This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Spreekwoorden les 2
Slide 1 - Slide
Wat weten jullie nog??
Slide 2 - Slide
Hoe was het spreekwoord ook alweer?
A
De appel valt niet ver van de tak
B
De peer valt niet ver van de boom
C
De appel hangt in de boom
D
De appel valt niet ver van de boom
Slide 3 - Quiz
Hoe was het spreekwoord ook alweer?
A
Peertje, banaantje
B
Appeltje, broodje
C
Appeltje, eitje
D
Peertje, snoepje
Slide 4 - Quiz
Hoe was het spreekwoord ook alweer?
A
Een gat in je voet hebben
B
Een gat in je been hebben
C
Een gat in je hand hebben
D
Een gat in je hoofd hebben
Slide 5 - Quiz
Hoe was het spreekwoord ook alweer?
A
kleine kinderen hebben grote voeten
B
kleine borden hebben grote handen
C
kleine potjes hebben een grote neus
D
kleine potjes hebben grote oren
Slide 6 - Quiz
Hoe was het spreekwoord ook alweer?
A
Nu breekt mijn klomp
B
Nu breekt mijn schoen
C
Nu breekt het glas
D
Nu breek ik mijn been
Slide 7 - Quiz
Een kind doet vaak hetzelfde als zijn ouders
je geld meteen uitgeven
kinderen horen alles wat volwassenen zeggen
te laat thuis zijn voor het eten
Slide 8 - Drag question
ergens heel verbaasd over zijn
het is nergens zo fijn als thuis
ergens heel trots op zijn
Dat is heel simpel
Slide 9 - Drag question
We gaan een liedje luisteren
Welke spreekwoorden / gezegdes hoor je, en hoe vaak?
Slide 10 - Slide
Uitdelen spreekwoordenblad
Uitleg opdracht
Wat is turven?
Slide 11 - Slide
Zijn jullie er klaar voor?
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Wat hoorden jullie?
Slide 14 - Slide
Opdracht
1 Maak een groepje van drie personen.
2 Kies 4 of 5 spreekwoorden uit de lijst (zorg ervoor dat ieder groepje verschillende spreekwoorden kiest).
3 Probeer uit te vinden wat deze betekenen. Je mag op internet zoeken. Schrijf het op papier en maak er een tekening bij. Per spreekwoord een apart papier.