
B
Een alien
C
Een mens
D
Een aap
Slide 11 - Quiz
Je kiest op welke jongen of meisje je verliefd wordt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Slide 13 - Video
Je kiest zelf of je op jongen of meisje valt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quiz
Welke dieren heb je in je buik als je verliefd bent?
A
Muizen
B
Olifanten
C
Vlinders
D
Vogels
Slide 15 - Quiz
Wat is een ander woord voor pesten via het internet?
A
Cyberpesten
B
Interpesten
C
Netpesten
Slide 16 - Quiz
Wat is de reden van een pester om te pesten?
A
Geen goede reden. De pester is zelf onzeker.
B
De persoon die gepest wordt heeft erom gevraagd.
C
De pester denkt dat de ander het leuk vindt
Slide 17 - Quiz
Wat is jong & out?
A
Een landelijke groep voor holebi's onder de 18 jaar
B
Een plaats voor holebi's
C
Ouderen die graag jong willen zijn
D
Jongeren en ouderen die samen spelletjes spelen
