Na deze les kun je door middel van kruisingsschema's het genotype en fenotype van de nakomelingen voorspellen
- Uitleg kruisingsschema maken
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3
This lesson contains 13 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Items in this lesson
BS4: Kruisingen
Inhoud les:
Na deze les kun je door middel van kruisingsschema's het genotype en fenotype van de nakomelingen voorspellen
- Uitleg kruisingsschema maken
Slide 1 - Slide
Uitleg kruisingen
Slide 2 - Slide
Stap 1: bedenk wat de genotypen en fenotypen van de ouders zijn.
Stap 2: bedenk welke genen in de geslachtscellen van de ouders kunnen voorkomen
Stap 3: Maak een kruisingstabel en stel vast welke genotype en fenotype de nakomelingen kunnen hebben --> F1
Stap 4: stel vast welk genotype en fenotype de dieren in de F2 kunnen hebben.
Slide 3 - Slide
Labradors
Bij labradors is het gen voor een zwarte vacht (A) dominant over het gen voor een gele vacht (a).
Een zwartharig vrouwtje (homozygoot) paart met een geelharig mannetje. Wat is de kans op een zwartharige pup?
Slide 4 - Slide
Een kruisingsschema maken
Een zwartharig vrouwtje (homozygoot) paart met een geelharig mannetje.
Slide 5 - Slide
Een kruisingsschema maken
F1 x F1
Slide 6 - Slide
Labradors
Bij labradors is het gen voor een zwarte vacht (A) dominant over het gen voor een gele (blonde) vacht (a).
Een zwartharig vrouwtje (homozygoot) paart met een geelharig mannetje.
Slide 7 - Slide
Een voorbeeld
Iemand, die in staat is zijn tong op te rollen is in het bezit van het allel R. Een jongen die zijn tong niet kan oprollen heeft ouders die dit wel kunnen.
Wat is het genotype van deze persoon (de zoon)?
Wat is het genotype van de ouders?
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Upload hier de foto van het kruisingsschema met de antwoorden