9.1 tm 10

Domein C1: 
Verhoudingen: nationaal en internationaal
1 / 27
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Domein C1: 
Verhoudingen: nationaal en internationaal

Slide 1 - Slide

Lesdoelen

  • Je begrijpt dat de verhoudingen tussen mensen zijn veranderlijk en vaak problematisch 
  • sociale ongelijkheid is in een of andere vorm geïnstitutionaliseerd.
  • Je kunt de begrippen ......  uitleggen en het verschil tussen deze begrippen herkennen.
  • Je kunt de begrippen sociale ongelijkheid en .....toepassen bij het proces van staatsvorming 

Slide 2 - Slide

Sociale ongelijkheid
Er is sprake van wanneer verschillen tussen mensen in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden
tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken en een ongelijke waardering en behandeling. Ook rechten en plichten zijn niet gelijk verdeeld.

Slide 3 - Slide

Drie soorten sociale ongelijkheid

1. ongelijke verdeling van (politieke) macht 
2. ongelijke verdeling van bezit 
3. ongelijke verdeling van status 

Slide 4 - Slide

mondiale verhoudingen 
De verhoudingen tussen staten  veranderen door 
1. de groeiende wederzijdse afhankelijkheid, 
2. de schaalvergroting,
3. globalisering van de economie en de groeiende samenwerking tussen staten.

Grote landen of machtsblokken willen met een combinatie van militaire en economische
macht hun invloed in bepaalde regio’s in de wereld maximaliseren. 

Gevolg is een geopolitieke machtsstrijd waarbij botsende belangen niet alleen berusten op
economische belangen, maar waarbij ook demografische, historisch-politieke aspecten,
oppervlakte van het land, politieke organisatie en cultuur van land(en) een rol spelen.

Slide 5 - Slide

Grote landen of machtsblokken 
Militaire en economische
macht 
Invloed in bepaalde regio’s in de wereld maximaliseren 
Geopolitieke machtsstrijd  

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

0

Slide 8 - Video

9.2 Gedrag van nationale staten t.o.v van elkaar verklaard 

Theorieën over het gedrag van nationale staten 
1.  Realistische theorieën
2. Marxistische theorieën
3. Liberale theorieën
4. Sociaal constructivistische theorieën
5. Politiek psychologische theorieën

Slide 9 - Slide

De realistische theorieën 
Internationale verhoudingen is een machtsstrijd van allen tegen allen. 
Iedere staat zal zijn eigenbelangen behartigen 

De enige opties om oorlog te voorkomen zijn:
1) één staat 
2) een machtsevenwicht, een situatie waarin geen enkele staat dominant is.

Daartoe versterken staten hun eigen macht, voeren diplomatieke onderhandelingen en
vormen allianties. 

Slide 10 - Slide

Marxistische theorieën
De onderliggende structuur: de kapitalistische productiewijze gekenmerkt  door machtsongelijkheid 

Kapitaal moet groeien. Staten hebben belang bij de aanwezigheid van bedrijven binnen hun landsgrenzen. 

Een goed draaiende economie is een belangrijke factor in de internationale machtsverhoudingen. 

Op deze wijze worden staten tegen elkaar uitgespeeld; zo kan de verhouding van de rijke landen tot de ontwikkelingslanden begrepen worden.

Slide 11 - Slide

Liberale theorieën 
Internationale samenwerking is wenselijk als het bijdraagt aan vooruitgang, vrede en welvaart. 

Interstatelijke verhoudingen worden dan ook gekenmerkt door wederzijdse
afhankelijkheid. 

Samenwerking, en niet conflict, is vaak de uitkomst van de relaties
tussen staten.

Slide 12 - Slide

Sociaal constructivistische theorieën
De werkelijkheid is sociaal geconstrueerd.

Dit wil zeggen dat ‘de’ werkelijkheid niet bestaat en dat wat men ziet als ‘werkelijkheid’ sterkt afhangt van de sociale context waarin men verkeert. 

Wat mensen voor waar aannemen. De manier waarop ze de werkelijkheid kennen, is ontstaan in onderlinge interacties en is gerelateerd aan het perspectief. 

Slide 13 - Slide

Welke ‘werkelijkheid’ beschrijft Joris Luyendijk

Slide 14 - Slide

0

Slide 15 - Video

Politiek psychologische theorieën
Contacten tussen staten verlopen via mensen die individueel of in groepen vormgeven
aan de verhoudingen tussen staten. 

Dus tussen de psyche van de staatshoofden, regeringsleiders, ministers van buitenlandse zaken, ministers van defensie, diplomaten, militaire kopstukken en andere mensen die in naam van een staat optreden in internationale aangelegenheden. 

Hun karakter, hun capaciteiten, hun attitudes, hun kennis, hun misvattingen, et cetera zijn in grote mate bepalend voor de internationale machtsverhoudingen.

Slide 16 - Slide

Domein C2: Macht en Gezag

Slide 17 - Slide

10 Macht en Gezag
Macht: het vermogen om hulpbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en de handelingsmogelijkheden van anderen te vergroten of beperken

Gezag: Macht die als legitiem wordt gezien. Dus geaccepteerd wordt door de anderen

Slide 18 - Slide

machtsbronnen
affectieve machtsbronnen
invloed op grond van gevoel of emoties
bijv. angst
1
cognitieve machtsbronnen
invloed op basis van kennis.
kennis is macht!
2
economische machtsbronnen
invloed op basis van geld  of het bezit van schaarse goederen
3
politieke machtsbronnen
invloed van overheid of politieke machtsdragers.
Wij moeten ons aan de regels houden en anders neemt de overheid maatregelen tegen ons
4

Slide 19 - Slide

Actoren met politieke macht

1. Parlement

2. Kabinet

3. Rechters

4. Ambtenaren

5. Massamedia

6. Externe adviseurs, lobbyisten, pressiegroepen

Slide 20 - Slide

Machtsevenwicht
Wanneer de ene
staat evenveel macht heeft als de andere staat, dan kan die niet haar wil opleggen aan
de ander

Slide 21 - Slide

Machtsongelijkheid
Machtsongelijkheid op
internationaal niveau leidt soms tot oorlog en geweld. Ook binnen een staat kunnen
bepaalde bevolkingsgroepen met dwang hun wil proberen op te leggen aan andere
bevolkingsgroepen waardoor bijvoorbeeld een burgeroorlog ontstaat.

Slide 22 - Slide

Dit zijn de 21 machtigste landen ter wereld
Voor de machtslijst is gekeken naar de politieke en economische invloed van een land, de kracht van militaire allianties en de sterkte van het leger.

Slide 23 - Slide

0

Slide 24 - Video

Paradigma's macht
Zie sheet!

Slide 25 - Slide

Wat klopt niet?
A
Macht kun je op formele en informele basis hebben
B
Macht is altijd vastgelegd in de wet
C
Vrienden hebben ook een vorm van macht
D
Macht gaat niet altijd gepaard met geweld

Slide 26 - Quiz

Welke groep heeft in Nederland de meeste politieke macht?

Slide 27 - Open question