Koning Valentijn les 7: Intertekstualiteit (nog niet af!!)
Nederlands
Fictie: Koning Valentijn
Les 7: intertekstualiteit
VWO1
2024-2025
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Nederlands
Fictie: Koning Valentijn
Les 7: intertekstualiteit
VWO1
2024-2025
Slide 1 - Slide
Lezen
10 minuten
timer
10:00
Slide 2 - Slide
Vorige les heb je geleerd over...
...thema's en motieven.
Slide 3 - Slide
Deze les ga je leren...
...wat beoordelingswoorden zijn.
...om jouw mening te geven aan de hand van beoordelingswoorden.
Slide 4 - Slide
Beoordelingswoorden
Beoordelingswoorden zijn woorden waarmee je een beoordeling geeft over bijvoorbeeld een boek, film of iets anders.
Voorbeelden van beoordelingswoorden:
Spannend
Mooi
Ontroerend
Grappig
Slide 5 - Slide
Beoordelingswoorden
Slide 6 - Slide
Beoordelingswoorden
Slide 7 - Slide
Opdracht
Geef met vier beoordelingswoorden aan wat jij tot nu toe van je boek vindt (twee daarvan zeggen iets over wat het verhaal met je doet en twee zeggen iets over hoe realistisch je het verhaal vindt).
Slide 8 - Slide
4 beoordelingswoorden (2 emotionele en 2 realistische)
Slide 9 - Open question
Wat zijn beoordelingswoorden?
A
Woorden die vertellen waarom je iets vindt
B
Woorden die een verhaal vertellen.
C
Woorden die zeggen waar een verhaal over gaat..
D
Woorden waarmee je zegt wat je van iets vindt.
Slide 10 - Quiz
Welk woord in de zin is een beoordelingswoord? 'Die rode sportauto vind ik mooi.'
A
sportauto
B
mooi
C
rode
D
ik
Slide 11 - Quiz
Welke woorden zijn beoordelingswoorden?
A
Argument
B
Interessant
C
Spannend
D
Non-fictie
Slide 12 - Quiz
Welke beoordelingswoorden ken je?
Slide 13 - Mind map
Wat is een waarderende mening?
A
Een mening kun je checken.
B
Een mening is waar of niet waar.
C
Een mening is wat jij vindt van iets.
Slide 14 - Quiz
Mijn moeder vindt die film waardeloos.
A
Feit
B
Mening
Slide 15 - Quiz
Wat is een argument?
A
Met een argument leg je je mening uit.
B
Een argument en een beoordelingswoord zijn hetzelfde.
C
Met een argument geef je je mening.
Slide 16 - Quiz
Ik vind het boek spannend [mening met het beoordelingswoord 'spannend'], omdat...
...het zich afspeelt in een spookhuis [argument].
...de schrijver veel gebruik maakt van flashbacks [argument].
...je niet weet wat King gaat doen wanneer hij Sandy vindt in de achtertuin [argument].
Slide 17 - Slide
Ik vind de film spannend, omdat er spannende dingen gebeuren.
A
goed argument
B
slecht argument
Slide 18 - Quiz
Geen goed argument
Voorbeeld:
Jesse geeft aan dat Lotte erg vriendelijk is, omdat ze heel aardig is.
Dit is een cirkelredenering, omdat het standpunt “Lotte is erg vriendelijk” gelijk is aan het argument voor dat standpunt “ze is heel aardig”.
Slide 19 - Slide
Verboden
Verboden beoordelingswoorden:
Leuk (of niet leuk)
Stom
Slide 20 - Slide
Ik kan beoordelingswoorden gebruiken om mijn mening te geven.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quiz
Ik begrijp het verschil tussen een mening en een argument.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 22 - Quiz
Ik weet wat een cirkelredenering is en welke beoordelingswoorden ik beter niet kan gebruiken.
A
Cirkelredenering begrijp ik
B
Verboden beoordelingswoorden weet ik niet
C
Geen idee
Slide 23 - Quiz
Wat ging goed?
Slide 24 - Slide
Ik weet wat beoordelingswoorden zijn
Ja
Nee
Een beetje
Slide 25 - Poll
Ik weet hoe ik beoordelingswoorden kan onderbouwen