Woordenschat klas 4

4VMBO BASIS EN KADER
Woordenschat
1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 30 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4VMBO BASIS EN KADER
Woordenschat

Slide 1 - Slide

Lesopbouw woordenschat
Je werkt de komende 2 weken aan het onderdeel woordenschat.
Dit onderdeel bevat 3 hoofdstukken: moeilijke woorden, uitdrukkingen, sector gerelateerde woorden en woorden uit onze maatschappij.
Het P.T.A. als eindopdracht. 

Slide 2 - Slide

Lessen 1 en 2
Dit boekje vind je in SOM > vakken > Nederlands.
Je maakt op de OneDrive de map 'Woordenschat' aan. 
Je werkt in Word online. 

  • Korte uitleg boekje
  • Opdrachten hoofdstuk 1 en 2 maken (2 lesuren thuis).



Slide 3 - Slide

Leerdoelen
  • Onbekende woorden afleiden uit de tekst

  • Woordraadstrategieën toepassen

  • Uitdrukkingen kennen

  • Het woordenboek gebruiken
     en/of online woordenboek

Slide 4 - Slide

https://www.vandale.nl/opzoeken

Of je maakt gebruik van een 'ouderwets' woordenboek

Slide 5 - Slide

Opdracht 1

Neem de onderstreepte woorden uit onderstaande zinnen over en zet de juiste betekenis erachter.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Opdracht 2

Kies je de juiste betekenis uit onderstaande zinnen en schrijf deze op.

Slide 8 - Slide

1. In ons land gedogen/naderen wij sommige verdovende middelen
 2. Ik moet me voor zaterdag registreren/ voorspellen, anders mag ik niet meedoen met het toernooi.

Slide 9 - Slide

Uitdrukkingen

Slide 10 - Slide

Uitdrukkingen zijn figuurlijk

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Link

Hoofdstuk 3 ‘Woorden sector gerelateerd’
Opdracht 1

Je kiest uit onderstaande sectoren jouw sector.

1. Van de 15 woorden (uit jouw sector) kies je er 10 uit. Je schrijft het woord op en je schrijft de betekenis erachter.
2. Daarna schrijf je een zelfbedachte zin op met het ‘moeilijke woord’ erin verwerkt. Uit de zin moet blijken dat je de betekenis nu kent.

Slide 14 - Slide

Waarom?

Je moet zelf zinnen kunnen maken.


Door goede zinnen te maken, kun je de woorden makkelijker leren: je onthoudt ze beter.


Slide 15 - Slide

Opdracht 2 ‘Onze maatschappij’

Deze opdracht maken alle leerlingen van alle sectoren.

Slide 16 - Slide

Deze opdracht maken alle leerlingen van alle sectoren.
1. Van de 15 woorden/termen kies je er 10 uit. Je schrijft het woord/term op en je schrijft de betekenis erachter.
2. Daarna schrijf je een zelfbedachte zin(nen) op met het woord/term erin verwerkt. Uit de zin blijkt dat je de betekenis kent.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Huiswerk
Maken voor de volgende les:

Hoofdstukken 1 en 2.

Huiswerk

Slide 19 - Slide

Woordenschat klas 4
We hebben deze keer gekozen voor een PTA vorm die je online moet maken voor een andere leerling uit een andere klas.
Uitleg volgt hierna

Slide 20 - Slide

Eindopdracht P.T.A. ‘Kruiswoordpuzzel’

Slide 21 - Slide

https://www.woordzoekers.org/kruiswoordpuzzel-maken/

Je maakt dit P.T.A. woordenschat voor een andere leerling van een andere klas.
Elke leerling maakt een kruiswoordpuzzel van de woorden van de hoofdstukken 1, 2 en 3, behalve van de woorden sector gerelateerd hoofdstuk 3 opdracht 1.
Wel van hoofdstuk 3 opdracht 2!
Van alle woorden en/of termen kies je er 15 uit.
Je gaat naar de volgende website.
https://www.woordzoekers.org/kruiswoordpuzzel-maken/
Geef je puzzel de naam: 4VMBO P.T.A. Woordenschat
Geef in het tekstvak per regel één woord op, gevolg door een spatie en daarna de aanwijzing/omschrijving. Je hebt dus, als je klaar bent, 15 woorden met de aanwijzing/omschrijving erachter.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Wanneer je alle 15 woorden + aanwijzing/omschrijving ingevuld hebt, klik je op "Kruiswoordpuzzel maken".
Daarna klik je op oplossing tonen en je maakt een print screen van je puzzel. Zorg dat alle woorden goed te zien zijn. Doe je dit niet, kun je de antwoorden niet meer zien. Wanneer je print, zijn de vakjes leeg!
 

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Daarna klik je op oplossing verbergen en klik je op print.
Je krijgt dan volgend scherm. Je kiest: opslaan als PDF, dus je print niets!

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Je krijgt onderstaand scherm te zien.
Je slaat dit bestand op in je OneDrive in je map Nederlands > periode 2 (of 6) > woordenschat.  
Bestandsnaam: KRUISWOORDPUZZEL (staat er al) plus je voor- en achternaam en klas.

Slide 28 - Slide

Dan zeg je opslaan.

Je deelt dit bestand met je docent Nederlands. Deze zal het uitprinten.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide