Thema 2 Voeding en vertering BS 7 THV

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo, havo
• Leerjaar 2

Voeding & Vertering

BS 7 De organen voor vertering

Deze les

• Leerdoelen  & vorige lessen                                                                        5 minuten
• Uitleg basisstof 7.                                                                                            20 minuten
• Aan de slag                                                                                                         10 minuten
• Leerdoelen & vragen.                                                                                     10 minuten

NORMTEMPO Basisstof 7

Stel vragen door je hand op te steken in lessonup of teams

Meer begeleiding? schrijf je in voor KWT

Doel van de les

• Je moet de delen van het verteringsstelsel kunnen noemen met hun functies en kenmerken
• Weten wat verteringssappen zijn en waar deze erbij komen in het verteringsstelsel

Wat weet je nog van de vorige les?

hoeveel kiezen heeft een volwassene

1. 12
2. 16-20
3. 20
4. 24

In je tanden zitten.....

1. bloedvaten
2. zenuwen
3. bloedvaten en zenuwen
4. geen van beiden

wat is de functie van tandglazuur?

1. Het tandbeen beschermen tegen zuren
2. Het vastzetten van de tand in de kaak
3. Het afbijten van voedsel
4. het aantonen van tandplak

cariës is....

1. een gaatje in het tandglazuur
2. het ontbreken van verstandskiezen
3. een scheefstaand gebit
4. tandsteen

Wat doet het verteringsstelsel

• Wat wordt er uit de voeding gehaald?
• voedingsstoffen
• Waar komen die terecht?
• in het bloed
• Waar brengt het bloed die voedingsstoffen naar toe?
• naar elke cel in ons lichaam ( voor verbranding)

De organen van vertering

In het verteringsstelsel worden de voedingsstoffen dus uit het voedsel opgenomen in het bloed. 

Hoe gaat dat nou in z'n werk:

De weg van de vertering

Mondholte en keelholte

In je mondholte komt je voedsel binnen.

Je speekselklieren in je mond maken speeksel, een verteringssap,  deze helpt bij de vertering van zetmeel. 

Met je tong wordt het dan je keelholte in geduwd.

De slokdarm.

de weg van je mond naar je maag.

De maag

het orgaan waar je voedsel tijdelijk wordt opgeslagen en waar eiwitten worden verteerd door het maagsap. Deze worden gemaakt door je maagsapklieren.

Twaalfvingerige darm, lever, galblaas en alvleesklier.

De dunne darm 

hier worden de verteerde voedingsstoffen opgenomen in het bloed.

Emulgeren,

Dit doet de gal met vet

Blinde darm en dikke darm 

hier wordt het water uit de rest van de voeding gehaald die niet zijn opgenomen in het bloed. 

De endeldarm en de anus

Voedsel dat niet verteerd wordt, wordt opgeslagen in de endeldarm, om daarna uitgepoept te worden via je poepgat=de anus

Verteringsklieren

Om het eten in je lichaam te verteren, zitten er in heel je verteringsstelsel: verteringsklieren.

Deze klieren maken verteringssappen

Deze sappen zorgen voor de vertering van voedsel. Eén van die sappen zag je net bij de maag, bij de alvleesklier en de gal

Verteringssappen

Verteringsklieren en sappen

weet je nog het proefje van zetmeel?

Met jodium konden we dat aantonen. 

Je speeksel breekt dit af!

Kijk maar eens naar het volgende filmpje!

Je moet de delen van het verteringsstelsel kunnen noemen met hun functies en kenmerken
Heb je dit leerdoel behaald?

ja

nee

Weten wat verteringssappen zijn en waar deze erbij komen in het verteringsstelsel
Heb je dit leerdoel behaald?

ja

nee

Aan de slag

• Thema 2 
• BS 7 de organen voor vertering
• Meer uitleg? 
• bekijk de extra uitleg in deze lesson-up
• maak de oefenopgaven op biologiepagina.nl

https: